Let op: de oorspronkelijke versie van deze pagina (Pools) is onlangs gewijzigd. Aan de vertaling in het Nederlands wordt momenteel gewerkt.
De volgende vertalingen zijn al beschikbaar: Engels
Swipe to change

Ouderlijke verantwoordelijkheid: gezag en omgangsrecht

Polen
Inhoud aangereikt door
European Judicial Network
Europees justitieel netwerk (in burgerlijke en handelszaken)

1 Wat betekent het begrip “ouderlijke verantwoordelijkheid” in de praktijk? Wat zijn de rechten en plichten van degene die ouderlijke verantwoordelijkheid draagt?

Het Poolse wetboek van gezins- en voogdijzaken bevat geen definitie van ouderlijke verantwoordelijkheid. In de Poolse rechtsliteratuur wordt ouderlijke verantwoordelijkheid opgevat als een reeks plichten en rechten van ouders ten aanzien van een kind met het oog op de juiste zorg voor het kind en zijn of haar bezittingen.

2 Wie heeft normaal gesproken de ouderlijke verantwoordelijkheid voor een kind?

Beide ouders hebben ouderlijke verantwoordelijkheid voor een kind. Wanneer een ouder overleden of niet volledig handelingsbekwaam is, is de andere ouder de houder van de ouderlijke verantwoordelijkheid. Hetzelfde geldt wanneer de ouderlijke verantwoordelijkheid van een van beide ouders is opgeschort.

De ouderlijke verantwoordelijkheid kan ook worden ingeperkt door een rechterlijke beslissing. In dat geval heeft de andere ouder het recht de ouderlijke verantwoordelijkheid met betrekking tot het kind uit te oefenen volgens de voorwaarden en binnen de grenzen die in die rechterlijke beslissing zijn vermeld.

3 Kan een andere persoon in plaats van de ouders worden aangewezen, als de ouders de verantwoordelijkheid voor hun kinderen niet kunnen of willen uitoefenen?

Wanneer de ouders niet in staat zijn de ouderlijke verantwoordelijkheid uit te oefenen, kunnen zij zich wenden tot de rechtbank die bevoegd is voor voogdijzaken (sąd opiekuńczy) of een andere overheidsinstantie om het kind in een pleeggezin te laten plaatsen. In extreme spoedgevallen kan het kind, op verzoek of met instemming van de ouders van het kind, onder de hoede van een pleeggezin worden geplaatst op basis van een overeenkomst tussen een districtshoofd (starosta) en een pleeggezin of personen die een gezinsvervangend tehuis leiden (rodzinny dom dziecka).

Als de ouders niet bereid zijn de ouderlijke verantwoordelijkheid met betrekking tot een kind uit te oefenen, kunnen zij erin toestemmen het kind ter adoptie aan te bieden. De Poolse wet voorziet in drie vormen van adoptie: volledig, volledig en onherroepelijk (ook wel “totale adoptie” genoemd) en onvolledig.

Als de belangen van het kind in gevaar komen wanneer de ouders hun ouderlijke verantwoordelijkheid naar behoren uitoefenen, kan een voor voogdijzaken bevoegde rechtbank hun ouderlijke verantwoordelijkheid beperken door middel van een rechterlijke beslissing en kan het kind in een pleeggezin, een gezinsvervangend tehuis, in institutionele pleegzorg, in een behandel- en zorginstelling, in een verpleeginstelling of in een instelling voor therapeutische revalidatie worden geplaatst.

4 Hoe wordt de ouderlijke verantwoordelijkheid geregeld als de ouders van echt scheiden of uit elkaar gaan?

Wanneer zij een beslissing geeft over echtscheiding, scheiding van tafel en bed of nietigverklaring van een huwelijk, moet een Poolse rechtbank de kwestie van de ouderlijke verantwoordelijkheid ten aanzien van een kind regelen, tenzij de rechtbank in een specifieke zaak niet bevoegd is met betrekking tot de ouderlijke verantwoordelijkheid. Bij het regelen van de kwestie van de ouderlijke verantwoordelijkheid kan de desbetreffende Poolse rechtbank een schriftelijke overeenkomst tussen de echtgenoten over de wijze waarop de ouderlijke verantwoordelijkheid zal worden uitgeoefend, in aanmerking nemen, mits deze in het belang is van het kind.

Indien de ouders geen overeenstemming bereiken, kan de rechtbank, het recht van het kind om door beide ouders te worden grootgebracht in aanmerking nemend:

1) een beslissing nemen over de gezamenlijke uitoefening van de ouderlijke verantwoordelijkheid;

2) de ouderlijke verantwoordelijkheid toekennen aan een van beide ouders en de verantwoordelijkheid van de andere ouder beperken tot bepaalde plichten en rechten betrekking tot het kind.

5 Welke formaliteiten moeten in acht worden genomen om onderlinge overeenstemming van de ouders betreffende de ouderlijke verantwoordelijkheid juridisch bindend te maken?

De wet schrijft geen specifieke vorm voor een dergelijke overeenkomst tussen de ouders voor. Opgemerkt moet echter worden dat een overeenkomst tussen de ouders over de wijze waarop de ouderlijke verantwoordelijkheid zal worden uitgeoefend, geen rechtskracht heeft en slechts kan worden beschouwd als een basis voor de beslissing van de rechtbank daarover. De overeenkomst kan ook tot stand komen via mediation. In dat geval moet zij schriftelijk zijn en worden ondertekend door beide ouders en een mediator. De schikking is slechts wettelijk bindend als zij is goedgekeurd door de rechtbank.

6 Als de ouders het niet eens worden over de ouderlijke verantwoordelijkheid, wat voor mogelijkheden zijn er dan om het conflict buiten het gerecht om op te lossen?

De ouders kunnen worden bijgestaan door een mediator. Mediationdiensten worden verleend op basis van een mediationovereenkomst of een beslissing van de rechtbank waarbij de ouders worden doorverwezen naar mediation. De overeenkomst kan ook worden gesloten door instemming van de ene ouder met de mediation waar de andere ouder om heeft verzocht. Een schikking die via mediation is bereikt, heeft echter pas de rechtskracht van een rechterlijke beslissing als zij door de rechtbank is goedgekeurd.

7 Over welke zaken betreffende het kind kan de rechter beslissen als de ouders de zaak aan de rechter voorleggen?

Ouders kunnen een voor voogdijzaken bevoegde rechtbank in Polen diverse kwesties in verband met ouderlijke verantwoordelijkheid voorleggen, bijvoorbeeld:

1) de wijze waarop de ouderlijke verantwoordelijkheid en het omgangsrecht moeten worden uitgeoefend, wanneer beide ouders de ouderlijke verantwoordelijkheid delen, maar gescheiden leven;

2) geschillenbeslechting in belangrijke zaken met betrekking tot het kind, wanneer de ouders het er niet over eens kunnen worden hoe deze zaken moeten worden opgelost, bijvoorbeeld: het bepalen van de verblijfplaats, schoolkeuze, keuze van de naam en achternaam, beslissingen in verband met medische behandeling, reizen naar het buitenland enz.;

3) rechtshandelingen tussen een kind en ouder, wanneer deze rechtshandelingen verder gaan dan het gewone beheer van de bezittingen van het kind.

8 Als het gerecht de voogdij over een kind toewijst aan een van de ouders, betekent dit dan dat deze ouder over alle zaken betreffende het kind kan beslissen zonder eerst de andere ouder te raadplegen?

Ja. Indien een rechtbank de uitoefening van ouderlijke verantwoordelijkheid aan slechts een van beide ouders heeft toevertrouwd, mag die ouder zelf beslissen over alle zaken met betrekking tot het kind zonder de andere ouder te hoeven raadplegen of zijn of haar toestemming te verkrijgen.

Een ouder kan de ouderlijke verantwoordelijkheid worden ontzegd door de voor voogdijzaken bevoegde rechtbank, als deze verantwoordelijkheid niet kan worden uitgeoefend wegens een duurzaam beletsel, of omdat de ouder zijn of haar ouderlijke verantwoordelijkheid misbruikt of zijn of haar verplichtingen jegens het kind ernstig verwaarloost.

9 Wat betekent het in de praktijk als het gerecht beslist dat de ouders gezamenlijk ouderlijke verantwoordelijkheid dragen?

Het toekennen van het gezamenlijk ouderlijk gezag aan de ouders betekent dat zij dezelfde rechten en plichten jegens het kind mogen en moeten uitoefenen. Dit houdt onder meer in dat over belangrijke zaken met betrekking tot het kind zal worden beslist door de ouders gezamenlijk, of door een voor voogdijzaken bevoegde rechtbank wanneer de ouders geen overeenstemming kunnen bereiken.

10 Tot welk gerecht of welke instantie moet ik mij wenden om een verzoek betreffende ouderlijke verantwoordelijkheid te doen? Aan welke formaliteiten moet ik voldoen en welke documenten moet ik bij mijn verzoek voegen?

Zaken in verband met de ouderlijke verantwoordelijkheid worden behandeld door de afdeling voor gezinnen en minderjarigen van de districtsrechtbank (sądy rejonowe) (voor voogdij bevoegde rechtbank) van de plaats waar het kind zijn of haar verblijfplaats heeft. Bij ontstentenis daarvan is de hoofdstedelijke districtsrechtbank van Warschau bevoegd.

Een verzoekschrift moet vergezeld gaan van de geboorteakte van het kind, de huwelijksakte van de ouders (wanneer zij getrouwd zijn) en andere ondersteunende documenten, zoals medische attesten, schoolcertificaten, onderwijsgerelateerde beoordelingen enzovoort.

11 Welke procedure geldt in deze zaken? Is er een spoedprocedure?

Zaken over de ouderlijke verantwoordelijkheid worden behandeld in een zogeheten procedure van niet-contentieuze of voluntaire rechtspraak, die minder formeel is dan een contentieuze procedure.

Daarnaast kan op verzoek van een partij bij de procedure de voor voogdij bevoegde rechtbank een voorlopige maatregel treffen op de wijze die zij onder specifieke omstandigheden passend acht. Daartoe strekkende beslissingen worden van kracht en zijn uitvoerbaar op het moment dat zij gegeven worden.

12 Kan ik een vergoeding krijgen van de kosten van rechtshulp en de procedure?

Partijen bij een procedure over de ouderlijke verantwoordelijkheid moeten de vergoedingen en onkosten betalen waarin de wet inzake gerechtskosten in civiele zaken voorziet. Volgens artikel 102, lid 1, van deze wet kan een partij bij een gerechtelijke procedure echter verzoeken om vrijstelling van de gerechtskosten door een verklaring in te dienen dat hij of zij deze kosten niet kan dragen, zonder dat dit tot ontbering leidt voor hem-/haarzelf of zijn/haar gezin. Het verzoek om vrijstelling van gerechtskosten moet vergezeld gaan van een verklaring waarin de gezinssituatie, de bezittingen, het inkomen en het levensonderhoud worden uiteengezet. De rechtbank kan een partij bij de procedure gedeeltelijk vrijstellen van de gerechtskosten, wanneer deze partij slechts een deel van deze kosten kan betalen (artikel 101, lid 1).

13 Is het mogelijk in beroep te gaan tegen een beslissing over ouderlijke verantwoordelijkheid?

Ja. Tegen elke beslissing kan beroep worden ingesteld bij een hogere rechtbank. Tegen beslissingen over de ouderlijke verantwoordelijkheid die zijn gegeven door een districtsrechtbank (sąd rejonowy) kan beroep worden ingesteld bij een regionale rechtbank (sąd okręgowy). Tegen beslissingen over de ouderlijke verantwoordelijkheid die door een regionale rechtbank (sąd okręgowy) zijn gegeven in een procedure betreffende een echtscheiding, scheiding van tafel en bed of nietigverklaring van het huwelijk, kan beroep worden ingesteld bij een hof van beroep (sąd apelacyjny).

14 Als het nodig is zich te wenden tot een gerecht of een andere instantie om een beslissing over ouderlijke verantwoordelijkheid ten uitvoer te leggen, welke procedure moet ik dan toepassen?

Het uitvoerend orgaan van de rechtbank in zaken die de terugkeer van een kind betreffen, is een door de rechtbank benoemde voogd (kurator sądowy). In het geval dat een rechterlijke beslissing waarin de terugkeer van een kind wordt gelast niet wordt nageleefd, moet de persoon naar wie het kind moet terugkeren, de rechtbank die deze beslissing heeft gegeven, verzoeken om een door een rechtbank benoemde voogd op te dragen voor de gedwongen terugkeer van het kind te zorgen. In het geval dat de verblijfplaats van een persoon die onder de ouderlijke verantwoordelijkheid valt, niet bekend is, stelt de rechtbank een onderzoek in om vast te stellen waar deze persoon zich bevindt. De rechtbank geeft het bevel aan een door de rechtbank benoemde voogd in de vorm van een beslissing, die in een gesloten zitting kan worden gegeven. Tegen deze beslissing kan geen beroep worden ingesteld. De door de rechtbank benoemde voogd stelt de datum vast waarop het kind moet worden overgebracht, en brengt de persoon naar wie het kind moet worden overgebracht, daarvan op de hoogte. De door de rechtbank benoemde voogd mag het kind weghalen bij iedere persoon bij wie het kind verblijft. Daartoe kan de door de rechtbank benoemde voogd de hulp inroepen van politiebeambten, psychologen enzovoort.

Als het gaat om vonnissen in verband met de omgangsregeling, voorziet het wetboek van burgerlijke rechtsvordering in een andere procedure. Op verzoek van een persoon die recht heeft op omgang met een kind zal de voor voogdijzaken bevoegde rechtbank in dat geval dreigen een bevel uit te vaardigen tegen de persoon die het gezagsrecht heeft en die verplichtingen op grond van een vonnis of schikking met betrekking tot het omgangsrecht niet nakomt, waarin wordt geëist dat deze voor elke niet nagekomen verplichting een bepaald bedrag betaalt aan de persoon die omgangsrecht heeft. In het geval dat een persoon die recht heeft op omgang met een kind, of een persoon die daar geen recht op heeft, de verplichting op grond van de rechterlijke beslissing niet nakomt, zal de voor voogdijzaken bevoegde rechtbank dreigen die persoon op te dragen een bepaald bedrag te betalen aan de persoon die het gezag heeft over het kind. Wanneer de voor voogdijzaken bevoegde rechtbank een persoon gelast een betaling te doen en deze persoon zijn of haar plicht blijft verzuimen, gelast de rechtbank deze persoon een gepast bedrag te betalen, dat wordt vastgesteld in overeenstemming met het aantal inbreuken.

Een uitvoerbare beslissing of schikking over het omgangsrecht moet aan het bovengenoemde verzoekschrift worden gehecht.

15 Wat moet ik doen om een beslissing over ouderlijke verantwoordelijkheid die door een gerecht in een andere lidstaat is gegeven, in deze lidstaat te laten erkennen en ten uitvoer te laten leggen?

De toepasselijke bepalingen zijn die van hoofdstuk III van Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid. Hoewel dergelijke beslissingen in de regel zonder verdere procedures worden erkend en ten uitvoer gelegd, is het mogelijk om bij een regionale rechtbank een verzoek om erkenning en tenuitvoerlegging in te dienen. De regionale rechtbank is ook bevoegd een verzoek om uitvoerbaarverklaring te behandelen. In beide gevallen moet het verzoekschrift voldoen aan de criteria voor een processtuk, wat wil zeggen dat in het verzoekschrift specifiek moet worden uiteengezet wat het verzoek is, welke feiten het verzoek rechtvaardigen en of de partijen hebben geprobeerd via mediation tot overeenstemming te komen.

16 Tot welk gerecht in deze lidstaat moet ik mij wenden om mij te verzetten tegen de erkenning van een beslissing over ouderlijke verantwoordelijkheid die is gegeven door een gerecht in een andere lidstaat? Welke procedure is in dit geval van toepassing?

Een verzoek om niet-erkenning van een gerechtelijke beslissing die is gegeven door een rechtbank van een EU-lidstaat, moet worden ingediend bij de regionale rechtbank die geografisch gezien bevoegd zou zijn om de zaak waarin door een buitenlandse rechtbank uitspraak is gedaan, te behandelen, of bij de regionale rechtbank van de regio waar de geografisch bevoegde districtsrechtbank is gevestigd of, indien deze rechtbanken ontbreken, bij de regionale rechtbank in Warschau (Sąd Okręgowy w Warszawie). Tegen een beslissing over de erkenning die is gegeven door de regionale rechtbank, kan voorlopig beroep (zażalenie) worden ingesteld, terwijl tegen de beslissing van het hof van beroep cassatieberoep (skarga kasacyjna) mogelijk is. Tevens kan worden verzocht om de heropening van een procedure die is gesloten met een niet voor beroep vatbare beslissing over de erkenning, en om het onwettig verklaren van die beslissing. Een procedure van niet‑contentieuze of voluntaire rechtspraak is dan van toepassing.

17 Welk recht wordt door het gerecht toegepast in een proces over ouderlijke verantwoordelijkheid waarbij het kind of de partijen niet in deze lidstaat wonen of verschillende nationaliteiten hebben?

Het toepasselijke recht in zaken die de ouderlijke verantwoordelijkheid en het omgangsrecht betreffen, is neergelegd in het Verdrag van ’s-Gravenhage van 19 oktober 1996 inzake de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning, de tenuitvoerlegging en de samenwerking op het gebied van ouderlijke verantwoordelijkheid en maatregelen ter bescherming van kinderen, of in bilaterale overeenkomsten waarbij Polen partij is. Wanneer geen van deze instrumenten van toepassing is, gelden de bepalingen van het internationaal privaatrecht. Wanneer de gewone verblijfplaats van het kind wordt gewijzigd naar een verblijfplaats in een land dat geen partij bij het Haags Verdrag is, zal het recht van dat land van toepassing zijn op alle daaropvolgende wijzigingen in de voorwaarden voor de toepassing van maatregelen die zijn genomen in het land waar het kind zijn of haar vorige gewone verblijfplaats had.

 

Deze webpagina maakt deel uit van de website Uw Europa.

Al uw feedback over de verstrekte informatie is welkom.

Your-Europe

Laatste update: 16/12/2020

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.