Rechten van slachtoffers – per land

Italy

Content provided by:
Italy

Via welke procedure kan ik van de dader schadevergoeding vorderen? (bv. rechtszaak, burgerlijke vordering, voeging)

Het plegen van een misdrijf en een veroordeling daarvoor brengt met zich mee dat de benadeelde partij schadevergoeding kan vorderen. Volgens het Italiaanse recht kunt u op twee manieren een vergoeding krijgen voor de schade die u hebt geleden:

  • u kunt zich als civiele partij in de strafprocedure tegen de dader voegen;
  • u kunt een onafhankelijke civiele procedure aanspannen.

De keuze is aan u, aangezien de twee procedures volgens de wetgeving gescheiden zijn: de strafrechtelijke procedure en de civiele procedure.

Pas na een verzoek om de zaak aanhangig te maken of aanhangigmaking (tijdens een zitting) kunt u zich, bijgestaan door uw raadsman, in een civiele procedure voegen en daadwerkelijk partij bij de procedure worden met alle rechten van vertegenwoordiging. De strafrechter zal u bij de veroordeling een geldsom toekennen: de tussentijdse schadevergoeding, die onmiddellijk invorderbaar is. De beslissing over het totale en definitieve bedrag van de vergoeding wordt doorverwezen naar de civiele rechter. Dit bedrag wordt pas vastgesteld nadat de strafrechtelijke uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan.

Als alternatief voor voeging in de procedure als civiele partij kunt u een onafhankelijke civiele procedure aanspannen om vergoeding te vorderen voor schade die u hebt geleden als gevolg van het gedrag van de dader.

De rechter heeft de dader ertoe veroordeeld mij schadevergoeding te betalen. Hoe kan ik ervoor zorgen dat de dader betaalt?

Wanneer de rechter de dader veroordeelt tot betaling van een schadevergoeding voor schade of verwondingen die zijn toegebracht aan een slachtoffer dat zich als civiele partij in de procedure heeft gevoegd, heeft hij drie mogelijkheden: de schade afwikkelen, een algemeen bevel tot schadevergoeding geven of een tussentijdse betaling gelasten. 
Het slachtoffer is er het meest bij gebaat als in de uitspraak een definitieve afwikkeling van de schade wordt gelast. Als dat het geval is, kan de dader in kennis worden gesteld van de uitspraak en het betalingsbevel (atto di precetto – een kennisgeving tot betaling die moet worden gedaan voordat de executieprocedure wordt gestart). Hiermee wordt opdracht gegeven tot betaling van het verschuldigde bedrag en wordt de eerste noodzakelijke stap gezet om executiemaatregelen te treffen wanneer de dader niet binnen een redelijke termijn betaalt. In dit geval is het altijd raadzaam vooronderzoek te doen naar de vermogensbestanddelen die kunnen worden opgeëist.

Tenzij uitdrukkelijk is aangegeven dat de toekenning van schadevergoeding voorlopig uitvoerbaar is, is tenuitvoerlegging alleen mogelijk als de uitspraak niet wordt vernietigd (dat wil zeggen, als geen beroep wordt ingesteld binnen de gestelde termijn).

Het betalingsbevel kan dus samen met de uitspraak worden meegedeeld, ook wanneer daarin betaling van een tussentijdse schadevergoeding wordt gelast. Dit bevel wordt bovendien altijd onmiddellijk uitvoerbaar verklaard. De tussentijdse vergoeding zal in de ogen van het slachtoffer echter niet altijd bevredigend zijn. Als u de vergoeding onvoldoende vindt, moet u dan ook een onafhankelijke civiele procedure aanspannen. Dan kan een eventuele restschade worden vastgesteld en een nieuwe, andere straf aan de dader worden opgelegd.

Een civiele procedure is altijd nodig in het derde mogelijke scenario. Daarin veroordeelt de strafrechter de dader alleen tot betaling van schadevergoeding in het algemeen, zonder een bedrag vast te stellen, omdat er niet voldoende bewijs is.

Als de dader niet betaalt, kan de staat het bedrag dan voorschieten? Onder welke voorwaarden?

Op basis van Richtlijn 2004/80/EG, in Italië geïmplementeerd door middel van de hierboven vermelde bepalingen, moet de staat aan burgers en niet-onderdanen die het slachtoffer zijn van op Italiaans grondgebied gepleegde opzettelijke geweldsmisdrijven (moord, opzettelijk toegebracht zwaar lichamelijk letsel, seksueel geweld) een billijke en passende schadevergoeding garanderen. Dit is altijd het geval wanneer de dader niet is geïdentificeerd of niet voor de rechter is gebracht, of in elk geval niet de financiële middelen heeft om slachtoffers schadeloos te stellen voor de schade die hij aan hen of, als het slachtoffer is overleden, aan hun gezin heeft toegebracht.

Heb ik recht op een schadevergoeding van de staat?

(Zie hierboven)

Heb ik recht op schadevergoeding als de dader niet veroordeeld is?

Als de verdachte in een strafprocedure onschuldig wordt bevonden, belet dit u niet om bij de civiele rechter een vordering tot schadevergoeding in te stellen (tenzij u afstand van dit recht hebt gedaan doordat u zich als civiele partij in de strafprocedure hebt gevoegd).

Heb ik recht op een voorschot op dringende gronden in afwachting van de beslissing over mijn vordering tot schadevergoeding?

Als u zich als civiele partij in de strafprocedure voegt om terugbetaling en vergoeding van schade te vorderen, zal de rechter op grond van artikel 533 c.p.p. bij het doen van de uitspraak ook een beslissing nemen over de civiele aspecten van de zaak. In gevallen waarin er bewijs is dat schade is geleden als gevolg van het misdrijf (an debeatur) maar niet hoeveel (quantum debeatur), geeft de rechter een algemene beslissing met betrekking tot de civiele aansprakelijkheid en verwijst hij de partijen naar de civiele rechter om het bedrag vast te stellen (artikel 539 c.p.p.). Een civiele partij kan de strafrechter evenwel om een tussentijdse schadevergoeding verzoeken binnen de grenzen van de schade die al met bewijsmateriaal is gestaafd. In de zogeheten voorlopige voorziening wordt de dader en zijn civiele vertegenwoordiger gelast om ter vergoeding van de schade als voorschot op de definitieve berekening daarvan een geldsom te betalen, die onmiddellijk invorderbaar is. Dit instrument wordt op uw specifieke verzoek ingezet en vormt een rechtvaardiging voor de veroordeling van de dader tot een tussentijdse betaling wanneer de rechter van mening is dat er al concreet bewijs van aansprakelijkheid is. De aansprakelijkheid is beperkt tot het bedrag waarvoor de tussentijdse betaling wordt toegekend. Zelfs in strafprocedures "is het voor de berekening van de tussentijdse betaling niet nodig om bewijs te leveren van het bedrag van de schade zelf, maar is het voldoende dat het zeker is dat deze schade is opgetreden, tot maximaal het toegekende bedrag" (strafkamer van het Hof van Cassatie, nr. 12634/2001).

Laatste update: 13/10/2020

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.