Verdachten (in strafzaken)

Czechia

Content provided by:
Czechia

A. Ik ben een buitenlandse onderdaan: heeft dat invloed op het onderzoek?

Alleen personen die op grond van de wet of het internationale recht voorrechten en immuniteiten genieten, onttrekken zich aan de jurisdictie van de bij de strafprocedure betrokken instanties. Dat u een buitenlandse onderdaan bent, heeft dus op zich geen invloed op het onderzoek.

U hoeft niet aanwezig te zijn tijdens het onderzoek als u dat niet wilt, zolang de bij de strafprocedure betrokken instantie u niet oproept voor een bepaalde handeling waarvoor uw aanwezigheid noodzakelijk is (met name voor een verhoor). Wel zult u in contact moeten blijven met de bij de strafprocedure betrokken instanties en hen in kennis moeten stellen van het adres waar u de documenten ontvangt.

Maar als u wordt vervolgd voor een opzettelijk strafbaar feit waarvoor in de wet een vrijheidsstraf met een maximumduur van meer dan twee jaar is bepaald, of voor een strafbaar feit in verband met nalatigheid waarvoor in de wet een vrijheidsstraf met een maximumduur van meer dan drie jaar is bepaald, kunnen de rechtbank en, op verzoek van de openbare aanklager in het kader van het voorbereidend onderzoek, de rechter u een beperking opleggen die bestaat in een verbod om naar het buitenland te reizen, als dat noodzakelijk blijkt voor de strafprocedure. Wanneer er geen grond meer is voor het verbod, wordt deze beperking opgeheven door de president van de kamer en, in het kader van het voorbereidend onderzoek, door de openbare aanklager, ook als er niet om is verzocht. Als deze beperking aan u is opgelegd, kunt u op ieder moment verzoeken om opheffing ervan. Het is ook mogelijk dat u een dergelijke beperking wordt opgelegd in plaats van voorlopige hechtenis.

Als u de Tsjechische taal niet voldoende beheerst, hebt u het recht bepaalde belangrijke documenten te laten vertalen (bv. de beslissing tot instelling van strafvervolging, de tenlastelegging, het vonnis) en wordt de procedure bij de instanties die betrokken zijn bij de strafprocedure, door een tolk voor u vertaald naar de taal van uw nationaliteit of naar een andere taal die u machtig bent. Op uw verzoek wordt u in het overleg met uw advocaat tijdens de strafprocedure of in rechtstreeks verband daarmee ook bijgestaan door een tolk.

B. Welke fasen zijn er in het onderzoek?

We kunnen veeleer spreken van soorten onderzoek dan van fasen, want het wetboek van strafvordering onderscheidt het verkorte voorbereidende onderzoek, het gewoon onderzoek en het diepgaande onderzoek.

Aan de fase van strafrechtelijk onderzoek gaat evenwel een fase van voorbereidend opsporingsonderzoek vooraf, dat is bedoeld om de feiten vast te stellen en aan het licht te brengen om te weten of er een strafbaar feit is gepleegd en, zo ja, wie de dader is. In dit stadium zijn personen tegen wie de strafprocedure wordt gevoerd, nog niet officieel aangewezen als verdachten, maar tijdens hun verhoor kunnen zij zich wel al door een advocaat laten bijstaan. Als u in dit stadium wordt verhoord als mogelijke dader van een strafbaar feit, hebt u het recht geen verklaring af te leggen en moet u daarvan vooraf op de hoogte worden gebracht.

Met ingang van het strafrechtelijk onderzoek is de persoon tegen wie de strafrechtelijke procedure wordt gevoerd, officieel als verdachte aangemerkt en heeft hij recht op bijstand door een advocaat. In deze fase worden bewijsmiddelen verzameld en gedocumenteerd met het oog op de tenlastelegging en het proces. Daartoe worden bijvoorbeeld getuigen gehoord, documenten bestudeerd en maatregelen genomen voor onderzoek door deskundigen.

Tegelijkertijd zoekt de politie zowel naar bewijsmiddelen die tegen u pleiten, als naar bewijsmiddelen die voor u pleiten.

Verkort voorbereidend onderzoek

Deze procedure betreft minder ernstige strafbare feiten (strafbare feiten die in eerste aanleg
kunnen worden berecht door een districtsrechtbank en waarvoor de wettelijk vastgelegde straf maximaal vijf jaar gevangenis bedraagt), is snel en minder formeel. Als er geen andere belemmeringen zijn (bv. gronden voor inhechtenisneming), kan deze procedure worden gevoerd, mits

  • u op heterdaad of onmiddellijk na het strafbare feit bent betrapt, of
  • er tijdens het onderzoek van de aanklacht of van een ander initiatief tot strafvervolging feiten zijn vastgesteld die strafrechtelijke vervolging rechtvaardigen en er kan worden aangenomen dat u terecht kunt staan binnen twee weken na de datum waarop de politiële autoriteit u in kennis heeft gesteld van de daad waarvan u wordt verdacht en van het strafbare feit dat met die daad is gepleegd.

Het verkort voorbereidend onderzoek tegen u vangt aan wanneer u tijdens het eerste verhoor in kennis wordt gesteld van de tenlastelegging.
In het kader van het verkorte voorbereidende onderzoek hebt u dezelfde rechten als een verdachte, waaronder het recht op bijstand door een advocaat. Wat uw rechten betreft, is het belangrijkste verschil met een traditioneel onderzoek dat het niet begint met een formele beslissing tot vervolging, waartegen u een klacht zou kunnen indienen, en dat u aan het eind van het verkorte voorbereidende onderzoek niet het recht hebt het strafdossier te bestuderen en om aanvullend bewijsmateriaal te vragen; dit doet niets af aan uw recht het strafdossier in te zien, tenzij de politiële autoriteit u dit recht op ernstige gronden ontzegt, en evenmin aan uw recht te verzoeken om aanvullend bewijs in de gerechtelijke procedure.

Tenzij anders wordt besloten, eindigt het verkort voorbereidend onderzoek met de indiening van een verzoek tot veroordeling (in beginsel een vereenvoudigde tenlastelegging zonder gronden). Het verzoek wordt door de openbare aanklager voorgelegd aan de rechter.

Gewoon onderzoek

Wanneer dit onderzoek tegen u wordt ingeleid, ontvangt u een betekening van de beslissing tot vervolging, waartegen u een klacht kunt indienen. Tijdens dit onderzoek hebt u recht op een advocaat. Vergeleken met het verkorte voorbereidende onderzoek wordt het gewone onderzoek uitgevoerd bij ernstigere strafbare feiten (maar ook bij belemmering of niet-tijdige afronding van het verkorte voorbereidende onderzoek); verder is het langer en formeler. Zoals gezegd, kunnen u en uw advocaat aan het eind van het onderzoek het strafdossier bestuderen en om aanvullende bewijsmiddelen vragen. Tenzij het onderzoek anders wordt afgesloten, eindigt het met de tenlastelegging, die door de openbare aanklager aan de rechter wordt voorgelegd. Anders dan een verzoek tot veroordeling bevat de tenlastelegging een motivering.

Diepgaand onderzoek

Dit onderzoek betreft de ernstigste strafbare feiten, waarvoor een regionale rechtbank in eerste aanleg bevoegd is (strafbare feiten waarvoor in het wetboek van strafrecht een minimale vrijheidsstraf van vijf jaar is bepaald, strafbare feiten waarvoor een uitzonderlijke straf kan worden opgelegd, of bepaalde uitdrukkelijk vermelde strafbare feiten). Omdat dit soort onderzoek wordt geacht het langst te duren, kan meer bewijsmateriaal worden verzameld en geproduceerd dan in een gewoon onderzoek. Verder verschilt het niet van een gewoon onderzoek. Het begint met de betekening van de beslissing u strafrechtelijk te vervolgen en eindigt met de tenlastelegging, tenzij het onderzoek op andere wijze wordt afgesloten.

i. Bewijsgaring/bevoegdheden van de onderzoekers

Deze fase van de strafprocedure wordt uitgevoerd door de politiële autoriteit onder toezicht van de openbare aanklager, die de politie bindende instructies kan geven, kan deelnemen aan de ondernomen acties, de zaak kan terugverwijzen naar de politie met instructies om de zaak aan te vullen, haar onwettige of ongegronde beslissingen en maatregelen kan vernietigen enz. U kunt de openbare aanklager verzoeken de door de politie genomen maatregelen te herbeoordelen (behalve als het een beslissing betreft waartegen u een klacht kunt indienen).

Sommige handelingen in een voorbereidend onderzoek kunnen alleen door de openbare aanklager worden verricht (bv. stopzetting van het voorbereidend onderzoek) of moeten vooraf worden goedgekeurd door de openbare aanklager (bv. inbeslagneming van goederen, indien er geen spoed is geboden). De rechter beslist vervolgens over de ernstigste schendingen van de fundamentele rechten en vrijheden (bv. voorlopige hechtenis, uitvaardiging van een aanhoudingsbevel, huiszoeking en telefoontaps).

ii. Inverzekeringstelling

Als u al in staat van beschuldiging bent gesteld en een van de gronden voor voorlopige hechtenis van toepassing is, kan de politiële autoriteit u in verzekering stellen. De politie moet de openbare aanklager daarvan wel onverwijld in kennis stellen en hem de documenten verstrekken die hij nodig heeft om in voorkomend geval een verzoek om voorlopige hechtenis in te dienen. Dat verzoek moet zodanig zijn opgesteld dat u binnen 48 uur na uw inverzekeringstelling aan de rechter wordt voorgeleid, anders moet u worden vrijgelaten.

Als u nog niet in staat van beschuldiging bent gesteld maar wordt verdacht van het plegen van een strafbaar feit en een van de gronden voor voorlopige hechtenis van toepassing is, kan de politiële autoriteit u in een spoedeisend geval in verzekering stellen, ook als er nog geen strafvervolging tegen u is ingesteld (bv. als u geen kennisgeving van de beslissing tot vervolging heeft kunnen ontvangen). In dat geval moet de openbare aanklager toestemming verlenen voordat u in verzekering kunt worden gesteld. Zonder die toestemming is inverzekeringstelling alleen toegestaan als de zaak niet kan worden uitgesteld en het niet mogelijk is vooraf toestemming te verkrijgen. De politiële autoriteit die u heeft aangehouden, zal u verhoren. Van uw kant hebt u het recht te vragen om de aanwezigheid van een advocaat van uw keuze (indien beschikbaar) tijdens uw verhoor, en met hem te overleggen zonder dat anderen daarbij aanwezig zijn. U hebt het recht het consulaat van het land waarvan u onderdaan bent, in kennis te laten stellen van uw inverzekeringstelling.

Als er geen vermoeden meer bestaat dat u een strafbaar feit hebt gepleegd, wordt u onmiddellijk in vrijheid gesteld. Als u niet wordt vrijgelaten, verstrekt de politiële autoriteit het proces-verbaal van uw verhoor aan de openbare aanklager, samen met een kopie van de beslissing tot instelling van strafvervolging en andere bewijsstukken, zodat laatstgenoemde in voorkomend geval een verzoek om voorlopige hechtenis kan indienen. Dat verzoek moet worden ingediend door de politiële autoriteit, zodat u binnen 48 uur na uw inverzekeringstelling aan de rechter kunt worden voorgeleid, anders moet u worden vrijgelaten.

Als er gronden zijn voor voorlopige hechtenis en u zich aan strafvervolging onttrekt, kan de rechter een aanhoudingsbevel tegen u uitvaardigen. Als u wordt aangehouden door de politie, hebt u dezelfde rechten als wanneer u in verzekering zou zijn gesteld. De politie is verplicht u binnen 24 uur na uw aanhouding aan de rechter voor te leiden. De rechter ondervraagt u
en neemt een beslissing over uw voorlopige hechtenis; de rechter geeft u daarvan binnen 24 uur na uw verhoor kennis. U hebt het recht op aanwezigheid van uw advocaat tijdens de ondervraging, indien hij beschikbaar is binnen de door de rechter gestelde termijn.

iii. Verhoor

Voordat u als verdachte wordt verhoord, moeten de bij de strafprocedure betrokken instanties uw identiteit verifiëren, de aard van de aanklacht uitleggen en u informeren over uw rechten en de strafrechtelijke gevolgen van valse beschuldigingen en laster. Als u wordt vervolgd voor een strafbaar feit waarvoor u met de openbare aanklager een straf kunt overeenkomen op grond van uw schulderkenning (transactie), moet u er verder op worden gewezen dat u in het voorbereidend onderzoek met de openbare aanklager een dergelijke, door de rechter goed te keuren transactie kunt overeenkomen en wat de gevolgen van een zodanige regeling zijn.

Tijdens het verhoor mag u in geen geval worden gedwongen tot een verklaring of bekentenis. In het kader van het onderzoek moet u de mogelijkheid hebben om uitgebreid te reageren op de tenlastelegging, met name om een samenhangend beeld van de ten laste gelegde feiten te geven, om de omstandigheden weer te geven die de tenlastelegging verzachten of weerleggen, en om daarvoor bewijsmiddelen aan te voeren. Het kan ook zijn dat u vragen worden gesteld ter aanvulling van uw verklaring of ter wegneming van onvolkomenheden, dubbelzinnigheden of tegenstrijdigheden. De vragen moeten op een duidelijke, begrijpelijke manier worden gesteld, zonder misleidende of onjuiste voorstelling van de omstandigheden, en zij mogen u niet in de richting van een bepaald antwoord sturen.

U moet de mogelijkheid krijgen het proces-verbaal van de ondervraging te lezen of te vragen om voorlezing ervan (bij verhoor via videoconferentie wordt het proces-verbaal aan u voorgelezen). U kunt vragen om aanvulling of correctie van het proces-verbaal om het in overeenstemming te brengen met uw verklaring.

iv. Voorlopige hechtenis

U kunt alleen in voorlopige hechtenis worden genomen als u van een strafbaar feit wordt beschuldigd. De rechter beslist of u wel of niet in voorlopige hechtenis wordt genomen.

De gronden voor voorlopige hechtenis zijn als volgt:

  • er is gegronde vrees dat u anders op de vlucht zal slaan of zich schuil zal houden om vervolging of straf te ontlopen,
  • er is gegronde vrees dat u anders het onderzoek zal belemmeren, bv. door getuigen aan te zetten tot een valse verklaring of
  • er is gegronde vrees dat u het u ten laste gelegde strafbare feit anders opnieuw zal plegen of dat u, in het geval van een strafbaar feit waarmee u bent begonnen, dat strafbare feit zal afmaken of dat u, in het geval van een strafbaar feit dat u hebt voorbereid of waarmee u hebt gedreigd, dat strafbare feit zal gaan plegen.

Als die gronden niet aanwezig zijn, beslist de rechter niet tot voorlopige hechtenis; als zij niet geldig zijn, wordt u in vrijheid gesteld. U moet ook worden vrijgelaten na afloop van de maximale wettelijke termijn voor voorlopige hechtenis. Bij voorlopige hechtenis wegens mogelijke beïnvloeding van getuigen is die termijn drie maanden (dit geldt echter niet indien is vast komen te staan dat u de verduidelijking van voor de strafprocedure relevante feiten hebt belemmerd). Naargelang de ernst van het strafbare feit kan de totale duur van de voorlopige hechtenis variëren van één tot maximaal vier jaar. Van elk van deze termijnen is maar een derde bestemd voor het voorbereidende onderzoek en de overige twee derde voor de gerechtelijke procedure.

De gronden om u in voorlopige hechtenis te houden, moeten door de rechter voortdurend opnieuw worden beoordeeld, terwijl de duur ervan na een bepaalde tijd steeds moet worden verlengd. U hebt ook het recht te verzoeken om invrijheidstelling. Voorlopige hechtenis kan worden vervangen door een maatregel die niet samenhangt met een vrijheidsstraf (verblijf in de gevangenis), bijvoorbeeld betaling van een bepaalde som geld, plaatsing onder toezicht door een reclasseringsambtenaar, verplicht verblijf in een bepaalde woning gedurende een bepaalde tijd enz. U hebt het recht de rechter te verzoeken de voorlopige hechtenis te vervangen door een van deze maatregelen.

C. Wat zijn mijn rechten tijdens het proces?

Bij het uitoefenen van uw recht van verweer hebt u het recht:

  • door de bij de strafprocedure betrokken instanties te worden gewezen op uw rechten en die volledig te kunnen uitoefenen;
  • te laten weten wat u vindt van de tegen u ingebrachte beschuldigingen en de vergaarde bewijsmiddelen;
  • te weigeren te verklaren;
  • de dossiers te raadplegen, er uittreksels en aantekeningen van te maken en voor eigen rekening kopieën van (delen van) de dossiers te maken (dit recht kan worden ingeperkt als daar in het kader van een onderzoek ernstige redenen voor zijn);
  • bewijsmiddelen te leveren voor uw verweer;
  • voorstellen en verzoeken in te dienen;
  • een rechtsmiddel in te stellen;
  • uw moedertaal of een andere taal die u machtig bent, te gebruiken tegenover de bij de strafprocedure betrokken instanties, als u verklaart het Tsjechisch niet te beheersen;
  • een advocaat te kiezen (als u dat niet zelf doet, kan bijvoorbeeld een gezins- of familielid dat voor u doen);
  • te vragen dat een advocaat u gratis of tegen een verlaagd tarief wordt toegewezen, als u over onvoldoende middelen beschikt om uw verdediging te betalen;
  • met uw advocaat te spreken zonder dat anderen daarbij aanwezig zijn;
  • te eisen dat uw ondervraging plaatsvindt in het bijzijn van uw advocaat en dat uw advocaat deelneemt aan het voorbereidende onderzoek.

i. Heb ik recht op een tolk en op vertaling van de stukken? In welke mate heb ik recht op die bijstand?

Als u aangeeft het Tsjechisch niet machtig te zijn, mag u tegenover de bij de strafprocedure betrokken instanties gebruikmaken van uw moedertaal of een andere taal die u verklaart te beheersen.

Wanneer een document, een verklaring of een andere processtuk moet worden vertaald, of als u verklaart het Tsjechisch niet machtig te zijn, zal een tolk-vertaler worden ingeschakeld om de stukken te vertalen die in het kader van de strafprocedure op u betrekking hebben. Op uw verzoek kan de toegewezen tolk u ook bijstaan tijdens het overleg dat u met uw advocaat voert in rechtstreeks verband met de procedure, en tijdens het overleg gedurende de procedurehandelingen.

In dat geval moeten de bij de strafprocedure betrokken instanties u een schriftelijke vertaling verstrekken van de in de wet vermelde documenten (bv. de beslissing tot inleiding van de strafprocedure, de beslissing tot voorlopige hechtenis, de beslissing u te laten observeren in een medische instelling, de tenlastelegging, de transactie met de openbare aanklager en het voorstel tot goedkeuring daarvan, de voorgestelde straf en de beslissing tot schorsing van de strafprocedure enz.), tenzij u afstand doet van dat recht. Bij uw aanhouding of inverzekeringstelling krijgt u ook een schriftelijke vertaling van de informatie over uw rechten. U hebt het recht de bij de strafprocedure betrokken instantie te verzoeken om een vertaling van ieder ander document dat met name van belang is voor de uitoefening van uw rechten van verweer.

ii. Heb ik recht op informatie en op inzage in mijn dossier?

Tijdens het voorbereidend opsporingsonderzoek kunt u uw dossier raadplegen als de politiële autoriteit daarvoor toestemming heeft gegeven en als dat noodzakelijk is om uw rechten te kunnen uitoefenen.

Wordt u beschuldigd van het plegen van een strafbaar feit, dan kunt u uw dossier raadplegen, er uittreksels en aantekeningen van maken en voor eigen rekening kopieën van (bepaalde delen van) het dossier maken.

In het kader van het voorbereidend onderzoek kan de openbare aanklager of de politiële autoriteit u echter om ernstige redenen het recht op inzage in de dossiers ontzeggen, evenals de andere voornoemde rechten. Deze rechten kunnen u niet worden ontzegd wanneer u eenmaal bent geïnformeerd over de mogelijkheid het dossier te bestuderen en wanneer u met de openbare aanklager een transactie overeenkomt. Inzage in de beslissing tot vervolging kan u niet worden ontzegd en u hebt het recht kennis te nemen van de delen uit het dossier over de beslissing tot voorlopige hechtenis.

iii. Heb ik recht op een advocaat en om iemand anders te informeren over mijn situatie?

Als u wordt beschuldigd van een strafbaar feit, hebt u recht op een advocaat. Als u niet zelf een advocaat kiest, kan bijvoorbeeld een gezins- of familielid dat voor u doen, of u kunt uw eigen verweer voeren. In bepaalde gevallen moet u echter een advocaat hebben (“verplichte verdediging”); in dat geval wijst de rechter een advocaat aan als u er niet zelf een kiest binnen de gestelde termijn. In de volgende situaties moet u al in de fase van het voorbereidende onderzoek een advocaat hebben:

  • u bent in voorlopige hechtenis genomen, u ondergaat een vrijheidsstraf, u bent het voorwerp van een beschermingsmaatregel waarbij u uw vrijheid is ontnomen, of u bent voor observatie in een instelling voor gezondheidszorg geplaatst;
  • u bent slechts beperkt in staat uw rechten te genieten (bv. vanwege een geestelijke stoornis);
  • er loopt een procedure tegen u als voortvluchtige (u bent gevlucht en de procedure wordt in uw afwezigheid gevoerd);
  • de procedure heeft betrekking op een strafbaar feit waarvoor in de wet een gevangenisstraf van meer dan vijf jaar is bepaald;
  • de openbare aanklager vindt het nodig dat u een advocaat hebt, omdat hij twijfelt of u uw eigen verweer wel naar behoren kunt voeren, gezien uw huidige toestand;
  • u bent een minderjarige in de leeftijd van 15-18 jaar.

Als de procedure betrekking heeft op een strafbaar feit waarvoor in de wet een maximale vrijheidsstraf van meer dan vijf jaar is bepaald, kunt u afzien van dit verweermiddel, tenzij het gaat om een strafbaar feit waarvoor een uitzonderlijke straf (levenslange gevangenisstraf of een straf van meer dan twintig jaar en ten hoogste dertig jaar) kan worden opgelegd.

Als u in verzekering bent gesteld of in voorlopige hechtenis bent genomen, hebt u het recht daarvan kennis te geven aan het consulaat van het land waarvan u onderdaan bent, en aan een gezins- of familielid of andere door u aangewezen natuurlijke persoon. U hebt het recht te communiceren met uw consulaat; als u daarvoor niet genoeg geld hebt, mag u dat gratis doen. U moet daarop worden gewezen.

iv. iv. Heb ik recht op rechtsbijstand?

In het kader van het voorbereidend opsporingsonderzoek, d.w.z. vóór inleiding van de strafprocedure (strafrechtelijk onderzoek), hebt u recht op bijstand door een advocaat tijdens uw verhoor (toelichting).

Als u van een strafbaar feit wordt beschuldigd, hebt u recht op een advocaat, die verplicht is u de nodige rechtsbijstand te verlenen. U kunt uw eigen advocaat kiezen; in het geval van verplicht verweer wordt u een advocaat aangewezen als u er niet zelf een kiest. Als u niet genoeg geld hebt om uw advocaat te betalen, kunt u de rechter vragen om te beslissen dat u recht hebt op een gratis advocaat of op een advocaat tegen een lager tarief.

v. Wat moet ik weten over:

a. het vermoeden van onschuld?

Er zijn vier basisniveaus waarop het beginsel van het vermoeden van onschuld wordt toegepast in strafprocedures:

  • u moet schuldig worden bevonden; zolang uw schuld niet is bewezen, moet u als onschuldig worden beschouwd;
  • bij twijfel over uw schuld moet de beslissing in uw voordeel worden gegeven;
  • u kunt pas schuldig worden verklaard nadat de rechter zich in een definitief vonnis over uw schuld heeft uitgesproken;
  • tijdens de strafprocedure kunnen uw rechten slechts worden beperkt voor zover dat strikt noodzakelijk is.

b. het zwijgrecht en het recht niet aan uw eigen veroordeling mee te werken

U bent niet verplicht in een strafprocedure te getuigen en u kunt in geen geval worden gedwongen tot een verklaring of bekentenis. U bent evenmin verplicht bewijsmiddelen tegen u te produceren. De bij de strafprocedure betrokken instanties kunnen u geen boete opleggen als u weigert een document of ander bewijsmateriaal te overhandigen dat tegen u pleit.

c. de bewijslast

De bij de strafprocedure betrokken instanties zijn verplicht de omstandigheden die vóór u pleiten, met evenveel aandacht toe te lichten als die welke tegen u pleiten. De openbare aanklager is verplicht uw schuld te bewijzen voor de rechter. U bent niet verplicht te bewijzen dat u onschuldig bent. Dat belet u echter niet gebruik te maken van uw recht de feiten uiteen te zetten en bewijsmiddelen te leveren voor uw verweer.

vi. Welke speciale regels gelden er voor kinderen?

Als u een onrechtmatige daad met de kenmerken van een strafbaar feit hebt verricht en een kind bent van minder dan 15 jaar, bent u daar niet strafrechtelijk aansprakelijk voor en kunnen alleen in een civiele procedure voor een gespecialiseerde jeugdrechter corrigerende maatregelen worden opgelegd. In die procedure moet u worden bijgestaan door een advocaat, die door de staat wordt betaald, tenzij de staat om bijzondere redenen besluit een deel van de kosten te laten betalen door u of veeleer door uw familie.

Als u een strafbaar feit hebt gepleegd en een minderjarige bent in de leeftijd van 15-18 jaar, is in beginsel de bijzondere wet op het jeugdrecht van toepassing. Bij het voorbereidend opsporingsonderzoek en het strafrechtelijk onderzoek van de door u gepleegde strafbare feiten moeten de bij de strafprocedure betrokken instanties rekening houden met uw leeftijd, gezondheidstoestand en intellectuele en morele rijpheid, om uw toekomstige ontwikkeling zo min mogelijk in gevaar te brengen. Uw persoonsgegevens en persoonlijke levenssfeer zijn wettelijk beschermd, de procedure is niet-openbaar, als u niet wilt dat er publiek aanwezig is, en in de bekendmaking van het vonnis wordt geen melding gemaakt van uw naam en andere gegevens waarmee uw identiteit kan worden vastgesteld, zoals uw woonplaats. U hebt vanaf de eerste handeling tegen u in de strafprocedure recht op een advocaat (d.w.z. bij aanvang van de fase van het strafrechtelijk onderzoek). Uw wettelijke vertegenwoordiger (doorgaans uw ouders) of uw voogd, de bevoegde instantie voor de sociale en juridische bescherming van kinderen en de dienst voor reclassering en bemiddeling worden onmiddellijk in kennis gebracht wanneer u strafrechtelijk wordt vervolgd, in verzekering wordt gesteld, wordt aangehouden of in voorlopige hechtenis wordt genomen. De bij de strafprocedure betrokken instanties werken samen met de instantie die verantwoordelijk is voor de sociale en juridische bescherming van kinderen, de dienst voor reclassering en bemiddeling en de verenigingen en instellingen die zich inzetten voor kinderen.

vii. Welke speciale regels gelden er voor kwetsbare verdachten?

De rechter zal u vanaf het begin van de strafprocedure een advocaat toewijzen als dat volgens hem en, tijdens het voorbereidende onderzoek, de openbare aanklager, nodig is, vooral als zij twijfelen of u uw verweer wel naar behoren kunt voeren vanwege uw huidige lichamelijke of geestelijke toestand.

Voor doven en doofblinden is de wijze van communicatie geregeld bij Wet nr. 155/1998 Coll. betreffende communicatiesystemen voor doven en doofblinden. In het kader van een strafprocedure hebt u recht op ondersteuning door tolkdiensten in het communicatiesysteem van uw keuze.

Als u maar beperkt gebruik kunt maken van uw rechten, wordt u in strafprocedures vertegenwoordigd door een voogd, meestal een gezins- of familielid, tenzij de belangen van dat gezins- of familielid in strijd zijn met die van u.

D. Wat zijn de wettelijke termijnen tijdens het proces?

Strafprocedures moeten door de bij de strafprocedure betrokken instanties zo snel mogelijk en zonder onnodige vertraging worden afgehandeld, met name in het geval van voorlopige hechtenis en in zaken waarin goederen in beslag zijn genomen, wanneer dat gezien de waarde en de aard van de goederen vereist is.

Voor de fase van het voorbereidend opsporingsonderzoek (vóór instelling van vervolging) geldt dat de politiële autoriteit die binnen de volgende termijnen moet hebben afgerond:

  • twee maanden in het geval van een zaak die onder de bevoegdheid van een alleensprekende rechter valt, waarin geen verkort voorbereidend onderzoek plaatsvindt,
  • drie maanden in het geval van een andere zaak die onder de bevoegdheid van de districtsrechtbank valt,
  • zes maanden in het geval van een zaak die onder de bevoegdheid van een regionale rechtbank van eerste aanleg valt.

Deze termijn kan op gemotiveerd verzoek meerdere keren door de openbare aanklager worden verlengd.

Het verkort voorbereidend onderzoek moet zijn afgerond binnen twee weken na de datum waarop de politiële autoriteit u in kennis heeft gesteld van de daad waarvan u wordt verdacht en van het strafbare feit dat met die daad is gepleegd. Is het verkort voorbereidend onderzoek niet binnen die tijd afgerond, dan kan de openbare aanklager de termijn verlengen met ten hoogste tien dagen en, in geval van een met de openbare aanklager overeen te komen transactie, met ten hoogste dertig dagen.

De politiële autoriteit moet het gewone onderzoek binnen de volgende termijnen hebben afgerond:

  • twee maanden na instelling van strafvervolging in het geval van een zaak die onder de bevoegdheid van een alleensprekende rechter valt,
  • drie maanden na instelling van strafvervolging in het geval van een andere zaak die onder de bevoegdheid van een districtsrechtbank valt.

Deze termijn kan op gemotiveerd verzoek meerdere keren door de openbare aanklager worden verlengd. In het kader van het toezicht moet de openbare aanklager vervolgens het dossier ten minste eenmaal per maand onderzoeken.

Het diepgaand onderzoek moet binnen zes maanden na instelling van strafvervolging zijn afgerond. Deze termijn kan op gemotiveerd verzoek meerdere keren door de openbare aanklager worden verlengd. In het kader van het toezicht moet de openbare aanklager vervolgens het dossier ten minste eenmaal per maand onderzoeken.

Voor sommige handelingen zijn in het wetboek van strafvordering andere specifieke wettelijke termijnen bepaald (de beslissing van de rechter u binnen 48 uur na uw inverzekeringstelling of binnen 24 uur na uw aanhouding in voorlopige hechtenis te nemen, de maximumduur van de voorlopige hechtenis, de termijn voor de verplichte toetsing van de gronden voor de voorlopige hechtenis enz.)

E. Wat gebeurt er vóór het proces? Zijn er bijvoorbeeld alternatieven voor voorlopige hechtenis of kan ik naar mijn eigen land worden overgebracht (Europees surveillancebevel)?

Het voorbereidend onderzoek is de eerste fase van de strafprocedure. Deze fase is bedoeld om vast te stellen of er voldoende gronden zijn voor de verdenking dat u het strafbare feit hebt gepleegd, om u in staat van beschuldiging te stellen. In dit stadium moeten bewijsmiddelen worden vergaard die uw schuld bevestigen, evenals bewijsmiddelen die uw schuld weerleggen.

Het voorbereidend onderzoek heeft vooral als doel:

  • een basis te leggen om te besluiten of er een tenlastelegging moet worden ingediend en de zaak moet worden behandeld door de rechter, dan wel of de zaak moet worden geseponeerd;
  • alle omstandigheden vast te stellen die relevant zijn voor de beslissing over het strafbare feit, de dader, de straf of de beschermende maatregel, evenals voor de beslissing over de schadevordering van het slachtoffer, en de nodige bewijsmiddelen te verkrijgen;
  • de oorzaken van het strafbare feit en de omstandigheden die het plegen ervan mogelijk hebben gemaakt of vergemakkelijkt, vast te stellen.

Als een van de gronden voor voorlopige hechtenis van toepassing is, kan de rechter die over de hechtenis beslist, u vrijlaten, of u in vrijheid stellen als hij een van de volgende alternatieve maatregelen vaststelt:

  • een groep burgers of een vertrouwenspersoon stelt zich garant voor uw verdere gedrag en waarborgt dat u voor de rechter, de openbare aanklager of de politiële autoriteit zult verschijnen wanneer u wordt opgeroepen; u geeft steeds vooraf door wanneer u niet op uw verblijfplaats bent; en de instantie die over de voorlopige hechtenis beslist, oordeelt dat de geboden waarborgen voldoende zijn ten opzichte van de in staat van beschuldiging gestelde persoon en de aard van de zaak en stemt ermee in;
  • u belooft schriftelijk een ordelijk leven te zullen leiden, in het bijzonder geen strafbare feiten te plegen, voor de rechter, de openbare aanklager of de politiële autoriteiten te verschijnen wanneer u wordt opgeroepen, steeds vooraf door te geven wanneer u niet op uw verblijfplaats bent en de u opgelegde verplichtingen en beperkingen na te leven, en de instantie die beslist over uw voorlopige hechtenis, oordeelt dat deze belofte voldoende is en stemt ermee in;
  • u wordt onder toezicht van een reclasseringsambtenaar geplaatst;
  • aan u wordt een van de voorlopige maatregelen opgelegd;
  • de rechter aanvaardt de borgtocht (een bepaald geldbedrag); borgtocht kan echter niet worden aanvaard bij beschuldiging van bepaalde ernstige strafbare feiten.

Bij vervanging van hechtenis door een van deze maatregelen kan de instantie die over de voorlopige hechtenis beslist, ervoor kiezen met behulp van een elektronische enkelband toe te zien op naleving van de in het kader van de maatregel opgelegde verplichtingen, als u zich ertoe verbindt de nodige medewerking te verlenen. De instantie die over uw voorlopige hechtenis beslist, kan u ook een beperking opleggen door u te verbieden het land te verlaten.

Als u burger van een EU-lidstaat bent of als u een familierechtelijke band hebt met een EU-lidstaat, hebt u overeenkomstig Kaderbesluit 2009/829/JBZ van de Raad van 23 oktober 2009 inzake de toepassing, tussen de lidstaten van de Europese Unie, van het beginsel van wederzijdse erkenning op beslissingen inzake toezichtmaatregelen als alternatief voor voorlopige hechtenis, dat is omgezet in Wet nr. 104/2013 Coll. inzake internationale justitiële samenwerking in strafprocedures, het recht te verzoeken om toestemming voor uitvoering van een maatregel als alternatief voor voorlopige hechtenis in de staat waar u uw gewone verblijfplaats hebt of in een andere door u aangegeven lidstaat, indien die andere staat daarmee instemt. Voorwaarde daarbij is dat het mogelijk is toe te zien op de uitvoering van deze alternatieve maatregelen in de betrokken lidstaat of dat toezicht op een andere manier kan worden gewaarborgd. Als u de opgelegde alternatieve maatregelen niet naleeft, wordt u naar Tsjechië teruggestuurd.

Laatste update: 21/03/2023

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.