Een deskundige zoeken

Luxemburg

Inhoud aangereikt door
Luxemburg

I. Lijsten en registers van deskundigen

Het Ministerie van Justitie kan beëdigde deskundigen, vertalers, tolken, en wettelijke vertegenwoordigers en zakelijke bemiddelaars op het gebied van rechtshandhaving en bestuursrechtelijke zaken aanwijzen, om de taken uit te voeren die hen door de gerechtelijke en bestuursrechtelijke autoriteiten zijn toegewezen. De deskundigen die op deze manier zijn aangesteld en vervolgens zijn beëdigd voor een kamer van het Hooggerechtshof worden opgenomen in een register dat beschikbaar is op de website van het Ministerie van Justitie.

Hoewel het register is opgezet voor strafrechtelijke en bestuursrechtelijke zaken, wordt het ook gebruikt voor burgerlijke en handelszaken. Rechtbanken zijn niet verplicht om deskundigen uit het register aan te wijzen, maar doen dat meestal wel.

Beroepsbeoefenaren dienen een aanvraag in bij het Ministerie van Justitie om in het register te worden opgenomen. Aanvragen voor opname in het register kunnen worden ingediend bij het Ministerie van Justitie via een online assistent die beschikbaar is op MyGuichet.lu (zie Formulieren/Onlinediensten) of de mobiele app MyGuichet.lu. Een volledig dossier (waaronder een diploma in het betrokken vakgebied, bewijs van beroepservaring, een cv en een uittreksel uit het strafregister) wordt naar het Ministerie van Justitie gestuurd, dat vervolgens een procedure start om onder andere de betrouwbaarheid van de deskundige te controleren. Het ministerie beslist of de deskundige in het register wordt opgenomen door de kwalificatie (waaronder diploma’s in het betrokken vakgebied en verdere opleidingen) en ervaring van de kandidaat te controleren. Als de deskundige in het register wordt opgenomen, moet deze een eed afleggen voor de rechter.

Nadat de deskundige door het Ministerie van Justitie is aangewezen en door een rechtbank is beëdigd, wordt de inhoud van het register gepubliceerd in het Luxemburgse Staatsblad. De registratie brengt voor de deskundigen geen bijzondere verplichtingen met zich mee. Zij hoeven geen activiteitenverslag naar het ministerie te sturen en zijn niet verplicht om voortdurend bij te scholen. Het register wordt regelmatig geactualiseerd.

De status van een deskundige kan worden herroepen als de deskundige zijn/haar verplichtingen of beroepsethiek schendt of om andere ernstige redenen Dergelijke redenen doen zich voor als de deskundige niet meer aan de vereiste kwalificatie voldoet, als is vastgesteld dat hij/zij nalatig was of niet meer de vereiste betrouwbaarheid biedt, bijvoorbeeld wanneer de deskundige schuldig wordt bevonden aan een misdrijf. Een deskundige wordt bij besluit van de minister ontslagen, nadat de minister het advies van de openbaar aanklager heeft ingewonnen en de betrokken deskundige heeft gehoord. Het ontslag neemt de vorm aan van een herroeping van de status bij ministerieel besluit. De herroeping kan worden aangevochten voor de bestuursrechter. Op deskundigen is geen specifieke gedragscode of ethische code van toepassing. Andere ethische of beroepscodes die van toepassing zijn op het specifieke beroep van de deskundige, moeten echter wel worden nageleefd.

II. Kwalificaties van deskundigen

Deskundigen moeten een bepaald opleidingsniveau in hun vakgebied hebben bereikt om zich deskundige te kunnen noemen. Deze diploma’s zijn een voorwaarde voor deskundigen om te worden opgenomen in het register van deskundigen van het Ministerie van Justitie. Deskundigen hoeven geen lid van een beroepsorganisatie te zijn om als deskundige te kunnen werken en hoeven hun vaardigheden niet regelmatig te verbeteren (er is geen systeem voor permanente juridische opleiding, maar deskundigen kunnen op vrijwillige basis een opleiding volgen).

III. Vergoeding van deskundigen

De vergoeding van de deskundigen is in een regeling vastgesteld. In specifieke gevallen, vooral wanneer de opdracht van de deskundige bijzonder complex is, kan de rechtbank beslissen om niet het wettelijke tarief toe te passen. In de praktijk vragen deskundigen de partijen meestal om in te stemmen met de betaling van een hoger bedrag dan het wettelijke tarief. Wanneer een deskundige door de rechtbank wordt aangesteld in een burgerlijke zaak, is een van de partijen verplicht de deskundige vooraf te betalen. Deskundigen kunnen een voorschot krijgen op hun honorarium dat hoger is dan het wettelijke tarief. Maar aan het einde van de procedure beslist de rechtbank in haar oordeel ten gronde wie de uiteindelijke kosten moet dragen. De kosten kunnen tussen de partijen worden verdeeld. De partijen kunnen rechtsbijstand krijgen voor de vergoeding van de deskundige tegen de voorgeschreven tarieven.

In strafzaken wordt het voorschot op de kosten altijd door de staat betaald. Beklaagden moeten de vergoeding van de deskundige alleen betalen als zij worden veroordeeld. Deskundigen om wie door de openbaar aanklager is verzocht, kunnen eveneens door de staat worden betaald.

IV. Aansprakelijkheid van deskundigen

Er bestaat geen specifieke regel betreffende de aansprakelijkheid van deskundigen. Hun optreden is dus onderworpen aan de algemene regels inzake onrechtmatige daad en inzake overeenkomsten. Deze regels voorzien niet in een beperking van de aansprakelijkheid. Deskundigen zijn niet verplicht om mogelijke aansprakelijkheid te dekken via een beroepsaansprakelijkheidsverzekering.

V. Aanvullende informatie over deskundigenprocedures

De aanwijzing van deskundigen wordt geregeld door een specifieke wet, namelijk de Loi modifiée du 7 juillet 1971 portant en matière répressive et administrative, institution d’experts, de traducteurs et d’interprètes assermentés et complétant les dispositions légales relatives à l’assermentation des experts, traducteurs et interprètes. Deze wet heeft alleen betrekking op straf- en bestuursrechtelijke zaken. Er bestaat geen specifieke wet voor burgerlijke zaken.

Er moet worden opgemerkt dat sommige andere bepalingen van de wetboeken van strafvordering of burgerlijke rechtsvordering ook relevant zijn, zoals de Loi modifiée du 21 juin 1999 portant règlement de procédure devant les juridictions administratives.

Er zijn geen fundamentele verschillen tussen de aanstellingsprocedures in burgerlijke, bestuursrechtelijke en strafzaken. In strafzaken heeft de beklaagde echter uitgebreidere rechten dan in andere zaken. De overgrote meerderheid van de gerechtelijke deskundigen wordt aangesteld in een preliminaire procedure, voorafgaand aan het proces. Ten minste de helft van de verzoeken om aanstelling van een deskundige wordt tijdens de preliminaire procedure ingediend. De aanstelling van deskundigen tijdens het hoofdgeding is niet erg gebruikelijk.

1. Aanstelling van deskundigen

In Luxemburg worden de gerechtelijke deskundigen door de rechtbanken aangesteld of door de partijen ingeschakeld. Alleen rechters kunnen deskundigen met de status van gerechtelijk deskundige aanwijzen, hetzij op verzoek van de partijen, hetzij ambtshalve. In strafzaken is het vaak de onderzoeksrechter (de juge d’instruction) die de deskundige aanstelt, hetzij op verzoek van de beklaagde, hetzij op verzoek van de openbaar aanklager. De onderzoeksrechter kan de deskundige ook ambtshalve aanstellen. Aangezien de beslissing van de onderzoeksrechter een voorlopige beslissing is, is het beginsel van hoor en wederhoor niet van toepassing.

In het strafrecht gelden er bijzondere regels voor mededeskundigen of tegendeskundigen die ter beschikking staan van de beklaagde.

In burgerlijke, handelsrechtelijke en bestuursrechtelijke zaken kan een deskundige worden aangesteld voorafgaand aan het proces als er sprake is van een bijzondere urgentie.

a) Aanstelling door een rechtbank

In het hoofdgeding stelt een rechtbank een gerechtelijk deskundige aan wanneer zij advies nodig heeft over technische kwesties die zich in de loop van de procedure voordoen. De rechtbanken kunnen een deskundige aanstellen op verzoek van de partijen of ambtshalve. Deskundigen moeten elk belangenconflict met een partij melden.

Een aanstelling van een deskundige voorafgaand aan het proces is mogelijk als de zaak dringend is of als de deskundigheid nodig is met het oog op een aanstaande rechtszaak ten gronde. De aanstelling van de deskundige in dit preliminaire stadium is het enige doel van de procedure, en daarvoor moeten de partijen een specifiek verzoek indienen. In het algemeen kan deze procedure niet worden ingeleid zonder dat de beklaagde in de gelegenheid is gesteld om door de rechter te worden gehoord. In gevallen van extreme urgentie kunnen echter onmiddellijk gerechtelijke deskundigen worden aangesteld, maar in dit geval moet de beklaagde de gelegenheid krijgen om in een later stadium te worden gehoord.

In het verzoek om aanstelling van een gerechtelijk deskundige of in de opmerkingen op het voornemen van de rechtbank om een deskundige aan te stellen, kunnen de partijen deskundigen voordragen en overeenstemming bereiken over een specifieke deskundige. Wanneer een rechtbank beslist om ambtshalve een gerechtelijk deskundige aan te wijze, moet zij de partijen hiervan op de hoogte stellen en hen verzoeken om opmerkingen in te dienen voordat zij een dergelijke beslissing neemt. Rechtbanken zijn niet verplicht om deskundigen aan te stellen die in het register van deskundigen staan, hoewel zij dat in de praktijk meestal wel doen.

b) Aanstelling door de partijen

Hoewel de partijen nooit gerechtelijke deskundigen aanstellen, kunnen de partijen wel worden betrokken bij de aanstelling van een deskundige door de rechtbank. Zij kunnen hun instemming geven met betrekking tot de opdracht van de deskundige, de kosten en zelfs met betrekking tot een specifieke deskundige. In dat geval zouden zij een gezamenlijke aanstellingsbrief sturen naar de gekozen deskundige. Wanneer beide partijen instemmen, kan de rechter de aanstelling van die deskundige toestaan. Dit gebeurt heel vaak in het kader van een preliminaire procedure.

2. Procedure (burgelijk)

Zodra de gerechtelijk deskundige is aangesteld, zal hij/zij de partijen bijeenroepen om de zaak met hen te bespreken. Deskundigen communiceren meestal met de partijen via hun advocaten en informeren de rechtbank ook over de ontwikkelingen. Er zijn geen specifieke regels voor de manier waarop dit moet verlopen, behalve de verplichting om het beginsel van hoor en wederhoor te allen tijde te respecteren: elke partij heeft het recht om te allen tijde haar mening te geven over alle aspecten van de zaak.

Er zijn twee afwijkingen van dit beginsel. Deze hebben betrekking op het deskundigenonderzoek van zuiver feitelijke aspecten en op onderzoeken die de privésfeer binnendringen (d.w.z. medisch onderzoek). In deze gevallen moet de deskundige echter de resultaten van het onderzoek aan de andere partijen voorleggen, voordat hij zijn/haar verslag afrondt.

De voortgang van het onderzoek van de deskundige wordt door de bevoegde rechtbank gecontroleerd. Indien daartoe een verzoek wordt ingediend, kan de rechtbank verklaren dat de deskundige niet voldoende gekwalificeerd is en een andere deskundige aanwijzen. Aangezien in de overgrote meerderheid van de zaken slechts één deskundige wordt aangesteld, is er geen procedure waarbij deskundigen vóór het proces bijeenkomen om de kwesties nader af te bakenen.

a) Deskundigenverslag

De deskundige dient een schriftelijk verslag in. Er is geen bijzondere structuur die de deskundige in het verslag moet volgen. De deskundige is verplicht om de opdracht loyaal en met inachtneming van het beginsel van hoor en wederhoor uit te voeren. Deskundigen moeten alle feitelijke vragen in hun opdracht aan de orde stellen, maar mogen geen juridische vragen beantwoorden. De opdracht van de deskundige wordt door de rechtbank afgebakend, behalve in procedures waarin de deskundige door de partijen is aangesteld, zonder tussenkomst van de rechter, waarin hij/zij de bezwaren van de partijen zal behandelen.

Een voorlopig verslag is niet verplicht, maar kan worden opgesteld als de omstandigheden van de specifieke zaak dat vereisen. Dit is met name het geval als er tijdens de uitvoering van de opdracht nieuwe vragen rijzen of als de partijen niet met de deskundige samenwerken.

In zeldzame gevallen moet de deskundige mogelijk een bijkomend verslag opstellen, bijvoorbeeld wanneer de deskundige niet alle vragen heeft beantwoord die in de opdracht waren opgenomen of wanneer er later aanvullende vragen rijzen. De rechtbank vaardigt dan een nieuw bevel uit waarin de noodzaak van verder onderzoek wordt vermeld en waarin de vragen uiteen worden gezet die moeten worden beantwoord. De partijen kunnen een verzoek om nadere toelichting bij de rechter indienen. In de praktijk is het echter waarschijnlijker dat er een andere deskundige wordt aangesteld, afhankelijk van hoe tevreden de partijen over het eerste verslag zijn.

Deskundigenverslagen kunnen zowel door de verklaringen van de partijen als door een tegenonderzoek worden aangevochten. De rechtbanken zijn niet gebonden aan het advies dat in de deskundigenverslagen wordt geuit. Volgens de rechtspraak kan de rechtbank afwijken van het advies van de deskundige als daar goede redenen voor zijn, namelijk als een of beide partijen bewijzen dat de deskundige het bij het verkeerde eind heeft. Tegenverslagen hebben dezelfde bewijskracht, ongeacht of de deskundige door de rechtbank of door de partijen is aangesteld. Verslagen waartoe één partij opdracht heeft gegeven, of tegenverslagen, alsmede verslagen die zijn opgesteld zonder dat de deskundige het beginsel van hoor en wederhoor heeft nageleefd, kunnen worden opgesteld en besproken in een proces, maar hebben niet dezelfde bewijskracht als verslagen die met inachtneming van dit beginsel zijn opgesteld.

b) Rechtszitting

Deskundigen hoeven niet aanwezig te zijn op preliminaire zittingen. Zij moeten een rechtszitting bijwonen om vragen van de rechtbank te beantwoorden nadat zij hun verslag hebben ingediend. In de rechtbank worden zij niet aan een kruisverhoor onderworpen.

Laatste update: 25/07/2024

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.