Goede praktijken van de lidstaten

Spanje

Overheidsbeleid ter bevordering van het gebruik en de bekendheid van het Handvest bij de wetgever, overheids- en rechtshandhavingsinstanties en de rechterlijke macht.

Inhoud aangereikt door
Spanje

Bij de uitvoerende en bestuurlijke instanties lopen de bekendheid met en het gebruik van het Handvest sterk uiteen.

Telkens als de regering haar betrokkenheid bij de mensenrechten verkondigt, benadrukt zij het belang van het Handvest. Dit was bijvoorbeeld het geval ter gelegenheid van de Dag van de mensenrechten op 10 december.

Het Handvest wordt om voor de hand liggende redenen door het ministerie van Buitenlandse Zaken, de Europese Unie en in het kader van samenwerking gebruikt.

Op de website van het ministerie van Buitenlandse Zaken deelt Spanje zijn inzet voor de bevordering en de bescherming van de mensenrechten en wordt benadrukt dat het Handvest van de grondrechten deel uitmaakt van het Spaanse rechtsstelsel en een aanvulling vormt op “de lijst van rechten en vrijheden van de Spaanse grondwet”.

Het ministerie van Binnenlandse Zaken is zeer goed bekend met het Handvest op het vlak van haatmisdrijven (Actieplan tegen haatmisdrijven (Plan de Acción para combatir los delitos motivados por el odio) (2019)), asiel (Bureau voor asiel- en vluchtelingenzaken, Subdirectoraat-generaal voor internationale bescherming (Oficina de Asilo y Refugio, Subdirección General de Protección Internacional)) en bescherming van persoonsgegevens (Inlichtingencentrum voor terrorisme en georganiseerde misdaad (Centro de Inteligencia contra el Terrorismo y la Delincuencia Organizada)).

In 2014 werd Instructie nr. 16/2014 van het Secretariaat voor veiligheid (Secretaría de Estado de Seguridad) tot goedkeuring van het “Operationele protocol voor rechtshandhavingsinstanties op het gebied van haatmisdrijven en gedragingen die in strijd zijn met de rechtsregels voor discriminatie” (“Protocolo de actuación de las fuerzas y cuerpos de seguridad en materia de “delitos motivados por el odio” y conductas que vulneren las normas jurídicas sobre discriminación”) aangenomen. Naar aanleiding van verschillende wetswijzigingen werd deze order het jaar erop gewijzigd bij Instructie nr. 16/2015. Het voornoemde protocol wordt expliciet vermeld in de verzameling van beste praktijken van de gehele Europese Unie betreffende de wijze van bestrijding van haatmisdrijven. Deze verzameling is gepubliceerd door het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten (Agency for Fundamental Rights – FRA). In deze verzameling staan de maatregelen en acties die de lidstaten van de Europese Unie hebben genomen in de bestrijding van “haatmisdrijven”; het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie is een van de talloze regelgevingen die worden gebruikt, ook al speelde het geen vooraanstaande rol: Tekst van het protocol.

Het voornoemde Secretariaat voor de veiligheid van het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft een “Actieplan tegen haatmisdrijven” (“Plan de Acción para combatir los delitos motivados por el odio”) goedgekeurd, dat als doel heeft de nationale politie te laten deelnemen aan programma’s voor scholing in en uitwisseling van beste praktijken tussen de lidstaten van het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten (FRA): Tekst van het actieplan.

Het ministerie van Justitie heeft kennis van de mensenrechten en schenkt bij het maken van wetsontwerpen extra aandacht aan het Handvest, zowel in de toelichting als bij het opstellen van effectbeoordelingen van de regelgeving. Daarbij gaat het met name om de omzetting van Europese richtlijnen, de aanpassing van het Spaanse rechtsstelsel aan de Europese regelgeving of de tenuitvoerlegging van internationale verdragen of overeenkomsten over deze thema’s die door Spanje zijn ondertekend.

Speciale aandacht gaat uit naar het in 2017 opgerichte Bureau voor de coördinatie en de kwaliteit van de regelgeving (Oficina de Coordinación y Calidad Regulatoria) van het ministerie van Regeringszaken, parlementaire betrekkingen en democratisch geheugen (Ministerio de la Presidencia, Relaciones con las Cortes y Memoria Democrática), dat de coördinatie en de kwaliteit van de regelgeving door de regering moet waarborgen. In het kader van deze algemene taken moet het bureau onderzoek doen naar “het verband tussen initiatieven op het gebied van regelgeving en de andere rechtsstelsels, zowel het nationale als dat van de Europese Unie”, overeenkomstig artikel 26.9 van Wet 50/1997 van 27 november 1997. Sinds kort verlangt dit bureau dat in effectbeoordelingen van de regelgeving een onderzoek is opgenomen naar de overeenstemming van de beoogde regelgeving met het Handvest. Daarom zou dit bureau mogelijk een essentiële rol kunnen spelen bij de bevordering van het gebruik van het Handvest bij de totstandkoming van regelgeving en zo bijdragen aan een grotere bekendheid van alle ministeries met het belang van het Handvest.

Het Handvest is ook een belangrijke factor om rekening mee te houden bij de vaststelling of de Spaanse overheid al dan niet moet deelnemen aan prejudiciële beslissingen van rechters van andere lidstaten – wat zij al gedaan heeft betreffende het verbod van folteringen en van onmenselijke of vernederende behandelingen of bestraffingen (artikel 4 van het Handvest over detentieomstandigheden in penitentiaire zaken; arrest van het Hof van 15 oktober 2019, C-128/18; arrest van het Hof van 25 juli 2018, C-220/18 PPU; arrest van het Hof van 15 november 2017, C-496/16), betreffende de eerbiediging van het privé-leven en het familie- en gezinsleven en de bescherming van persoonsgegevens (artikelen 7 en 8 van het Handvest; arrest van het Hof van 27 september 2017, C-73/16), betreffende gelijkheid voor de wet en non-discriminatie (artikelen 20 en 21 van het Handvest; arrest van het Hof van 30 juni 2016, C-205/15) en betreffende het recht op een doeltreffende voorziening in rechte en op een onpartijdig gerecht (artikel 47 van het Handvest; arrest van het Hof van 27 september 2017, C-73/16).

De Spaanse Federatie van gemeenten en provincies (Federación Española de Municipios y Provincias) heeft op 9 mei, ter gelegenheid van de Dag van Europa, het “Manifest voor een lokaal en regionaal Europa” (“Manifiesto por una Europa local y regional”) gepubliceerd, waarin het volgende wordt voorgesteld: “Bevorderen van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en de geschiedenis van de Europese Unie op scholen in alle lidstaten en van kennis over de werking van de instellingen. Het is van belang financiële en juridische voorwaarden te creëren die het mogelijk maken dat alle leerlingen tijdens hun schoolloopbaan een bezoek kunnen brengen aan de Europese instellingen”.

In de wetgevende vergadering wordt in de toelichtingen bij wetten soms naar het Handvest verwezen; tijdens parlementaire debatten zijn het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en arresten van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens vaak leidend of het uitgangspunt en worden het Handvest of het Hof van Justitie van de Europese Unie juist minder aangehaald; het Handvest wordt weliswaar steeds vaker gehanteerd, maar het gebruik ervan is nog verre van algemeen. Over de pro-Europese houding van de Spaanse parlementariërs bestaat geen enkele twijfel. Desondanks zou het goed zijn als zij gemakkelijker zouden kunnen beschikken over en toegang zouden kunnen hebben tot een betere scholing of een grotere bekendheid met dit onderwerp, omdat op dit punt altijd verbeteringen mogelijk zijn, zoals hierna wordt beschreven. Uit bestudering van de activiteiten en onderwerpen van het gemengd comité voor de Europese Unie (Comité Mixto para la Unión Europea) (gemengde commissie voor de Europese Unie (Comisión Mixta para la Unión Europea)) komt naar voren dat het Handvest voor het comité niet tot de onderwerpen behoort waar het de meeste tijd aan heeft besteed.

De gemengde commissie voor de Europese Unie van het Congres van Afgevaardigden (gemengde commissie voor de Europese Unie) zou zich regelmatig kunnen richten op de thema’s van het Handvest, zoals de goedkeuring van de Europese wetgeving, de relevante rechtspraak enz.

Ten aanzien van de rechterlijke macht heeft het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten “erkend dat de nationale rechtbanken een steeds belangrijkere rol spelen in de waarborging van de werking van het Handvest”. Rechters zijn steeds beter op de hoogte van het Handvest, ondanks dat het geen belangrijk onderdeel is van de scholingsprogramma’s ter voorbereiding op het vergelijkend magistraatsexamen. Onderwijs in het Handvest werd in de scholingsprogramma’s voor het vergelijkend examen van 2016 geïntroduceerd. Dit onderwerp werd behandeld in het kader van de cursus over de verdragen tot bescherming van de rechten van de mens samen met de Universele verklaring van de rechten van de mens, andere verdragen van de Verenigde Naties en het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. Pas in 2020 vormde het Handvest een vast onderdeel van de cursus “Recht van de Europese Unie”.

Voor mensen die zijn toegelaten tot het examen dat toegang geeft tot een loopbaan binnen de rechterlijke organisatie, organiseert de school voor de magistratuur (Escuela Judicial) (school voor de magistratuur van de Algemene Raad voor de rechterlijke macht (Consejo General del Poder Judicial)) workshops (het onderwijsprogramma (el plan de enseñanza)) die erop gericht zijn de kennis van fundamentele zaken te vergroten. Voorbeelden hiervan zijn de zaak Familiapress (arrest van het Hof van 26 juni 1997, C-368/95), de zaak Grogan (arrest van het Hof van 4 oktober 1991, C-159/90), de zaak García Avello (arrest van het Hof van 2 oktober 2003, C-148/02) en de zaak Kücükdeveci (arrest van het Hof van 19 januari 2010, C-555/07). Er worden ook andere belangrijke zaken die verband houden met het Handvest grondig bestudeerd, zoals de zaak Fransson (arrest van het Hof van 26 februari 2013, C-617/10), de zaak Melloni (arrest van het Hof van 26 februari 2013, C-399/11), de zaak Aranyosi (arrest van het Hof van 5 april 2016, C-404/15 en C-659/15 PPU) en de zaak N.S. (arrest van het Hof van 21 december 2011, C-411/10 en C-493/10).

Sinds 2010 biedt de Algemene Raad voor de rechterlijke macht rechters op het gebied van permanente scholing steeds meer cursussen aan over het recht van de Europese Unie. Er bestaan echter geen cursussen die uitsluitend over het Handvest gaan, ondanks dat het Handvest sinds 2018 een steeds prominentere plaats inneemt bij cursussen over het recht van de Europese Unie. Anderzijds worden cursussen gegeven over de grondrechten of de invloed van het recht van de Europese Unie binnen de rechtspraak, met name binnen het bestuursrecht, het socialezekerheidsrecht en het strafrecht.

Instrumenten die een beter inzicht verschaffen in het Handvest en duidelijker maken wanneer het van toepassing is

Er verschijnen steeds vaker publicaties en instrumenten die uitleg geven over wat het Handvest inhoudt en hoe het moet worden toegepast. Hierna volgen enkele voorbeelden van de bijdrage die wordt geleverd door overheden, bestuursorganen en de maatschappij.

Het Grondwettelijk Hof heeft een “Beknopt overzicht van rechtspraak van het Grondwettelijk Hof over het recht van de Europese Unie” (“Prontuario de jurisprudencia del Tribunal Constitucional sobre el Derecho de la Unión Europea”) samengesteld, waarin een paragraaf wordt gewijd aan “D) De Grondwet in relatie tot het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie” en kwesties aan de orde komen zoals “gemeenschappelijke grondslagen voor interpretatie” en “gevallen van strijdigheid”.

Het Instituut voor de mensenrechten van Catalonië (Institut de Drets Humans de Catalunya) heeft in samenwerking met de CGPJ een cursus over “Het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie voor officieren van justitie en magistraten” (La Carta de los Derechos Fundamentales de la UE para fiscales y miembros de la judicatura) georganiseerd, die zich toespitst op de rechtspraktijk en officieren van justitie en magistraten instrumenten wil geven waarmee het rechtskader van de grondrechten gemakkelijker kan worden toegepast en deze doelgroep meer inzicht kan krijgen in het belang van het Handvest.

De gemeente Madrid heeft een publicatie online geplaatst met als titel “La Europa que queremos. 20 Cartas para Europa” (“Het Europa dat wij willen. 20 handvesten voor Europa”), waarin de belangrijkste Europese teksten over diensten en rechten aan de orde komen, waaronder vanzelfsprekend ook het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (blz. 20 t/m 31).

De Algemene raad van Spaanse advocaten (Consejo General de la Abogacía), een publiekrechtelijke beroepsorganisatie van beroepsverenigingen van advocaten, heeft op zijn website een deel gewijd aan de uitleg over de toepassing van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.

De Federatie van verenigingen ter voorkoming van kindermishandeling (Federación de Asociaciones para la Prevención del Abuso Infantil) verstrekt op haar website gedetailleerde informatie over het Handvest om aan de hand van fundamentele elementen, een gedetailleerde beschrijving en de basis waarop het Handvest rust, meer over het Handvest te leren.

Samenwerking met belanghebbenden ter bevordering van het gebruik en de bekendheid van het Handvest van de grondrechten van de EU

De gemeente Madrid heeft ingestemd met de toevoeging van een vak over de Europese Unie aan het programma voor secundair onderwijs, waarin ook het Handvest van de grondrechten wordt behandeld.

Voorbeelden van niet-gouvernementele initiatieven die het gebruik en de bekendheid van het Handvest in uw land bevorderen

Het Spaanse Comité van vertegenwoordigers van personen met een handicap (Comité Español de Representantes de Personas con Discapacidad), een platform voor de vertegenwoordiging, de bescherming en actie van Spaanse burgers met een handicap, dat is opgericht in 1997, heeft bij de autoriteiten voortdurend om meer aandacht gevraagd voor de rechten van personen met een handicap. Daartoe heeft het Comité het Handvest onder de aandacht gebracht van de Spaanse autoriteiten.

Laatste update: 17/01/2024

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.