Informatie zoeken per regio
- Belgiëbe
- Bulgarijebg
- Tsjechiëcz
- Denemarkendk
- Duitslandde
- Estlandee
- Ierlandie
- Griekenlandel
- Spanjees
- Frankrijkfr
- Kroatiëhr
- Italiëit
- Cypruscy
- Letlandlv
- Litouwenlt
- Luxemburglu
- Hongarijehu
- Maltamt
- Nederlandnl
- Oostenrijkat
- Polenpl
- Portugalpt
- Roemeniëro
- Sloveniësi
- Slowakijesk
- Finlandfi
- Zwedense
- Verenigd Koninkrijkuk
1 De verschillende soorten maatregelen
- De kortgedingrechter (juge des référés) kan altijd met spoed voorlopige maatregelen gelasten (spoedprocedure, betaling van een voorschot, uitzetting, verbod om iets te doen op straffe van een dwangsom, vrijwaren van bewijsmateriaal).
Er kan geen overzicht worden gegeven van voorlopige maatregelen: in kort geding kunnen alle spoedeisende maatregelen worden getroffen waartegen geen ernstig bezwaar bestaat of die worden gerechtvaardigd door het bestaan van een geschil (betaling van een voorschot, uitzetting van een kraker, taxatie of vaststelling van schade enz.). Bovendien kan de kortgedingrechter met spoed alle maatregelen gelasten die noodzakelijk zijn om dreigende schade te voorkomen (met name versterkingswerkzaamheden) of om een duidelijk ongeoorloofde verstoring te doen stoppen.
- Er bestaat een speciaal stelsel voor bewarende maatregelen (conservatoir beslag en gerechtelijke bewaring). Dit zijn de maatregelen waarmee de schuldeiser, meestal met goedkeuring van de rechter, alle of een deel van de goederen van zijn schuldenaar onbeschikbaar kan maken of waarmee een speciaal recht op deze goederen kan worden gevestigd om de betaling te garanderen van een vordering die nog niet is erkend in een vonnis, maar waarvan de inning in gevaar lijkt te zijn.
Er zijn twee soorten bewarende maatregelen:
- conservatoire beslagen, waarmee bij wijze van bewarende maatregel beslag kan worden gelegd op materiële rechten (meubilair, voertuig enz.), immateriële rechten (een geldbedrag, rechten van aandeelhouders of effecten enz.) of vorderingen (bankrekeningen, huur enz.);
- gerechtelijke bewaring van onroerende goederen, een handelsonderneming, aandelen van aandeelhouders of effecten (vestiging van een voorlopige hypotheek, pandgeving van aandelen of effecten).
2 De voorwaarden om maatregelen te kunnen treffen
2.1 De procedure
- Voorlopige maatregelen: de zaak moet middels een dagvaarding aanhangig worden gemaakt bij de kortgedingrechter (oproeping in rechte middels een deurwaardersexploot). Het gaat om een spoedprocedure op tegenspraak. Onder bepaalde voorwaarden kunnen voorlopige maatregelen worden gelast op verzoek, zonder voorafgaande procedure op tegenspraak.
- Bewarende maatregelen: in principe is de voorafgaande goedkeuring van de rechter vereist. De schuldeiser is echter vrijgesteld van deze goedkeuring als hij zich beroept op een executoriale titel of een rechterlijke beslissing die nog niet uitvoerbaar is. Hetzelfde geldt bij het niet-betalen van een geaccepteerde wissel, een orderbriefje, een cheque of de huur van een pand (in geval van een schriftelijke overeenkomst).
Welke rechter bevoegd is voor voorlopige maatregelen hangt af van de aard van de eis. De bevoegde rechter op grond van het gemene recht is de president van de gecombineerde (regionale en districts)rechtbank (tribunal judiciaire). De nabijheidsrechtbank (tribunal de proximité), de president van de handelsrechtbank (tribunal de commerce), van de arbeidsrechtbank (conseil des prud’hommes) en van de rechtbank voor pachtzaken (tribunal paritaire des baux ruraux) kunnen binnen de grenzen van hun bevoegdheden echter eveneens uitspraken doen in kort geding.
De bevoegde rechter voor bewarende maatregelen is de uitvoeringsrechter (juge de l’exécution), een rechter van de gecombineerde (regionale en districts)rechtbank, of de president van de handelsrechtbank, als de vóór welk proces dan ook ingediende eis strekt tot het veiligstellen van een vordering die onder de bevoegdheid van de handelsrechtbank valt.
De bevoegde rechter is de rechter van de plaats waar de schuldenaar verblijft, als die plaats in Frankrijk ligt. In andere gevallen is de rechter van de plaats van uitvoering van de maatregel bevoegd.
Bepaalde eisen uitgezonderd, vooral die welke betrekking hebben op bedragen onder 10 000 EUR, is in de betreffende zaken vertegenwoordiging door een advocaat in principe verplicht bij de kortgedingrechter en de uitvoeringsrechter. Conservatoire beslagen moeten worden uitgevoerd door een gerechtsdeurwaarder. Deze verplichting geldt niet voor het vestigen van gerechtelijke bewaring. Gezien de juridische complexiteit van het vestigen van een bewaring, laten schuldeisers zich altijd bijstaan door een jurist.
De kosten van bewarende maatregelen komen uiteindelijk voor rekening van de schuldenaar, ook al kan het zo zijn dat de schuldeiser deze moet voorschieten. De executiekosten zijn onderworpen aan een tarief ter vaststelling van de vergoeding die aan gerechtsdeurwaarders verschuldigd is voor iedere uitvoeringshandeling en voor iedere bewarende maatregel.
Krachtens Besluit nr. 96-1080 van 12 december 1996 bestaat de vastgestelde vergoeding van gerechtsdeurwaarders uit een vast bedrag dat cumulatief of afwisselend wordt uitgedrukt in vaste of proportionele rechten, in voorkomend geval in combinatie met een recht voor het instellen van vervolging.
Omdat het om bewarende maatregelen gaat, zijn proportionele inningsrechten, die worden berekend over de geïnde bedragen, uitsluitend opeisbaar als de gerechtsdeurwaarders een volmacht krijgen om de verschuldigde bedragen te innen. Bovendien sluit het overzicht in de bijlage bij het voornoemde besluit de mogelijkheid van een vrij onderhandelbaar aanvullend honorarium uit, met uitzondering van conservatoire beslagen van de rechten van aandeelhouders en effecten.
2.2 De basisvereisten
De rechtbank treft geen maatregelen, maar keurt deze goed. De maatregel wordt op verzoek van de begunstigde van de goedkeuring getroffen door de gerechtsdeurwaarder.
Als de voorafgaande goedkeuring van de rechter vereist is, moet de vordering “in principe gegrond” lijken.
Voor bewarende maatregelen is er geen uitdrukkelijke voorwaarde van spoedeisendheid.
De schuldeiser moet aantonen dat er “omstandigheden bestaan die de inning van de vordering in gevaar brengen” (bijvoorbeeld onoprechtheid van de schuldenaar die zijn vermogen verbergt, toename van schuldeisers enz.).
3 Het doel en de aard van dergelijke maatregelen
3.1 Welke goederen kunnen het voorwerp uitmaken van dergelijke maatregelen?
Alle goederen van de schuldenaar die door de wet niet zijn uitgesloten van beslag (bijvoorbeeld: goederen die noodzakelijk zijn voor zijn dagelijks leven of de uitoefening van zijn beroep) kunnen worden onderworpen aan een conservatoir beslag. Hetzelfde geldt voor vorderingen: salarissen kunnen echter nooit worden onderworpen aan bewarende maatregelen (zelfs als deze in beslag worden genomen op basis van een rechterlijke beslissing of een andere executoriale titel, volgens de procedure voor de inbeslagneming van vergoedingen).
3.2 Wat zijn de gevolgen van dergelijke maatregelen?
Bij wijze van bewarende maatregel in beslag genomen goederen zijn niet beschikbaar. De schuldenaar behoudt het genot hiervan onder zijn verantwoordelijkheid, maar hij kan ze niet vervreemden. Als de schuldenaar de in beslag genomen goederen verduistert, begaat hij een strafbaar feit dat wordt bestraft met een boete en een gevangenisstraf.
De in beslag genomen geldbedragen worden geconsigneerd op een rekening.
De schuldenaar kan de goederen waar de gerechtelijke bewaring betrekking op heeft verkopen, maar de schuldeiser heeft een volgrecht en recht op een bevoorrechte betaling over de verkoopprijs van deze goederen.
De bij wijze van bewarende maatregel in beslag genomen goederen worden onder de verantwoordelijkheid van de schuldenaar gesteld die in feite “bewaarder” is, het gevolg van het beslag kan niet worden tegengeworpen aan derden. Gerechtelijke bewaring, die is onderworpen aan maatregelen op het gebied van openbaarmaking (op commercieel of vastgoedgebied), kan daarentegen worden tegengeworpen aan iedereen.
De bankier (en over het algemeen iedere derde-beslagene) die een verzoek tot conservatoir beslag ontvangt betreffende een van zijn cliënten, is verplicht om de gerechtsdeurwaarder onmiddellijk op de hoogte te brengen van alle verplichtingen jegens de schuldenaar (dat wil zeggen alle rekeningen die zijn geopend op naam van de schuldenaar, evenals de bedragen die op de rekening staan). Als de bankier deze informatie zonder gegronde reden niet meedeelt, kan hij worden veroordeeld tot de betaling van de schuld in de plaats van de schuldenaar.
3.3 Is de geldigheid van de maatregelen beperkt in de tijd?
De bewarende maatregel moet worden genomen binnen drie maanden na de beschikking van de rechter waarbij deze wordt goedgekeurd. Anders vervalt de goedkeuring.
Als de schuldeiser nog geen procedure heeft gestart om zijn vordering te laten erkennen, moet hij dit binnen een maand na het treffen van de maatregel doen. Anders vervalt de maatregel.
De bewarende maatregel moet uiterlijk binnen acht dagen aan de schuldenaar worden bekendgemaakt. De schuldenaar kan bij de uitvoeringsrechter bezwaar aantekenen tegen de maatregel of de goedkeuring. De rechter kan eveneens van tevoren een zittingsdatum plannen waarvoor de partijen worden opgeroepen om de maatregel te bespreken. In principe is het bezwaar van de schuldenaar ontvankelijk als het conservatoir beslag niet is omgezet in een executoriaal beslag nadat de schuldeiser een rechterlijke beslissing heeft verkregen over zijn vordering.
4 Rechtsmiddelen tegen de maatregelen
De schuldenaar kan op hetzelfde moment bezwaar aantekenen tegen de beschikking als tegen de maatregel zelf.
De uitvoeringsrechter, die bevoegd is voor het goedkeuren van bewarende maatregelen, behandelt ook eventuele rechtsmiddelen tegen de beschikking. Het is mogelijk om bij het hof van beroep (cour d’appel) beroep in te stellen tegen zijn beslissingen.
Als de schuldenaar op hetzelfde moment kennisneemt van de goedkeuring van de maatregel én van de maatregel zelf, gelden voor het bezwaar tegen de beschikking dezelfde regels als voor het bezwaar tegen de maatregel: dit is ontvankelijk als de bewarende maatregel niet is omgezet in een executoriale maatregel.
Het rechtsmiddel heeft geen invloed voor de gevolgen van de bewarende maatregel, die van kracht blijft zolang de rechter niet gelast dat deze moet worden opgeheven of de nietigheid ervan niet vaststelt.
Tegen beschikkingen die voorzien in voorlopige maatregelen, kan bezwaar worden aangetekend in een beroepsprocedure (beroep wanneer deze beschikkingen voortvloeien uit een procedure op tegenspraak, kortgeding gericht op herroeping wanneer zij voortvloeien uit een niet-contradictoire procedure).
Links
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.