1 De verschillende soorten maatregelen
De voorlopige maatregelen zijn conservatoir beslag, gerechtelijk beslag en derdenbeslag. Voorlopige maatregelen zijn procedurele maatregelen van beslag en bewaring die worden genomen door de rechtbank ten aanzien van het vermogen van de schuldenaar teneinde de tegenpartij te verhinderen om goederen te vernietigen/vervreemden of om activa te verminderen.
Conservatoir beslag is het beslag op traceerbare goederen van de schuldenaar teneinde deze te gelde te maken op het moment dat de schuldeiser een executoriale titel verkrijgt. Het wetboek van burgerlijke rechtsvordering bevat een reeks bijzondere bepalingen ten aanzien van de procedure van conservatoir beslag op civiele schepen.
Gerechtelijk beslag is de inbeslagneming van goederen waarvan de bewaring wordt toevertrouwd aan een gerechtelijke bewaarder.
Er kan gerechtelijk beslag worden gelegd in het geval van een geding over eigendom of een ander belangrijk zakelijk recht, over het bezit van een goed of over het genot of beheer van een goed in mede-eigendom, waarbij de rechtbank toestemming kan geven tot het gerechtelijke beslag van het goed.
Er kan derdenbeslag worden gelegd op gelden, effecten of andere traceerbare immateriële roerende goederen die door een derde verschuldigd zijn aan de schuldenaar.
Executoriaal beslag is de vorm van de indirecte gedwongen uitvoering waarmee de bedragen, effecten of andere traceerbare immateriële roerende goederen te gelde worden gemaakt.
Bepaalde uitspraken in eerste aanleg zijn, van rechtswege, bij voorraad uitvoerbaar wanneer deze de vaststelling tot doel hebben van de wijze van uitoefening van de ouderlijke macht, van het recht om een persoonlijke band te hebben met de minderjarige en van de woonplaats van de minderjarige; beloningen, werkloosheidsuitkeringen; schadevergoedingen voor arbeidsongevallen; uitkeringen, alimentatie; gezinstoelagen en pensioenen; schadevergoedingen bij overlijden of schade aan de lichamelijke integriteit of aan de gezondheid; dringende reparaties; het aanbrengen of opheffen van verzegelingen of het opstellen van inventarissen; bezitsvorderingen; rechterlijke beslissingen die zijn uitgesproken waarbij de verweerder de aanspraken van de verzoeker erkent enz. De uitvoering van deze rechterlijke beslissingen heeft een voorlopig karakter.
De rechtbank kan toestemming geven voor de voorlopige uitvoering van rechterlijke beslissingen ten aanzien van goederen.
Met het oog op de verstrekking van bewijzen mag iedere persoon die dringend de getuigenis van een persoon, het advies van een deskundige, de staat van bepaalde goederen wil laten vaststellen of die de erkenning wil krijgen van een bewijsstuk, van een feit of van een recht, vóór of tijdens het proces, verzoeken om het beheer van die bewijzen.
Indien de houder het bewijs levert dat zijn intellectuele-eigendomsrechten het voorwerp zijn van een onrechtmatige handeling, ongeacht of deze al is verricht of op handen is, en dat deze handeling hem moeilijk te herstellen schade kan berokkenen, kan hij de rechtbank om voorlopige maatregelen verzoeken (verbod op de inbreuk of voorlopige staking van de inbreuk; maatregelen die nodig zijn met het oog op het behoud van bewijsmateriaal).
In het geval van schade veroorzaakt door de geschreven of audiovisuele media kan de rechtbank alleen een voorlopige stopzetting van de schadelijke handeling bevelen als de schade voor de verzoeker ernstig is, als de handeling kennelijk niet gerechtvaardigd is en als de maatregel van de rechtbank niet onevenredig lijkt te zijn in verhouding tot de veroorzaakte schade.
De rechtbank beslist over het verzoek conform de bepalingen inzake voorlopige bevelen. Wanneer het verzoek wordt ingediend voordat de vordering ten gronde wordt ingesteld, wordt in de rechterlijke beslissing waarbij de voorlopige maatregel wordt gelast, ook de termijn vastgesteld waarbinnen de vordering ten gronde aanhangig moet worden gemaakt, bij gebreke waarvan deze maatregel automatisch moet worden beëindigd. Indien de genomen maatregelen de tegenpartij waarschijnlijk schade zullen berokkenen, kan de rechtbank van de verzoeker een borgstelling verlangen ter hoogte van het door haar vastgestelde bedrag.
De maatregelen die vóór het instellen van een gerechtelijke procedure zijn genomen ter bescherming van het geschonden recht worden automatisch beëindigd indien de verzoeker niet binnen de door de rechtbank vastgestelde termijn en uiterlijk dertig dagen na de datum waarop zij zijn genomen, bij de rechtbank een vordering heeft ingesteld.
Indien de vordering ten gronde ongegrond wordt verklaard, is de verzoeker verplicht om op verzoek van de betrokken partij de schade te vergoeden die door de genomen voorlopige maatregelen is veroorzaakt. Indien de verzoeker echter niet of slechts in geringe mate in de fout is gegaan, kan de rechtbank, rekening houdend met specifieke omstandigheden, weigeren hem te veroordelen tot betaling van de door de tegenpartij gevorderde schadevergoeding, of kan zij gelasten dat deze wordt verminderd.
2 De voorwaarden om maatregelen te kunnen treffen
2.1 De procedure
Het conservatoir beslag wordt door de rechtbank bevolen en de tenuitvoerlegging wordt door de tenuitvoerleggingsambtenaar uitgevoerd zonder enige machtiging of formaliteit, tenzij registratie. Bovendien wordt beslag gelegd zonder kennisgeving of voorafgaande kennisgeving aan de schuldenaar.
De maatregelen kunnen alleen worden bevolen door de rechtbank die bevoegd is om uitspraak te doen in de zaak in eerste aanleg (gerechtelijk beslag, derdenbeslag) of door de rechtbank die uitspraak doet in eerste aanleg of die zich in hetzelfde rechtsgebied bevindt als het betrokken goed (gerechtelijk beslag). Bijstand van een advocaat is niet verplicht voor deze bijzondere procedures. De uitvoering van de rechterlijke beslissingen ten aanzien van het conservatoir beslag en derdenbeslag gebeurt door een gerechtsdeurwaarder. De gerechtelijke bewaarder mag alle stukken voor bewaring en beheer opstellen, hij mag de inkomsten en verschuldigde bedragen ontvangen en hij mag de lopende schulden en de schulden die in een executoriale titel zijn vastgesteld, betalen. De te voorziene kosten zijn alleen de kosten die verband houden met gerechtelijke zegelrechten die, conform artikel 11, lid 1, onder b), van noodbesluit nr. 80 van 26 juni 2013 inzake gerechtelijke zegelrechten, 100 RON bedragen voor verzoeken in verband met voorlopige maatregelen en 1 000 RON voor verzoeken inzake beslag op schepen en vliegtuigen. De schuldeiser moet mogelijk een borg betalen waarvan het bedrag wordt vastgesteld door de rechtbank. Als de vordering van de schuldeiser niet op schrift is gesteld, wordt het bedrag van de borg wettelijk vastgesteld op de helft van het gevorderde bedrag.
Executoir beslag wordt op verzoek van de schuldeiser uitgevoerd door een gerechtsdeurwaarder die kantoor houdt in het rechtsgebied van het hof van beroep waar de schuldenaar of de derde-beslagene zijn woonplaats/vestiging heeft of, in het geval van bankrekeningen, door een gerechtsdeurwaarder van de woonplaats/vestiging van de schuldenaar of van de hoofd-/nevenvestiging van de kredietinstelling.
Wat de voorlopige uitvoering betreft, mag het verzoek schriftelijk of mondeling worden ingediend bij de bevoegde rechtbank totdat de mondelinge behandeling is afgerond. De rechtbank kan toestemming geven voor de voorlopige uitvoering van bevelen ten aanzien van de goederen wanneer zij van oordeel is dat de maatregel nodig is gezien de duidelijke gegrondheid van het betrokken recht of de insolventie van de schuldenaar of wanneer zij van oordeel is dat het niet onmiddellijk uitvoeren van die bevelen duidelijk nadelig is voor de schuldeiser. In die gevallen kan de rechtbank de schuldeiser verplichten tot de betaling van een borg.
Wat de verstrekking van bewijzen betreft, wordt het verzoek, vóór het geding, gericht aan de districtsrechtbank in het rechtsgebied waarvan de getuige of het voorwerp van vaststelling zich bevindt en, tijdens het geding, aan de rechtbank die uitspraak doet in eerste aanleg. In zijn verzoek presenteert de partij de bewijzen en de feiten die zij wil aantonen en de redenen die de verstrekking daarvan of de instemming van de tegenpartij nodig maken.
2.2 De basisvereisten
In de gevallen van conservatoir beslag en derdenbeslag moet er een zaak aanhangig zijn gemaakt. In het geval van gerechtelijk beslag kan het bevel ook worden uitgevaardigd zonder dat er een zaak aanhangig is. De schuldeiser die geen executoriale titel heeft, mag verzoeken om de uitvoering van een conservatoir beslag of een derdenbeslag als hij bewijst dat hij een vordering aanhangig heeft gemaakt bij een rechtbank.
Bij dringende zaken mag het verzoek om uitvoering van een conservatoir beslag op een schip ook worden gedaan vóór het aanhangig maken van de vordering ten gronde.
De rechtbank kan toestemming geven voor het gerechtelijke beslag of derdenbeslag als deze maatregel nodig is voor het behoud van het desbetreffende recht en als er een zaak aanhangig is ten aanzien van eigendom of een ander belangrijk zakelijk recht, het bezit van een goed of het genot of het beheer van een goed in mede-eigendom.
Zelfs als er geen bodemgeding aanhangig is, kan er gerechtelijk beslag worden gelegd op een goed dat door de schuldenaar wordt aangeboden voor zijn vrijlating, op een goed waarvoor de betrokken partij goede redenen heeft om te vrezen dat het door de bezitter zal worden weggenomen/vernietigd/veranderd, op roerende goederen die de zekerheid van de schuldeiser vormen wanneer de schuldeiser voorziet dat zijn schuldenaar insolvent zal worden of wanneer hij redenen heeft om aan te nemen dat de schuldenaar zal proberen om zich te onttrekken aan tenuitvoerlegging of om te vrezen dat de goederen zullen worden weggenomen of vernietigd.
De rechtbank beslist, in de raadkamer, over het verzoek om dringend conservatoir beslag/derdenbeslag zonder de partijen te dagvaarden, middels een executoir bevel waarin, al naar gelang het geval, het bedrag van de borg en de termijn voor de betaling daarvan worden vastgesteld. Over het verzoek om gerechtelijk beslag wordt uitspraak gedaan in kort geding waarbij de partijen worden gedagvaard. Als het verzoek ontvankelijk is, kan de rechtbank de verzoeker verplichten tot de betaling van een borg en in het geval van onroerende goederen worden deze geregistreerd in het kadaster.
Er zijn geen vereisten met betrekking tot de dringende aard van het verzoek, maar in het geval van conservatoir beslag en derdenbeslag heeft de schuldeiser de mogelijkheid om aan te tonen dat de beslissing niet zal worden uitgevoerd om reden van de verwijdering of vernietiging van de betrokken goederen door de schuldenaar, ook als de vordering niet opeisbaar is.
Executoir beslag wordt uitgevoerd zonder dagvaarding, krachtens een beschikking die toestemming geeft voor de uitvoering, door middel van een bevel waarin ook de executoriale titel wordt genoemd en dat aan de derde wordt toegezonden samen met de beschikking inzake uitvoering. De bevolen maatregel wordt ook aan de schuldenaar meegedeeld. Het gerechtelijk beslagleggingsbevel stelt de derde, die derde-beslagene wordt, in kennis van het verbod om aan de schuldenaar gelden of roerende goederen over te dragen die aan de schuldenaar verschuldigd zijn of zullen worden, en geeft aan dat deze in beslag worden genomen voor zover dat nodig is om de uit te voeren verplichting na te komen.
Wat de verstrekking van bewijzen betreft, moet het gevaar bestaan dat het bewijs zal verdwijnen of dat dit in de toekomst lastig te genereren zal zijn. Als de tegenpartij instemt, mag het verzoek worden ingediend, ook als het niet dringend is. De rechtbank dagvaardt de partijen en betekent aan de tegenpartij een afschrift van het verzoek. De rechtbank beslist in besloten zitting over het verzoek door middel van een beschikking. Indien er gevaar voor vertraging bestaat, kan de rechtbank het verzoek behandelen zonder de partijen te dagvaarden.
3 Het doel en de aard van dergelijke maatregelen
3.1 Welke goederen kunnen het voorwerp uitmaken van dergelijke maatregelen?
Er kan derdenbeslag worden gelegd op bankrekeningen, immateriële goederen, effecten enz.
Er kan conservatoir beslag worden gelegd op materiële roerende goederen, geregistreerde vervoermiddelen, onroerende goederen enz.
Er kan gerechtelijk beslag worden gelegd op onroerende goederen, roerende goederen enz.
Er kan executoir beslag worden gelegd op gelden, effecten of andere immateriële roerende goederen.
3.2 Wat zijn de gevolgen van dergelijke maatregelen?
In de gevallen van conservatoir beslag en derdenbeslag kan de tegeldemaking van in beslag genomen goederen alleen worden uitgevoerd nadat de schuldeiser een executoriale titel heeft verkregen.
Conservatoir beslag op een schip gebeurt door immobilisatie van het schip door de autoriteit van de haven waar dit zich bevindt. In dat geval geeft de havenautoriteit niet de documenten af die nodig zijn voor de scheepvaart en geeft zij het schip geen toestemming om de haven of de ligplaats te verlaten.
Er kan alleen een boete worden opgelegd als sanctie als de verzoeker te kwader trouw een voorlopige maatregel verkrijgt die schadelijk is voor de verweerder. Aan de verweerder/schuldenaar kan een strafrechtelijke sanctie worden opgelegd wegens niet-naleving van rechterlijke beslissingen.
Als de schuldenaar een toereikende zekerheid stelt, kan de rechtbank, op verzoek van de schuldenaar, het conservatoir beslag opheffen. Over het verzoek om opheffing wordt beslist in besloten zitting, middels een beschikking in kort geding en met dagvaarding van de partijen op korte termijn.
Evenzo kan de schuldenaar, wanneer het hoofdverzoek in het kader waarvan de voorlopige maatregel is uitgevaardigd, nietig wordt verklaard, wordt afgewezen of is achterhaald door een definitieve rechterlijke beslissing of als degene die het hoofdverzoek heeft ingediend, afziet van de verdere procedure, verzoeken om de vrijgave van de betrokken goederen door de rechtbank die de maatregel heeft uitgevaardigd. De rechtbank doet definitief uitspraak over het verzoek zonder de partijen te dagvaarden.
Wat executoir beslag betreft, worden alle gelden en goederen bevroren vanaf de datum van toezending van het beslagleggingsbevel aan de derde-beslagene. In de periode tussen de bevriezing en de volledige betaling van de plichten krachtens de executoriale titel, verricht de derde-beslagene geen enkele andere betaling of transactie die de in beslag genomen goederen kunnen verminderen. Wanneer de in beslag genomen vordering wordt gegarandeerd door een hypotheek of een andere zakelijke zekerheid, heeft de beslagleggende schuldeiser het recht om te verzoeken om registratie van het beslag in het kadaster of in andere openbare registers.
3.3 Is de geldigheid van de maatregelen beperkt in de tijd?
In de gevallen van conservatoir beslag en derdenbeslag kunnen in de rechtelijke uitspraken termijnen zijn vastgesteld die geen betrekking hebben op de duur van de door de rechtbank uitgevaardigde maatregel (bv. de termijn waarbinnen de schuldeiser de borg moet storten, op straffe van opheffing van het beslag).
De maatregel blijft van kracht totdat de rechterlijke beslissing over het verzoek om opheffing van het beslag is gegeven, indien het verzoek is afgewezen, is achterhaald of nietig is verklaard dan wel totdat de beslissing ten uitvoer is gelegd of totdat de schuldenaar een toereikende zekerheid heeft gesteld, indien het verzoek is ingewilligd.
In de beroepsfase wordt er altijd uitspraak gedaan nadat de partijen zijn gedagvaard.
Wat executoir beslag betreft, worden alle gelden en goederen bevroren vanaf de datum van toezending van het beslagleggingsbevel aan de derde-beslagene. In de periode tussen de bevriezing en de volledige betaling van de plichten krachtens de executoriale titel, met inbegrip van de periode van opschorting van rechtsvervolging door beslag, verricht de derde-beslagene geen enkele andere betaling of transactie die de in beslag genomen goederen kunnen verminderen, tenzij in de wet anders is bepaald.
Binnen een termijn van vijf dagen na kennisgeving van het beslag of vanaf de vervaldatum van de verschuldigde bedragen moet de derde-beslagene het bedrag in bewaring geven of de in beslag genomen immateriële roerende goederen bevriezen. De gerechtsdeurwaarder zorgt voor de vrijgave of de verdeling van het in bewaring gegeven geldbedrag.
Als een derde-beslagene zijn verplichtingen niet nakomt, mag de beslagleggende schuldeiser, de schuldenaar of de gerechtsdeurwaarder dit melden bij de uitvoerende rechtbank teneinde het beslag te laten bekrachtigen. Als uit de overgelegde bewijsstukken blijkt dat de derde-beslagene geld schuldig is aan de schuldenaar, geeft de rechtbank een beslissing die het beslag bekrachtigt en waarmee zij de derde-beslagene verplicht om aan de schuldeiser het bedrag te betalen dat hij verschuldigd is aan de schuldenaar en in het tegenovergestelde geval beslist zij tot opheffing van het beslag. Als het beslag is uitgevoerd op immateriële roerende goederen die, op het moment van uitvoering, in handen zijn van de derde-beslagene, beslist de rechtbank tot de verkoop daarvan.
Wat de verstrekking van bewijzen betreft, worden de ontvankelijkheid en de relevantie van de verstrekte bewijzen door de rechtbank onderzocht in de loop van het geding. De overgelegde bewijzen kunnen ook worden gebruikt door de partij die niet heeft verzocht om het beheer daarvan. De kosten die worden gemaakt voor het beheer van bewijzen worden in aanmerking genomen door de rechtbank die uitspraak doet in de zaak ten gronde.
4 Rechtsmiddelen tegen de maatregelen
Bij conservatoir beslag en derdenbeslag kan er tegen de beschikking alleen beroep bij een hogere rechtbank worden ingesteld binnen een termijn van vijf dagen na de uitspraak of de betekening, afhankelijk van het feit of de uitspraak is gedaan met of zonder dagvaarding van de partijen. Als de bevoegdheid in eerste aanleg bij het hof van beroep ligt, is het rechtsmiddel beroep. Deze rechtsmiddelen zijn gericht op het opheffen of behouden van de voorlopige maatregel. De betrokken partijen kunnen bezwaar maken tegen de uitvoering van het beslag of het derdenbeslag.
Bij executoriaal beslag kan er tegen de beslissing over de bekrachtiging van het beslag alleen beroep worden ingesteld binnen vijf dagen na betekening. De definitieve beslissing houdende bekrachtiging heeft het effect van een vorderingsoverdracht en vormt een executoriale titel tegen de derde-beslagene voor de bedragen die het voorwerp waren van de bekrachtiging. Na de bekrachtiging van het beslag zorgt de derde-beslagene voor het in bewaring geven of de betaling binnen de grenzen van het bedrag dat uitdrukkelijk is vastgesteld in de beslissing houdende bekrachtiging.
Bij voorlopige uitvoering kan het verzoek, als dit in eerste aanleg is afgewezen, opnieuw worden ingediend in de beroepsfase. Om opschorting van de voorlopige uitvoering kan worden verzocht door middel van het verzoek om beroep of afzonderlijk tijdens de beroepsprocedure. In afwachting van de uitkomst van het verzoek om opschorting kan, middels een voorlopig bevel, voorlopige toestemming worden gegeven voor de uitvoering, zelfs voordat het zaakdossier is ontvangen.
Wat de verstrekking van bewijzen betreft, is de beschikking ten aanzien van de ontvankelijkheid van het verzoek om verstrekking van bewijzen uitvoerbaar en kan er hiertegen geen bezwaar worden aangetekend. De beslissing houdende afwijzing kan alleen afzonderlijk worden aangevochten met een beroep binnen vijf dagen na de uitspraak, als deze is gedaan nadat de partijen zijn gedagvaard, en vijf dagen na de betekening als deze is gedaan zonder dat de partijen zijn gedagvaard.
De te verstrekken bewijzen kunnen onmiddellijk in beheer worden genomen of binnen de daarvoor gestelde termijn. Het beheer van de verstrekte bewijzen is het voorwerp van een beschikking waartegen er geen bezwaar kan worden aangetekend.
De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.