- 1 Hoe wordt de uiterste wilsbeschikking (testament, gemeenschappelijk testament, erfovereenkomst) opgesteld?
- 2 Moet de wilsbeschikking worden geregistreerd en, zo ja, hoe?
- 3 Gelden er beperkingen voor de bevoegdheid om bij uiterste wil te beschikken (bv. een wettelijk erfdeel)?
- 4 Wie erft er en hoeveel, wanneer er geen uiterste wilsbeschikking is?
- 5 Welke autoriteiten zijn bevoegd:
- 6 Korte beschrijving van de procedure voor de behandeling van een erfopvolging uit hoofde van het nationale recht, waaronder de vereffening van de nalatenschap en de verdeling van de goederen (geef ook aan of de erfopvolgingsprocedure ambtshalve wordt ingeleid door een gerecht of een andere bevoegde autoriteit).
- 7 Hoe en wanneer wordt iemand erfgenaam of legataris?
- 8 Zijn de erfgenamen aansprakelijk voor de schulden van de erflater en, zo ja, onder welke voorwaarden?
- 9 Welke documenten en/of informatie zijn normaliter vereist voor de registratie van onroerende goederen?
- 10 Welke documenten worden krachtens het nationale recht gewoonlijk gebruikt tijdens of aan het einde van een erfopvolgingsprocedure ter staving van de rechtspositie en de rechten van de rechthebbenden? Hebben zij een specifieke bewijskracht?
Informatie zoeken per regio
- Belgiëbe
- Bulgarijebg
- Tsjechiëcz
- Denemarkendk
- Duitslandde
- Estlandee
- Ierlandie
- Griekenlandel
- Spanjees
- Frankrijkfr
- Kroatiëhr
- Italiëit
- Cypruscy
- Letlandlv
- Litouwenlt
- Luxemburglu
- Hongarijehu
- Maltamt
- Nederlandnl
- Oostenrijkat
- Polenpl
- Portugalpt
- Roemeniëro
- Sloveniësi
- Slowakijesk
- Finlandfi
- Zwedense
- Verenigd Koninkrijkuk
Dit informatieblad is opgesteld in samenwerking met de Raad van notarissen van de Europese Unie (CNUE).
1 Hoe wordt de uiterste wilsbeschikking (testament, gemeenschappelijk testament, erfovereenkomst) opgesteld?
Bij het opmaken van een testament moeten de volgende regels in acht worden genomen:
Om te beginnen moet de erflater bij zijn volle verstand zijn. Personen die handelingsonbekwaam zijn verklaard, kunnen geen testament opmaken. In het geval van minderjarigen gelden specifieke regels, die vooral zijn bedoeld om de nalatenschap van de betrokken personen te beschermen.
Sommige testamenten zijn verboden, waaronder gemeenschappelijke testamenten. Hetzelfde geldt voor overeenkomsten inzake erfopvolging.
Het burgerlijk wetboek noemt de volgende vormen van testament, die zijn geregeld in het erfrecht:
- eigenhandig testament;
- notarieel testament;
- besloten testament.
De toepasselijke procedures en regelingen zijn afhankelijk van het type testament.
Eigenhandig testament
Een eigenhandig testament is een door de erflater volledig met de hand geschreven, gedateerd en ondertekend testament.
Het voordeel van een eigenhandig testament is de eenvoud. Het nadeel van dit type testament is dat het door de erflater kan worden opgesteld zonder medeweten van anderen, zodat niemand weet van het bestaan ervan. Het risico bestaat dus dat het testament na het overlijden van de erflater niet wordt gevonden.
Ook is er het risico van vervalsing of vernietiging. Verder kan een eigenhandig testament ongeldig zijn omdat het onleesbaar, ambigu of onvolledig is. Zelfs een onjuiste datering kan een eigenhandig testament ongeldig maken. Een materieel gebrek kan eveneens reden voor ongeldigverklaring zijn.
Het is bijgevolg in het belang van de erflater dat hij het bestaan van het testament en de plaats waar het wordt bewaard, bekend maakt en dat hij zich ervan verzekert dat het testament geldig is.
De erflater kan ervoor zorgen dat het bestaan van het eigenhandig testament bekend is door een vertrouwenspersoon over het bestaan ervan te vertellen of door de belangrijkste gegevens van het testament (zoals naam en adres van de erflater en plaats van bewaring) tegen betaling van een vergoeding in het centraal register van testamenten te doen aantekenen. Het centraal register van testamenten is een databank die wordt beheerd door de Administration de l’Enregistrement et des Domaines (dienst registratie en onroerend goed) (zie tevens beneden).
Wat de geldigheid van het testament betreft, moet het door de erflater volledig met de hand zijn geschreven, gedateerd en ondertekend. Gezien het bovenstaande wordt aanbevolen om een deskundige in erfrecht, zoals een notaris, in de arm te nemen om er zeker van te zijn dat het testament rechtsgeldig is.
Notarieel testament
Een notarieel testament wordt opgemaakt ten overstaan van twee notarissen of een notaris en twee getuigen.
Vergeleken met een eigenhandig testament heeft een notarieel testament aanzienlijke voordelen.
Ten eerste voorziet de notaris die het testament opmaakt, de erflater van rechtskundig advies. Dat geeft de erflater de zekerheid dat het testament geen vorm- of materiële gebreken heeft en geldig is.
Ten tweede wordt een notarieel testament door een notaris bewaard, waardoor het tot het overlijden van de erflater blijft verzegeld en de erflater tegelijkertijd niet bang hoeft te zijn dat het testament na zijn overlijden niet wordt teruggevonden. Verder wordt in dit verband opgemerkt dat de notaris die het testament heeft opmaakt, de belangrijkste gegevens van het testament in het centraal register van testamenten moet doen inschrijven.
Besloten testament
Een besloten testament is een door de erflater of andere persoon geschreven document dat door de erflater in een verzegelde omslag aan een notaris is aangeboden, in aanwezigheid van twee getuigen of een tweede notaris. De notaris die het besloten testament overneemt, maakt hiervan een minuut- of brevetakte van superscriptie op (acte de suscription en minute ou en brevet).
De notaris neemt het besloten testament in bewaring en voorkomt zo dat het wordt vervangen of vervalst.
Net als de inhoud van een notarieel testament kan ook de inhoud van een besloten testament gedurende het leven van de erflater geheim worden gehouden. En aangezien het bij een notaris is gedeponeerd, hoeft de erflater niet bang te zijn dat het testament na zijn overlijden niet wordt teruggevonden.
Het feit dat de notaris bij ontvangst van het testament een akte van superscriptie opmaakt, betekent niet dat het bij hem gedeponeerde testament geldig is. Zelfs een besloten testament dat volgens alle toepasselijke procedurele regels is opgemaakt en bij een notaris is gedeponeerd, kan op grond van een materieel gebrek ongeldig worden verklaard. Aangezien het testament de notaris wordt aangeboden in een verzegelde omslag, kan hij het immers niet op geldigheid controleren.
Van een besloten testament wordt in Luxemburg maar zelden gebruik gemaakt.
2 Moet de wilsbeschikking worden geregistreerd en, zo ja, hoe?
Van sommige testamenten moeten de belangrijkste gegevens in het centraal register van testamenten worden aangetekend (zie tevens het antwoord op de vorige vraag). Registratie is verplicht voor notariële testamenten en voor besloten en eigenhandige testamenten die bij een notaris zijn gedeponeerd. Ook wanneer dergelijke testamenten worden ingetrokken of gewijzigd, moet daarvan aantekening in het register worden gemaakt. Voor eigenhandige testamenten die niet bij een notaris zijn gedeponeerd, is registratie optioneel.
Het testament zelf wordt niet in het register bewaard. De aantekening in het register vermeldt alleen de voor- en achternaam van de erflater en, voor zover van toepassing, de voor- en achternaam van de echtgenoot, alsook de geboortedatum en -plaats van de erflater, diens identiteitsnummer, beroep en woonplaats of -adres, het type testament dat moet worden geregistreerd en de datum ervan, naam en adres van de notaris die het testament heeft opgemaakt of bij wie het testament is gedeponeerd of, in het geval van eigenhandige testamenten die niet bij een notaris zijn gedeponeerd, naam en adres van de persoon of instelling aan wie of waaraan het testament is toevertrouwd of de plaats waar het wordt bewaard.
3 Gelden er beperkingen voor de bevoegdheid om bij uiterste wil te beschikken (bv. een wettelijk erfdeel)?
Het Luxemburgse erfrecht stelt beperkingen aan de mate waarin iemand over zijn nalatenschap kan beschikken.
Meer in het bijzonder belet de legitieme portie de erflater om wettelijke erfgenamen door middel van schenkingen of bij testament te onterven.
Alleen de afstammelingen van de overledene (de kinderen of, bij vooroverlijden van de kinderen, de kleinkinderen) hebben recht op de legitieme portie.
De legitieme portie is de helft van de waarde van de nalatenschap wanneer de overledene één kind, twee derde wanneer hij twee kinderen en drie kwart wanneer hij drie of meer kinderen nalaat.
Van de legitieme portie kan afstand worden gedaan. Dat kan echter alleen middels een uitdrukkelijke verklaring bij de griffie van de rechtbank van de plaats waar de nalatenschap is opengevallen. Van die verklaring wordt vervolgens aantekening gemaakt in een speciaal daartoe gehouden register.
4 Wie erft er en hoeveel, wanneer er geen uiterste wilsbeschikking is?
Wanneer de overledene geen testament heeft nagelaten, wordt de erfopvolging geregeld door de toepasselijke rechtsregels.
De orde van erfopvolging is in de regel als volgt:
- afstammelingen (kinderen, kleinkinderen);
- overlevende echtgenoot;
- vader en moeder, samen met de broers en zusters van de overledene en de afstammelingen van laatstgenoemden;
- ascendenten andere dan vader en moeder (grootouders, overgrootouders, enz.);
- bloedverwanten in de zijlijn andere dan broers en zusters (ooms en tantes, neven en nichten, enz.);
- de staat.
Met deze volgorde van erfgenamen kunnen zich verscheidene situaties voordoen:
Situatie 1: De overledene heeft een overlevende echtgenoot en kinderen (of kleinkinderen)
De wet verstaat onder overlevende echtgenoot een weduwe die niet van tafel en bed van de overledene was gescheiden.
De nalatenschap wordt gelijkelijk verdeeld tussen de kinderen van de overledene, naar rato van hun aantal en behoudens de rechten van de overlevende echtgenoot.
Voorbeeld:
Wanneer de overledene één kind heeft nagelaten, erft dat kind de hele nalatenschap, behoudens de rechten van de overlevende echtgenoot.
Wanneer de overledene twee kinderen heeft nagelaten, delen die kinderen de nalatenschap, opnieuw behoudens de rechten van de overlevende echtgenoot.
In die situatie kan de overlevende echtgenoot kiezen tussen
- vruchtgebruik van de echtelijke woning en inboedel (het recht om deze te gebruiken en de vruchten ervan te trekken), mits de overledene het onroerend goed in volle eigendom had of in gemeenschappelijke eigendom met de overlevende echtgenoot, en
- het kleinste kindsdeel, mits dit erfdeel niet kleiner is dan een kwart van de nalatenschap.
Vanaf het tijdstip van overlijden heeft de overlevende echtgenoot drie maanden en veertig dagen de tijd om gebruik te maken van deze keuzemogelijkheid door bij de griffie van de rechtbank van de plaats waar de nalatenschap is opengevallen, een daartoe strekkende verklaring af te leggen. Wanneer binnen deze termijn geen keuze wordt gemaakt, wordt de overlevende echtgenoot geacht voor vruchtgebruik te hebben gekozen.
Wanneer de overlevende echtgenoot kiest voor het kleinste kindsdeel, worden de overige kindsdelen naar rato verminderd voor zover noodzakelijk om het deel van de overlevende echtgenoot te vormen.
Wat gebeurt er als een van de kinderen van de overledene is vooroverleden maar wel kinderen heeft nagelaten?
In dat geval geldt het beginsel van plaatsvervulling (représentation). De kinderen van het vooroverleden kind (de kleinkinderen van de overledene) verdelen dan onderling de legitieme portie van hun vader of moeder.
Met andere woorden: ze ontvangen het deel dat die persoon zou hebben geërfd als hij niet was vooroverleden.
Wat gebeurt er als een overlevende echtgenoot die heeft gekozen voor vruchtgebruik van de echtelijke woning hertrouwt?
In dat geval kunnen de kinderen – of kleinkinderen, wanneer kinderen zijn vooroverleden – gezamenlijk vorderen dat het vruchtgebruik in een som geld wordt omgezet.
De hoogte van die som geld moet gelijk zijn aan de waarde van het vruchtgebruik, die onder meer afhangt van de leeftijd van de vruchtgebruiker.
Een verzoek om omzetting moet door de kinderen – of kleinkinderen, wanneer kinderen zijn vooroverleden – gezamenlijk bij de rechter worden ingediend binnen zes maanden nadat de overlevende echtgenoot is hertrouwd.
Wanneer niet alle kinderen om omzetting in geld verzoeken, beslist de rechter naar eigen goeddunken.
Situatie 2: De overledene laat een echtgenoot maar geen kinderen na
Wanneer de overledene geen kinderen of kleinkinderen nalaat, heeft de overlevende echtgenoot voorrang boven alle andere bloedverwanten van de overledene en erft de overlevende echtgenoot bijgevolg de volledige nalatenschap, ongeacht of hij hertrouwt.
De overlevende echtgenoot is echter geen legitimaris (héritier réservataire). In tegenstelling tot de kinderen heeft hij dus geen recht op een legitieme portie. Met andere woorden: wanneer de overledene geen kinderen nalaat, kan de overlevende echtgenoot theoretisch van de nalatenschap worden uitgesloten, door middel van een schenking of bij testament.
Situatie 3: De overledene laat geen kinderen of echtgenoot na, maar wel broers en zusters (of neven en nichten)
In die situatie moet onderscheid worden gemaakt tussen gevallen waarin de ouders van de overledene al overleden zijn en die waarin ze nog leven.
Als de vader en moeder van de overledene nog leven, ontvangen ze elk een kwart van de nalatenschap. Ze erven dus samen de helft van de nalatenschap.
De andere helft wordt verdeeld tussen de broers en zusters van de overledene of hun afstammelingen.
Als maar een van de ouders nog in leven is, ontvangt die ouder een kwart van de nalatenschap en gaat de resterende drie kwart naar de broers en zusters of hun afstammelingen.
De kinderen van de broers en zusters (de neven en nichten van de overledene) erven bij plaatsvervulling de legitieme portie van hun vader of moeder als die zijn vooroverleden.
Ze erven dus samen het deel van de nalatenschap dat aan hun vader en/of moeder zou zijn toegekomen als ze niet waren vooroverleden.
Situatie 4: De overledene heeft geen kinderen, echtgenoot, broers en zusters of neven en nichten, maar de ouders zijn nog in leven
In die situatie gaat de hele nalatenschap naar de vader en moeder van de overledene, die ieder de helft erven.
Wanneer alleen de vader of de moeder nog in leven is, erft hij of zij de volledige nalatenschap van het vooroverleden kind.
Situatie 5: De overledene heeft geen kinderen, echtgenoot, broers en zusters of neven en nichten, en ook de ouders en andere ascendenten zijn dood
In die situatie zijn de ooms en tantes, de oudooms en oudtantes, de kinderen van de (oud)ooms en (oud)tantes en de afstammelingen van die kinderen erfgenaam.
De nalatenschap wordt in twee gelijke delen gekloofd tussen de bloedverwanten van vaderszijde en die van moederszijde.
Bloedverwanten van vaders- of moederszijde die verder zijn verwijderd dan de kinderen van een oudoom of -tante kunnen niet erven. In die situatie is sprake van een onbeheerde nalatenschap en gaat de erfenis naar de staat.
5 Welke autoriteiten zijn bevoegd:
5.1 op het gebied van erfopvolging?
De erfopvolgingsprocedure wordt ingesteld door de erfgenamen die, op eigen initiatief, voor de vereffening van de nalatenschap een notaris naar keuze benoemen, voor zover de erflater niet al een notaris heeft aangewezen.
5.2 om een verklaring houdende verwerping of aanvaarding van de nalatenschap te ontvangen?
De Luxemburgse wet voorziet niet in een specifieke autoriteit voor de aanvaarding van nalatenschappen. Volgens de toepasselijke wettelijke bepalingen kan een nalatenschap zowel expliciet als stilzwijgend worden aanvaard. Van expliciete aanvaarding is sprake wanneer iemand in een authentieke of onderhandse akte de titel of hoedanigheid van erfgenaam aanneemt. Van stilzwijgende aanvaarding is sprake wanneer een erfgenaam een handeling verricht die noodzakelijk zijn bedoeling om te aanvaarden insluit en die hij slechts in zijn hoedanigheid van erfgenaam bevoegd zou zijn te verrichten.
Ingevolge het burgerlijk wetboek moet voor het verwerpen van een nalatenschap een daartoe strekkende verklaring worden afgelegd bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg in het rechtsgebied waarbinnen de nalatenschap is opengevallen, waarvan aantekening wordt gemaakt in een speciaal daartoe gehouden register.
Gezien de mogelijke gevolgen van een nalatenschap en de rechten en verplichtingen die daaruit kunnen voortvloeien, is het verstandig om eerst een notaris te raadplegen alvorens een beslissing te nemen over de aanvaarding dan wel verwerping van een nalatenschap.
5.3 om een verklaring houdende verwerping of aanvaarding van een legaat te ontvangen?
Het burgerlijk wetboek bevat geen specifieke bepalingen ten aanzien van dit punt. De jurisprudentie is gebaseerd op het beginsel dat voor het aanvaarden van een legaat (algemeen, onder algemene titel of bijzonder) elke procedure kan worden gevolgd.
Hetzelfde geldt voor het verwerpen van een bijzonder legaat. Verwerping kan bijgevolg ook stilzwijgend gebeuren, bijvoorbeeld wanneer de legataris weigert om bepaalde met het legaat samenhangende verplichtingen na te komen.
Wat de verwerping van algemene legaten of legaten onder algemene titel betreft, stellen sommige rechtbanken dat de vormvoorschriften voor verwerping van nalatenschappen van toepassing zijn, terwijl andere deze voorschriften niet van toepassing achten.
5.4 om een verklaring houdende verwerping of aanvaarding van een wettelijk erfdeel te ontvangen?
Bovenstaande regels gelden voor het aanvaarden van de legitieme portie.
Van de legitieme portie kan alleen afstand worden gedaan met een daartoe strekkende verklaring bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg in het rechtsgebied waarbinnen de nalatenschap is opengevallen, waarvan aantekening wordt gemaakt in een speciaal daartoe gehouden register.
6 Korte beschrijving van de procedure voor de behandeling van een erfopvolging uit hoofde van het nationale recht, waaronder de vereffening van de nalatenschap en de verdeling van de goederen (geef ook aan of de erfopvolgingsprocedure ambtshalve wordt ingeleid door een gerecht of een andere bevoegde autoriteit).
De erfopvolgingsprocedure wordt ingesteld door de erfgenamen die, op eigen initiatief, voor de vereffening van de nalatenschap een notaris naar keuze benoemen, voor zover de erflater niet al een notaris heeft aangewezen.
7 Hoe en wanneer wordt iemand erfgenaam of legataris?
Op het tijdstip van overlijden gaat het vermogen van de overledene rechtstreeks over op diens erfgenamen. Dat betekent echter niet dat de erfgenamen de nalatenschap moeten aanvaarden (zie boven).
Om te kunnen erven, moet met name aan de volgende voorwaarden zijn voldaan. De persoon in kwestie moet
- op het tijdstip van overlijden van de erflater rechtens bestaan, dat wil zeggen: hij moet ten minste zijn verwekt en levensvatbaar geboren worden;
- volgens de wet in aanmerking kunnen komen voor het erfgenaamschap. De volgende personen kunnen volgens de wet geen erfgenaam zijn:
- personen die niet handelingsbekwaam zijn;
- artsen, apothekers en andere beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg die de overledene hebben behandeld voor de ziekte die tot zijn dood heeft geleid als het testament waarin ze als erfgenaam worden aangewezen, is opgemaakt tijdens de ziekte;
- personen die wegens onwaardigheid van de nalatenschap zijn uitgesloten.
Wat legaten betreft, moet de procedure voor de afgifte van legaten (délivrance de legs) of de procedure tot het verkrijgen van een bevelschrift tot inbezitstelling (envoi en possession) worden gevolgd, naar gelang van wat van toepassing is.
8 Zijn de erfgenamen aansprakelijk voor de schulden van de erflater en, zo ja, onder welke voorwaarden?
Ja, als de erfgenamen de nalatenschap zuiver aanvaarden.
Maar op het moment dat de nalatenschap openvalt, kunnen de erfgenamen de nalatenschap ook onder voorrecht van boedelbeschrijving aanvaarden.
Het doen opmaken van een inventaris van de nalatenschap heeft tot gevolg dat de erfgenamen alleen aansprakelijk zijn voor de schulden van de overledene voor zover die uit de baten van de verkregen nalatenschap kunnen worden betaald. Het is dan zelfs zo dat ze van de verplichting tot betaling van die schulden worden ontslagen als ze alle aan hun deel van de nalatenschap toebehorende goederen aan schuldeisers en legatarissen doen overgaan.
9 Welke documenten en/of informatie zijn normaliter vereist voor de registratie van onroerende goederen?
De erflater kan iedereen aanwijzen die hem goeddunkt voor het uitvoeren van het testament, behalve minderjarigen.
Zie boven voor de rol van de beheerder van de nalatenschap.
Ingevolge artikel 1 van de wet van 25 september 1905 inzake de inschrijving van zakelijke rechten op onroerend goed, moeten alle transacties onder de levenden, wel of niet tegen betaling, waarbij zakelijke rechten op onroerend goed, niet zijnde voorrechten en hypotheken, worden overgedragen, worden ingeschreven in het hypotheekregister van de plaats waar dat onroerend goed is gelegen. Artikel 2 van diezelfde wet bepaalt dat alleen gerechtelijke beslissingen, authentieke akten en administratieve akten kunnen worden ingeschreven.
9.1 Is de benoeming van een beheerder verplicht of op verzoek verplicht? Indien dat verplicht is of verplicht is op verzoek, welke maatregelen moeten er dan worden genomen?
Het Luxemburgse erfrecht voorziet met betrekking tot het beheer van een nalatenschap in de volgende situaties:
1) Beheer van onbeheerde nalatenschap
In het geval van een onbeheerde nalatenschap wijst de bevoegde rechtbank van eerste aanleg op verzoek van belanghebbende personen of de procureur van Staat (procureur d’Etat) een beheerder aan.
2) Beheershandelingen wanneer de nalatenschap onder voorrecht van boedelbeschrijving wordt aanvaard
In dit bijzondere geval ligt de verantwoordelijkheid voor het beheer van de nalatenschap bij de beneficiair erfgenaam, die daarover jegens de schuldeisers en legatarissen rekening en verantwoording moet afleggen.
Volgens de Luxemburgse jurisprudentie is de verplichting tot het verhalen van de vorderingen uit de nalatenschap een integraal onderdeel van dat beheer.
De rechter kan bij uitzondering een derde met het beheer van de nalatenschap belasten. Dat is mogelijk wanneer de beneficiair erfgenamen door verzuim, wanbeheer of incompetentie de belangen van de schuldeisers van de nalatenschap in gevaar brengen of kunnen schaden (Luxemburgse jurisprudentie).
3) Beheershandelingen wanneer de nalatenschap in gemeenschappelijke eigendom is
Wanneer de nalatenschap in gemeenschappelijke eigendom is, kan de president van de bevoegde rechtbank een mede-eigenaar als beheerder aanwijzen.
9.2 Wie is er gerechtigd de uiterste wilsbeschikking van de erflater uit te voeren en/of de nalatenschap te beheren?
De erflater kan iedereen aanwijzen die hem goeddunkt voor het uitvoeren van het testament, behalve minderjarigen.
Zie boven voor de rol van de beheerder van de nalatenschap.
9.3 Over welke bevoegdheden beschikt een beheerder?
Zie boven.
10 Welke documenten worden krachtens het nationale recht gewoonlijk gebruikt tijdens of aan het einde van een erfopvolgingsprocedure ter staving van de rechtspositie en de rechten van de rechthebbenden? Hebben zij een specifieke bewijskracht?
De door een notaris opgemaakte acte de notoriété (akte van bekendheid), die extra bewijskracht heeft.
Deze webpagina maakt deel uit van de website Uw Europa.
Al uw feedback over de verstrekte informatie is welkom.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.