Bedrijfsleven en mensenrechten

Oostenrijk

Inhoud aangereikt door
Oostenrijk

1. Welke rechtsbescherming heb ik in uw land als slachtoffer van bedrijfsgerelateerde mensenrechtenschendingen? Omvat deze bescherming ook schadeloosstelling?

De internationale bevoegdheid wordt, net als in andere lidstaten, grotendeels bepaald door de Brussel I bis-verordening (Verordening (EU) nr. 1215/2012). Het is dus mogelijk om een rechtszaak aan te spannen, vooral als het bedrijf (of een bijkantoor daarvan) in Oostenrijk is gevestigd. Dit staat los van de woonplaats of de nationaliteit van de eiser. In artikel 7 van de verordening worden andere rechtbanken genoemd. Ook kan de plaats waar het schadebrengende feit zich heeft voorgedaan of waar een verbintenis uit overeenkomst had moeten worden uitgevoerd, relevant zijn.

2. Zijn er specifieke regels voor ernstige schendingen van de mensenrechten? Zijn deze regels van toepassing op milieucriminaliteit of ernstige vormen van arbeidsuitbuiting?

De Oostenrijkse wetgeving inzake niet-contractuele aansprakelijkheid bevat geen specifieke bepalingen over ernstige schendingen van mensenrechten. Een niet-contractuele aansprakelijkheid kan echter wel aan de orde komen, als door een ernstige mensenrechtenschending een door de wet beschermd individueel recht wordt aangetast. Zo moet een persoon die opzettelijk of uit nalatigheid op onwettige wijze de lichamelijke integriteit, de gezondheid, de vrijheid, het eigendom of een ander recht van een andere persoon aantast, de ontstane schade vergoeden. In geval schade van die wordt veroorzaakt aan het leven of de lichamelijke integriteit, de gezondheid, de vrijheid, het eigendom of andere rechten, is niet alleen de persoon die de schade rechtstreeks heeft veroorzaakt, aansprakelijk. De aansprakelijkheid ligt dan ook bij personen die niet de noodzakelijke en redelijke maatregelen hebben getroffen om te voorkomen dat een ander schade wordt berokkend, als deze personen een risicobron hebben gecreëerd (zorg- en inspectieplicht, Verkehrssicherungspflicht).

Vanuit het strafrecht bezien vallen ook ernstige mensenrechtenschendingen onder algemene strafbare feiten.

3. Ik ben het slachtoffer van een schending van de mensenrechten die het gevolg is van activiteiten van een Europese transnationale onderneming buiten de Europese Unie. Heb ik als niet-EU-burger of als burger die niet in de EU woont, toegang tot de rechtbanken in uw land? Welke voorwaarden gelden er voor het aanvoeren van een schending van mijn rechten? Waar kan ik meer informatie krijgen?

Zie hieronder (punt 4).

4. Kunnen ombudsdiensten, organen voor gelijke behandeling of nationale mensenrechteninstellingen hulp bieden aan slachtoffers van bedrijfsgerelateerde mensenrechtenschendingen door Europese transnationale ondernemingen buiten de Europese Unie? Heb ik als niet-EU-burger of als burger die niet in de EU woont, toegang tot de rechtbanken in uw land? Zijn er in uw land andere openbare diensten (zoals arbeids- of milieu-inspectiediensten) die mijn zaak kunnen onderzoeken? Waar kan ik informatie krijgen over mijn rechten?

De internationale bevoegdheid wordt, net als in andere lidstaten, grotendeels bepaald door de Brussel I bis-verordening (Verordening (EU) nr. 1215/2012). Het is dus mogelijk om een rechtszaak aan te spannen, vooral als het bedrijf (of een bijkantoor daarvan) in Oostenrijk is gevestigd. Dit staat los van de woonplaats of de nationaliteit van de eiser. In artikel 7 van de verordening worden andere rechtbanken genoemd. Ook kan de plaats waar het schadebrengende feit zich heeft voorgedaan of waar een verbintenis uit overeenkomst had moeten worden uitgevoerd, relevant zijn.

Als de Brussel I bis-verordening of het Verdrag van Lugano van 2007 (verdrag betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken) niet van toepassing zijn, wordt de internationale bevoegdheid altijd bepaald conform artikel 27a van de Oostenrijkse wet inzake de civiele procedure en rechterlijke organisatie (Jurisdiktionsnorm, JN), wanneer een Oostenrijkse rechtbank territoriaal bevoegd is. De plaats waar in verband met de schadelijke handeling recht wordt gesproken, is volgens artikel 92a van de deze wet echter uitsluitend gebaseerd op de plaats waar het schadelijke gedrag heeft plaatsgevonden. Naargelang van de situatie kunnen andere rechtsgebieden van toepassing zijn, bijvoorbeeld van de plaats waar de schade is toegebracht (volgens artikel 88 van de wet) of van de plaats waar het betrokken eigendom zich bevindt (volgens artikel 99).

5. Legt uw land aan Europese transnationale ondernemingen de verplichting op om klachtenmechanismen of bemiddelingsdiensten in te stellen voor het onderzoek van schendingen die het gevolg zijn van hun bedrijfsactiviteiten? Geldt deze verplichting ook voor schendingen buiten de Europese Unie? Wie is land verantwoordelijk voor het toezicht op deze mechanismen of diensten? Zijn er openbare verslagen met informatie over de werking van deze mechanismen en diensten? + 6. Heb ik specifieke rechten als kwetsbaar slachtoffer dat schadevergoeding vraagt voor een bedrijfsgerelateerde schending van de mensenrechten? Heb ik toegang tot rechtsbijstand en, zo ja, onder welke voorwaarden? Welke kosten worden door de rechtsbijstand gedekt? Heb ik onder dezelfde voorwaarden toegang tot rechtsbijstand als ik geen EU-burger ben of niet in de EU woon?

Iemand ontvangt niet alleen maar rechtsbijstand als hij of zij de Oostenrijkse nationaliteit bezit of EU-burger is.

Rechtsbijstand heeft als doel ervoor te zorgen dat rechtzoekenden ongeacht hun financiële situatie een civiele procedure kunnen instellen of hun rechten voor een rechtbank kunnen verdedigen. De kosten van een rechtszaak mogen geen beletsel vormen voor het opeisen of verdedigen van rechten, ook niet als iemand over onvoldoende eigen middelen beschikt. Via rechtsbijstand moeten dus verschillen als gevolg van de persoonlijke financiële situatie worden weggenomen en moet het gelijkheidsbeginsel worden toegepast. Ook moet op die manier het recht op vrije en onbelemmerde toegang tot de rechter op grond van artikel 6, lid 1, van het EVRM worden gegarandeerd, en tevens het recht om iedereen gelijke toegang tot de rechter te verschaffen.

De rechtsbijstand ontheft een procespartij echter slechts voorlopig van de verplichting om haar eigen gerechtskosten te betalen. Deze voorlopige vrijstelling geldt niet voor de tegenpartij.

Een rechtbank kan een partij pas rechtsbijstand toekennen als door het voeren van een proces de inkomsten worden aangesproken die deze partij nodig heeft om in haar levensonderhoud te voorzien. Ook mag het instellen van een procedure of het verdedigen van rechten niet duidelijk een lichtvaardig karakter hebben of zonder enige kans van slagen zijn.

Onder “inkomsten die nodig zijn om in het eigen levensonderhoud te voorzien” worden verstaan de inkomsten die de partij nodig heeft om zichzelf en haar gezin een bescheiden levensstandaard te verschaffen. Deze inkomsten bevinden zich ergens tussen “essentiële” en “passende” inkomsten in. Het is een abstract begrip dat ligt tussen het gemiddelde statistische inkomen van een werknemer en het bestaansminimum. In een internationale situatie moet, afhankelijk van de woonplaats, worden beoordeeld wat er voor een bescheiden levensstandaard nodig is.

In artikel 64 van het Oostenrijkse wetboek van burgerlijke rechtsvordering (Zivilprozessordnung, ZPO) wordt opgesomd waarvoor rechtsbijstand kan worden toegekend.

Onder bepaalde voorwaarden moeten buitenlandse eisers op grond van artikel 57 ZPO, op verzoek van de verweerder, een waarborg voor de gerechtskosten van laatstgenoemde overleggen. In talrijke bilaterale overeenkomsten wordt dit type waarborg echter uitgesloten. Daarnaast is het in het kader van de rechtsbijstand ook mogelijk een ontheffing van deze waarborg voor gerechtskosten te krijgen (artikel 64, lid 1, punt 2, ZPO).

De bilaterale overeenkomsten die Oostenrijk heeft gesloten, kunnen worden geraadpleegd op de site van het ministerie van Europese en Internationale Zaken: Bilaterale Staatsverträge – BMEIA, Außenministerium Österreich.

Laatste update: 22/11/2023

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.