- 1 Wat betekenen de begrippen "levensonderhoud" en "onderhoudsplicht" in de praktijk? Welke personen zijn jegens anderen onderhoudsplichtig?
- 2 Tot welke leeftijd heeft een kind aanspraak op levensonderhoud? Zijn de regels inzake levensonderhoud verschillend voor minderjarigen en volwassenen?
- 3 Moet ik om alimentatie verzoeken bij een bevoegde autoriteit of rechterlijke instantie? Wat zijn de belangrijkste onderdelen van deze procedure?
- 4 Kan het verzoek worden gedaan namens een familielid (zo ja, van welke graad) of een kind?
- 5 Indien ik naar de rechter wil stappen, hoe weet ik dan welke rechter bevoegd is?
- 6 Heb ik als verzoeker een vertegenwoordiger (bv. advocaat, centrale of lokale autoriteit enz.) nodig om de zaak bij de rechter aanhangig te maken? Zo nee, welke procedures zijn van toepassing?
- 7 Moet ik vergoedingen betalen voor het aanhangig maken van de zaak? Zo ja, hoeveel bedragen deze ongeveer? Kan ik, wanneer mijn financiële middelen ontoereikend zijn, rechtsbijstand krijgen om de kosten van de procedure te dekken?
- 8 Welk soort alimentatie kan door de rechter worden toegekend? Hoe wordt het bedrag van de alimentatie berekend? Kan de rechterlijke beslissing worden herzien wanneer de kosten voor levensonderhoud of de gezinssituatie wijzigen? Zo ja, hoe (bv. via een automatisch indexeringssysteem)?
- 9 Hoe en aan wie wordt de alimentatie betaald?
- 10 Hoe kan een persoon (de onderhoudsplichtige) die niet vrijwillig betaalt, tot betaling worden gedwongen?
- 11 Beschrijf kort alle met betrekking tot de tenuitvoerlegging geldende beperkingen, met name de voorschriften ter bescherming van de onderhoudsplichtige en inzake verval- of verjaringstermijnen.
- 12 Zijn er organisaties of autoriteiten die mij kunnen helpen bij de invordering van alimentatie?
- 13 Kunnen organisaties (overheids- of privéorganisaties) een voorschot op (een deel van) het alimentatiebedrag betalen in de plaats van de onderhoudsplichtige?
- 14 Indien ik mij in deze lidstaat bevind en de onderhoudsplichtige zijn/haar verblijfplaats in een ander land heeft:
- 15 Indien ik mij in een ander land bevind en de onderhoudsplichtige zich in deze lidstaat bevindt:
- 16 Is deze lidstaat gebonden door het Haagse Protocol van 2007?
- 17 Indien deze lidstaat niet is gebonden door het Haagse Protocol van 2007, welk rechtsstelsel zal er dan overeenkomstig zijn regels van internationaal privaatrecht worden toegepast op de alimentatievordering? Wat zijn de desbetreffende regels van internationaal privaatrecht?
- 18 Welke regels gelden er met betrekking tot de toegang tot de rechter in grensoverschrijdende zaken in de EU (conform de structuur van hoofdstuk V van de verordening inzake onderhoudsverplichtingen)?
- 19 Welke maatregelen heeft deze lidstaat genomen om de uitvoering van de taken die zijn beschreven in artikel 51 van de verordening inzake onderhoudsverplichtingen te waarborgen?
1 Wat betekenen de begrippen "levensonderhoud" en "onderhoudsplicht" in de praktijk? Welke personen zijn jegens anderen onderhoudsplichtig?
De onderhoudsplicht is een wettelijke plicht voor degenen die de middelen hebben om iemand te ondersteunen met wie zij door verwantschap of huwelijk een relatie hebben. Als gevolg hiervan kunnen diverse personen alimentatie vorderen, onder wie:
- de ene echtgenoot van de andere echtgenoot of een voormalige echtgenoot (artikelen 212, 214 en 246 van het Burgerlijke Wetboek (Code civil)) of de ene partner van de andere partner, wanneer zij een partnerschap hebben op basis van de gewijzigde Wet van 9 juli 2004 inzake de rechtsgevolgen van bepaalde partnerschappen (loi modifiée du 9 juillet 2004 relative aux effets légaux de certains partenariats), of, onder bepaalde voorwaarden, van een voormalige partner;
- kinderen van hun ouders (artikelen 203, 372‑2, 376‑2, 376‑3 en 376‑4 van het Burgerlijk Wetboek);
- vaders, moeders en andere verwanten in opgaande lijn van hun kinderen (artikel 205 van het Burgerlijk Wetboek);
- schoonvaders en schoonmoeders van hun schoonzoons en schoondochters (artikel 206 van het Burgerlijk Wetboek).
De regel dat "alimentatie niet bestemd is voor het dekken van vorderingen uit het verleden", betekent dat alimentatie bedoeld is om te voorzien in huidige en toekomstige behoeften, en niet om in het verleden gemaakte kosten te vergoeden. Deze regel heeft de juridische waarde van een eenvoudige aanname, d.w.z. dat de regel kan worden genegeerd als de onderhoudsgerechtigde het bewijs levert dat hij of zij hetzij schulden heeft moeten aangaan om in zijn of haar levensonderhoud te kunnen voorzien, hetzij daarvoor moeite heeft gedaan, hetzij er niet toe in staat was.
Een alimentatievordering kan niet worden gecompenseerd, tenzij de vordering waarmee deze gecompenseerd kan worden ook een alimentatievordering is.
2 Tot welke leeftijd heeft een kind aanspraak op levensonderhoud? Zijn de regels inzake levensonderhoud verschillend voor minderjarigen en volwassenen?
Wanneer het ouderlijk gezag gezamenlijk wordt uitgeoefend, is ieder ouder ongeacht of hij of zij getrouwd of gescheiden is, verplicht bij te dragen in het levensonderhoud en de opvoeding van kinderen, afhankelijk van de middelen waarover hij of zij en de andere ouder beschikken, en van de behoeften van het kind. In geval van een (echt)scheiding moeten de ouders blijven bijdragen voor de kosten van het levensonderhoud en de opvoeding van het kind, tenzij een rechtbank anders beslist. Het maakt daarbij niet uit of zij het ouderlijk gezag gezamenlijk uitoefenen. Deze bijdrage heeft de vorm van een onderhoudsuitkering en stopt niet automatisch wanneer het kind volwassen wordt. De uitkering kan rechtstreeks aan het kind worden betaald en worden aangepast naargelang van de behoeften van het kind en de middelen en uitgaven van iedere ouder.
3 Moet ik om alimentatie verzoeken bij een bevoegde autoriteit of rechterlijke instantie? Wat zijn de belangrijkste onderdelen van deze procedure?
De familierechter (Juge aux affaires familiales) binnen de arrondissementsrechtbanken (Tribunaux d’arrondissement) is vooral bevoegd voor onderhoudsuitkeringen, de uitoefening van het ouderlijk gezag, en echtscheiding en scheiding van tafel en bed.
De verzoeker moet de alimentatievordering bij de familierechter indienen. Als de alimentatievordering samenhangt met een procedure inzake echtscheiding of scheiding van tafel en bed, neemt de familierechter die uitspraak doet over de echtscheiding of de scheiding van tafel en bed, eveneens de beslissing over de alimentatievordering.
4 Kan het verzoek worden gedaan namens een familielid (zo ja, van welke graad) of een kind?
In geval van voogdij (tutelle) of curatele/bewind (curatelle) kan de voogd (tuteur) of de curator/bewindvoerder (curateur) een aanvraag indienen namens de ouder of een minderjarig kind.
Ouders die het ouderlijk gezag over hun minderjarige kind uitoefenen, kunnen een aanvraag indienen namens dat kind.
Het minderjarige kind heeft geen rechtspersoonlijkheid en is niet rechtsbekwaam om zelf een aanvraag in te dienen, behalve wanneer de minderjarige in staat is zijn of haar eigen mening te vormen op grond van artikel 1007‑50 van het Nieuwe Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Nouveau Code de procédure civile). In dit kader kan de minderjarige die in staat is zijn of haar eigen mening te vormen, via een verzoek aan de arrondissementsrechtbank de familierechter vragen wijzigingen aan te brengen in de uitoefening van het ouderlijk gezag, van het omgangsrecht of van de huisvesting. In dat geval wijst de rechter binnen 15 dagen een advocaat aan om de minderjarige te vertegenwoordigen.
5 Indien ik naar de rechter wil stappen, hoe weet ik dan welke rechter bevoegd is?
De territoriaal bevoegde arrondissementsrechtbank is:
1. de rechtbank van de plaats waar het gezin woont (echtelijke verblijfplaats);
2. als de ouders apart wonen, de rechtbank van de woonplaats van de ouder bij wie het minderjarige kind gewoonlijk verblijft, wanneer het ouderlijk gezag gezamenlijk wordt uitgeoefend, of de rechtbank van de woonplaats van de ouder die dit gezag alleen uitoefent;
3. in andere gevallen, de rechtbank van de verblijfplaats van de persoon die de procedure niet heeft aangespannen;
Bij gezamenlijke verzoeken kiezen de partijen de rechtbank van de plaats waar een van beide partijen woont.
Het is mogelijk dat het geschil uitsluitend gaat over partneralimentatie, de bijdrage voor het levensonderhoud en de opvoeding van kinderen, de bijdrage in de kosten van het huwelijk, of urgente en voorlopige maatregelen bij beëindiging van een geregistreerd partnerschap. In dat geval kan de bevoegdheid liggen bij de rechtbank van de woonplaats van de echtgenoot of voormalige partner die alimentatie ontvangt of van de ouder die in eerste instantie belast is met de zorg voor de kinderen, zelfs wanneer deze volwassen zijn.
De territoriale bevoegdheid wordt bepaald aan de hand van de woonplaats op de datum dat het verzoek werd ingediend, of in echtscheidingszaken, de datum dat het oorspronkelijke verzoekschrift werd ingediend.
Als er tijdens een echtscheidingsprocedure alimentatie wordt gevorderd, is de rechtbank die het verzoek om echtscheiding behandelt, bevoegd.
6 Heb ik als verzoeker een vertegenwoordiger (bv. advocaat, centrale of lokale autoriteit enz.) nodig om de zaak bij de rechter aanhangig te maken? Zo nee, welke procedures zijn van toepassing?
Een verzoeker kan een zaak aan de familierechter voorleggen door een verzoek bij de arrondissementsrechtbank in te dienen. Dit verzoek moet bij de griffie van de arrondissementsrechtbank worden ingediend, die het aan de tegenpartij betekend. De partijen hoeven niet door een advocaat te worden vertegenwoordigd, behalve wanneer de alimentatie tijdens een echtscheidingsprocedure wordt aangevraagd op grond van duurzame ontwrichting van het huwelijk of tijdens de procedure inzake scheiding van tafel en bed. In zulke gevallen moet een advocaat in de arm worden genomen.
De verzoeker moet in ieder geval aan de rechter alle documenten overleggen waaruit zijn of haar behoeften blijken. Het kan hierbij onder meer gaan om loonstroken, certificaten van belastingvrijstelling, bewijs van werkloosheid of langdurige ziekte, huurcontract, leningen, kinderen ten laste en kosten voor onderhoud en opvoeding enz.
7 Moet ik vergoedingen betalen voor het aanhangig maken van de zaak? Zo ja, hoeveel bedragen deze ongeveer? Kan ik, wanneer mijn financiële middelen ontoereikend zijn, rechtsbijstand krijgen om de kosten van de procedure te dekken?
Bij de kosten van een gerechtelijke procedure moeten ook de gerechtskosten worden genoemd, evenals de procedurekosten; de partij die de zaak verliest, kan tot volledige of gedeeltelijke betaling van deze procedurekosten worden veroordeeld. In voorkomend geval moet ook het honorarium van een advocaat worden betaald.
Personen van wie de inkomsten volgens het Luxemburgse recht als onvoldoende worden beschouwd, kunnen voor rechtsbijstand in aanmerking komen. Hiertoe moeten zij een formulier invullen dat verkrijgbaar is bij de Centrale Dienst Maatschappelijk Werk (service central d'assistance sociale) en het ingevulde formulier naar de territoriaal bevoegde deken/stafhouder van de orde van advocaten (Bâtonnier de l'Ordre des avocats) sturen.
Als de deken/stafhouder van de orde van advocaten rechtsbijstand verleent, dekt deze alle kosten met betrekking tot procedures of handelingen waarvoor deze is toegekend. De rechtsbijstand dekt bijvoorbeeld zegelrechten en registratiekosten, griffierechten, honoraria van advocaten, vergoedingen en kosten van gerechtsdeurwaarders en notarissen, kosten en honoraria van specialisten, getuigengeld, vergoedingen van vertalers en tolken, kosten van schriftelijke verklaringen inzake in het buitenland geldend recht (certificats de coutume), reiskosten, rechten en kosten van inschrijvingsformaliteiten, hypotheken en pandgeving, evenals, indien noodzakelijk, de kosten voor het plaatsen van advertenties in kranten.
8 Welk soort alimentatie kan door de rechter worden toegekend? Hoe wordt het bedrag van de alimentatie berekend? Kan de rechterlijke beslissing worden herzien wanneer de kosten voor levensonderhoud of de gezinssituatie wijzigen? Zo ja, hoe (bv. via een automatisch indexeringssysteem)?
- Type alimentatie
Tijdens de procedure en na de beslissing over de echtscheiding of de scheiding van tafel en bed heeft de alimentatie meestal de vorm van een maandelijkse uitkering. De alimentatie kan echter ook bestaan uit een eenmalige uitkering die de vorm aanneemt van hetzij een geldbedrag, hetzij het doen van afstand van goederen in natura.
De bijdrage voor het levensonderhoud en de opvoeding van het kind kan bestaan uit hetzij een maandelijks te betalen alimentatie, hetzij de gehele of gedeeltelijke rechtstreekse betaling van kosten die voor het kind worden gemaakt. Tot slot kan de alimentatie de vorm aannemen van een gebruiks- of woonrecht.
Als de alimentatieplichtige kan aantonen dat hij of zij de alimentatie niet kan betalen, kan de rechtbank bevelen dat hij of zij degene aan wie de alimentatie verschuldigd is, in zijn of haar huis opneemt en deze persoon voedt en onderhoudt.
- Vaststelling van de alimentatie
Er bestaat geen referentieschaal. Het bedrag van de alimentatie wordt berekend op basis van de financiële middelen van de onderhoudsplichtige en de behoeften van de onderhoudsgerechtigde.
- Indexering
Om de alimentatie aan te passen aan veranderingen in de kosten van levensonderhoud kan de rechter, zelfs ambtshalve, besluiten dat de alimentatie moet worden geïndexeerd op basis van een wettelijk vastgestelde indexeringsclausule.
- Herziening van het bedrag
Bij gewijzigde omstandigheden kan de alimentatie naar boven of naar beneden worden bijgesteld en zelfs worden beëindigd. Dat geldt niet wanneer de alimentatie in het kader van een echtscheiding als eenmalig bedrag werd uitgekeerd. Als de partijen geen overeenstemming weten te bereiken, neemt de rechtbank het besluit tot verhoging/verlaging of beëindiging.
De rechter kan ook het bedrag van de alimentatie dat de partijen in overleg hebben vastgesteld, wijzigen. Dit recht geldt niet alleen als er zich een verandering voordoet in de respectieve situatie van de onderhoudsgerechtigde en de onderhoudsplichtige, maar ook als er geen veranderingen zijn en de rechter van oordeel is dat het bedrag onvoldoende of buitensporig is.
De alimentatie die in het kader van een echtscheiding op grond van duurzame ontwrichting van het huwelijk aan een echtgenoot wordt toegekend, kan niet langer dan voor de duur van het huwelijk worden uitgekeerd, behalve in uitzonderlijke omstandigheden.
9 Hoe en aan wie wordt de alimentatie betaald?
Tijdens de procedure en na de beslissing over de echtscheiding of de scheiding van tafel en bed wordt de alimentatie betaald aan de begunstigde echtgenoot.
De bijdrage voor het levensonderhoud en de opvoeding van het kind wordt door een van de ouders uitgekeerd aan de andere ouder of aan de persoon aan wie het kind is toevertrouwd. Als het kind meerderjarig is, kan de rechter besluiten of kunnen de ouders overeenkomen dat de bijdrage geheel of gedeeltelijk zal worden uitgekeerd aan het kind zelf.
10 Hoe kan een persoon (de onderhoudsplichtige) die niet vrijwillig betaalt, tot betaling worden gedwongen?
Voor de onderhoudsgerechtigde staan verschillende middelen open om de weerspannige onderhoudsplichtige te verplichten de alimentatie te betalen.
Civiel recht:
De onderhoudsgerechtigde heeft verschillende mogelijkheden:
- in geval van een echtscheiding kan een onderhoudsgerechtigde de zaak aan de familierechter voorleggen. Daartoe dient hij of zij bij de arrondissementsrechtbank een verzoek in om toestemming om, met uitsluiting van de voormalige partner en onverminderd de rechten van derden, de inkomsten van de voormalige partner, de opbrengsten uit zijn of haar werk (zoals pensioenen en rentes die hem of haar toekomen) en alle andere door derden aan hem of haar verschuldigde bedragen te ontvangen in de verhoudingen en onder de door de rechter vastgestelde voorwaarden. Deze beslissing moet worden herzien als de omstandigheden veranderen;
- hij of zij kan verzoeken om de toepassing van gewone dwangmaatregelen, te weten beslaglegging (bijvoorbeeld op een bankrekening), inbeslagneming van roerende zaken (auto, sieraden enz.) of inbeslagneming van onroerende zaken (huis, grond enz.), op basis van een rechterlijke uitspraak of executoriale titel (bevel tot tenuitvoerlegging).
Strafrecht:
De onderhoudsgerechtigde kan een strafklacht indienen voor de volgende delicten:
- het delict "verlating van familie" kan worden bestraft met een gevangenisstraf van een maand tot een jaar en een boete van 251 EUR tot 2 500 EUR of met slechts één van deze straffen (artikel 391bis van het Wetboek van Strafrecht (Code pénal)). Dit delict veronderstelt dat de onderhoudsplichtige zich jegens de onderhoudsgerechtigde volledig of gedeeltelijk onttrekt aan de onderhoudsverplichting waartoe hij of zij volgens de wet is gehouden, of dat hij of zij heeft geweigerd aan deze verplichting te voldoen terwijl hij of zij er wel toe in staat was, of dat hij of zij door zijn of haar eigen schuld niet in staat is aan de verplichting te voldoen.
Dit geldt voor de onderhoudsplicht van ouders jegens hun kinderen, die van echtgenoten onderling en die van adoptieouders jegens geadopteerde kinderen.
Voordat tot vervolging wordt overgegaan, wordt de onderhoudsplichtige door de Luxemburgse politie ondervraagd; hiervan wordt proces-verbaal opgemaakt. Als de onderhoudsplichtige geen bekende verblijfplaats heeft, is zo'n ondervraging niet vereist.
- Het delict "frauduleuze insolvabiliteit" kan worden bestraft met een gevangenisstraf van zes maanden tot drie jaar en een boete van 500 EUR tot 12 500 EUR of met slechts één van deze straffen (artikel 391ter van het Wetboek van Strafrecht). Dit delict veronderstelt dat de onderhoudsplichtige, zelfs al voordat de rechterlijke beslissing is gegeven, zijn of haar insolvabiliteit heeft georganiseerd of verergerd, hetzij door zijn of haar passiva te verhogen of zijn of haar activa te verminderen, hetzij door bepaalde goederen te verbergen om zich te onttrekken aan tenuitvoerlegging van een door een civiele rechtbank uitgevaardigd bevel in alimentatieaangelegenheden.
Krachtens artikel 391ter van het Wetboek van Strafrecht worden rechterlijke beslissingen en door de rechtbank goedgekeurde convenanten over de verplichting om uitkeringen, subsidies of bijdragen in de kosten van het huwelijk te betalen, aan een dergelijk bevel gelijkgesteld; dit geldt eveneens voor bepalingen over alimentatie in convenanten die met wederzijdse instemming vóór de echtscheiding zijn opgesteld.
11 Beschrijf kort alle met betrekking tot de tenuitvoerlegging geldende beperkingen, met name de voorschriften ter bescherming van de onderhoudsplichtige en inzake verval- of verjaringstermijnen.
Op acties om achterstallige lijfrente- en alimentatiebetalingen te innen, is een verjaringstermijn van vijf jaar van toepassing.
12 Zijn er organisaties of autoriteiten die mij kunnen helpen bij de invordering van alimentatie?
Op verzoek van de onderhoudsgerechtigde kan het Nationale Solidariteitsfonds (Fonds national de solidarité) overgaan tot invordering van alle aan een echtgenoot, verwant in opgaande of verwant in neergaande lijn verschuldigde alimentatie. Voor de bedragen die dit fonds moet invorderen, treedt het in de plaats van de rechten en garanties van de onderhoudsgerechtigde ten behoeve van de invordering van de alimentatie. Zodra de onderhoudsplichtige officieel in kennis is gesteld van de in te vorderen bedragen, moet hij of zij deze bedragen overdragen aan de voorzitter van het Nationale Solidariteitsfonds.
13 Kunnen organisaties (overheids- of privéorganisaties) een voorschot op (een deel van) het alimentatiebedrag betalen in de plaats van de onderhoudsplichtige?
Het Nationale Solidariteitsfonds kan onder bepaalde voorwaarden de alimentatie betalen in plaats van de onderhoudsplichtige. Het verzoek om betaling moet door de onderhoudsgerechtigde of door zijn of haar wettelijke vertegenwoordiger worden gericht tot de voorzitter van het Nationale Solidariteitsfonds.
Dit verzoek wordt door de voorzitter of zijn of haar plaatsvervanger toegewezen als de onderhoudsgerechtigde aantoont dat:
- hij of zij zijn of haar wettelijke woonplaats in het land heeft en dat hijzelf of zijzelf of zijn of haar wettelijke vertegenwoordiger daar gedurende vijf jaar heeft gewoond;
- zijn of haar alimentatie is vastgesteld bij een rechterlijke beslissing die uitvoerbaar is in het Groothertogdom Luxemburg;
- het niet mogelijk was om gehele of gedeeltelijke inning van de alimentatie te verkrijgen door een feitelijk uitgevoerde privaatrechtelijke maatregel;
- hij of zij zich in een financieel moeilijke situatie bevindt.
Als niet wordt voldaan aan de onder c) genoemde voorwaarde, wordt het verzoek toch toegewezen als dwangmaatregelen tot mislukken gedoemd lijken of de onderhoudsplichtige in het buitenland woont. Eventuele geschillen vallen onder de bevoegdheid van de vrederechter (Juge de paix) van de woonplaats van de onderhoudsgerechtigde, en de vrederechter moet binnen veertig dagen na de betekening van de beslissing van de voorzitter worden ingeschakeld.
Onderhoudsgerechtigden hebben automatisch recht op rechtsbijstand. Vanaf de toewijzing van het verzoek tot het moment dat het fonds ophoudt te betalen, kan de onderhoudsgerechtigde geen enkele rechtsvordering instellen tegen de onderhoudsplichtige voor het innen van zijn of haar alimentatie.
14 Indien ik mij in deze lidstaat bevind en de onderhoudsplichtige zijn/haar verblijfplaats in een ander land heeft:
14.1 Kan ik in deze lidstaat hulp krijgen van een autoriteit of een privéorganisatie?
Op grond van het Verdrag van New York van 20 juni 1956 inzake het verhaal in het buitenland van uitkeringen tot onderhoud en Verordening (EG) nr. 4/2009 van 18 december 2008 betreffende de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen, en de samenwerking op het gebied van onderhoudsverplichtingen, kan een verzoeker die wettelijk in Luxemburg verblijft, de procureur-generaal (Procureur Général d’Etat) verzoeken om alimentatie te ontvangen, als de onderhoudsplichtige in het buitenland woont.
De procureur-generaal zal, in zijn of haar hoedanigheid van centrale autoriteit, het verzoek en de bijgevoegde documenten doorsturen naar de centrale autoriteit van het land waar de onderhoudsplichtige woont, zodat deze centrale autoriteit de verzoeker kan helpen bij het verkrijgen van de aan hem of haar verschuldigde alimentatie.
14.2 Zo ja, hoe kan ik contact opnemen met die autoriteit of privéorganisatie?
De onderhoudsgerechtigde persoon moet het verzoek indienen bij de verzendende autoriteit, d.w.z. de procureur-generaal, met gebruikmaking van de formulieren waarin Verordening (EG) nr. 4/2009 voorziet.
Procureur-generaal
Cité Judiciaire
Bâtiment CR
L-2080 Luxembourg
15 Indien ik mij in een ander land bevind en de onderhoudsplichtige zich in deze lidstaat bevindt:
15.1 Kan ik mij in deze lidstaat rechtstreeks wenden tot een autoriteit of een privéorganisatie?
Een verzoeker die in een ander land dan Luxemburg woont, moet zich wenden tot de centrale autoriteit van dat land. Hij of zij kan zich niet rechtstreeks wenden tot een Luxemburgse instantie of overheidsinstelling.
15.2 Zo ja, hoe kan ik contact opnemen met die autoriteit of privéorganisatie en welk soort bijstand kan ik krijgen?
Niet van toepassing.
16 Is deze lidstaat gebonden door het Haagse Protocol van 2007?
Ja.
17 Indien deze lidstaat niet is gebonden door het Haagse Protocol van 2007, welk rechtsstelsel zal er dan overeenkomstig zijn regels van internationaal privaatrecht worden toegepast op de alimentatievordering? Wat zijn de desbetreffende regels van internationaal privaatrecht?
18 Welke regels gelden er met betrekking tot de toegang tot de rechter in grensoverschrijdende zaken in de EU (conform de structuur van hoofdstuk V van de verordening inzake onderhoudsverplichtingen)?
In geval van aanvragen op grond van de verordening is rechtsbijstand geheel kosteloos voor personen jonger dan 21 jaar die recht hebben op alimentatie, ongeacht de bepalingen van het nationale recht.
19 Welke maatregelen heeft deze lidstaat genomen om de uitvoering van de taken die zijn beschreven in artikel 51 van de verordening inzake onderhoudsverplichtingen te waarborgen?
Om de centrale autoriteit in staat te stellen de bijstand als bedoeld in artikel 51 van de verordening inzake onderhoudsverplichtingen te verlenen, heeft Luxemburg op 3 augustus 2011 een wet inzake de toepassing van deze EU-verordening vastgesteld, evenals een groothertogelijke verordening tot uitvoering van de artikelen 2 en 3 van deze wet van 3 augustus 2011 (Mémorial A nr. 175 van 12 augustus 2011).
Deze wettelijke bepalingen verlenen de procureur-generaal directe toegang tot bepaalde gegevensbanken.
Links
Deze webpagina maakt deel uit van de website Uw Europa.
Al uw feedback over de verstrekte informatie is welkom.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.