Insolventie/faillissement

Cyprus
Inhoud aangereikt door
European Judicial Network
Europees justitieel netwerk (in burgerlijke en handelszaken)

1 Tegen wie kan een insolventieprocedure worden ingesteld?

Faillissement (ptóchevsi): een faillietverklaring (diátagma ptóchevsis) vindt alleen plaats tegen een natuurlijk persoon die insolvent is.

Liquidatie (ekkathárisi): een bevel tot liquidatie (diátagma ekkathárisis) wordt gegeven met betrekking tot een rechtspersoon. Een vrijwillige liquidatie (ekoúsia ekkathárisi), buitengerechtelijk of onder toezicht van de rechter, heeft eveneens betrekking op een rechtspersoon.

2 Wat zijn de voorwaarden om een insolventieprocedure te openen?

Faillissement: de wettelijke voorschriften voor het faillissement van natuurlijke personen zijn te vinden in de Faillissementswet (perí Ptóchevsis Nómos, hoofdstuk 5), die de afgelopen twee jaar grondig is aangepast aan de veranderende sociale en economische situatie.

Een faillissementsaanvraag kan door een schuldeiser of de schuldenaar zelf worden ingediend voor schulden van meer dan 15 000 EUR, mits er sprake is van een handeling die aanleiding is voor faillissementsaanvraag of de schuldenaar zich in kennelijke staat van faillissement bevindt en op Cyprus aanwezig was of zijn gewone verblijfplaats had op Cyprus of zijn bedrijf voerde op Cyprus of lid was van een firma of vennootschap die haar onderneming voerde op Cyprus.

Van een handeling die aanleiding is voor een faillissementsaanvraag (práxi ptóchevsis) is onder meer sprake als:

a) een schuldeiser een definitieve uitspraak tegen de schuldenaar verkrijgt, ongeacht het bedrag, en de schuldenaar niet betaalt;

b) de schuldenaar een verklaring van onvermogen tot betaling van zijn schulden indient;

c) de schuldenaar een faillissementsaanvraag indient;

d) een persoonlijk afbetalingsplan waarbij de schuldenaar partij is, geacht wordt te zijn mislukt of te zijn beëindigd overeenkomstig de wettelijke voorschriften inzake de insolventie van natuurlijke personen (perí Aferengyótitas Fysikón Prosópon Nómos).

Liquidatie van vennootschappen: een vennootschap kan worden geliquideerd als zij haar schulden niet kan betalen of als zij bij bijzonder besluit overgaat tot ontbinding middels liquidatie van haar bezittingen en volledige of gedeeltelijke afbetaling van haar schulden. Een bevel tot liquidatie kan worden gegeven als een vennootschap haar schulden niet kan betalen. Het verschuldigde bedrag moet groter zijn dan 5 000 EUR. Een verzoek tot liquidatie wordt hetzij door een schuldeiser of door de aandeelhouders ingediend bij de rechtbank.

Vrijwillige liquidatie

Er zijn drie soorten vrijwillige liquidatie.

  • Vrijwillige liquidatie door schuldeisers (ekoúsia ekkathárisi apó pistotés): dit is een buitengerechtelijke liquidatie die plaatsvindt als de vennootschap insolvent is en haar bestuur besluit tot liquidatie. Een vrijwillige liquidatie door schuldeisers begint met het bijeenroepen van een vergadering van schuldeisers om zich te buigen over een door de algemene vergadering van aandeelhouders van de vennootschap genomen bijzonder besluit tot vrijwillige liquidatie.
  • Vrijwillige liquidatie door leden (ekoúsia ekkathárisi apó méli): dit is eveneens een buitengerechtelijke liquidatie, die in gang wordt gezet door een bijzonder besluit van de algemene vergadering van aandeelhouders wanneer de vennootschap solvent is.
  • Vrijwillige liquidatie onder toezicht van de rechter (ekoúsia ekkathárisi ypó tin epopteía tou Dikastiríou): wanneer een vennootschap een besluit tot vrijwillige liquidatie heeft genomen, kan de rechter gelasten de liquidatie onder zijn toezicht te laten verlopen.

3 Welke goederen behoren tot de insolvente boedel? Hoe worden de goederen behandeld die zijn verworven door of toevallen aan de schuldenaar na de opening van de insolventieprocedure?

Faillissement: de failliete boedel bestaat uit alle eigendommen die bij aanvang van de faillissementsprocedure toebehoren aan, of berusten bij de failliet, of die vóór decharge van de failliet door hem worden verkregen of op hem overgaan, niet zijnde de eigendommen die de failliet of zijn gezin nodig hebben om te overleven.

Eigendommen verkregen na aanvang van de faillissementsprocedure en voor opheffing of nietigverklaring van het faillissement, maken deel uit van de failliete boedel.

Liquidatie: onder eigendommen worden in het kader van de liquidatie verstaan de eigendommen die toebehoorden aan de vennootschap voordat het bevel tot liquidatie werd gegeven of voordat het bijzonder besluit tot vrijwillige liquidatie werd genomen.

4 Wat zijn de bevoegdheden van respectievelijk de schuldenaar en de insolventiefunctionaris?

Faillissement: bij een faillietverklaring wordt de curator (epísimos paralíptis) de bewindvoerder over de eigendommen van de failliet. In een later stadium kan iedere bevoegde insolventiefunctionaris (adeiodotiménos sýmvoulos aferengyótitas) worden aangesteld als bewindvoerder (diacheiristís). De bewindvoerder heeft als taak de eigendommen van de failliet te verkopen en de opbrengsten uit te delen aan de schuldeisers. Wanneer de curator of insolventiefunctionaris de taken van bewindvoerder verricht, blijft de failliet eigenaar van alle bij hem berustende eigendommen, die per de aanvangsdatum van de faillissementsprocedure evenwel uitsluitend worden beheerd door de bewindvoerder.

Liquidatie: bij een bevel tot liquidatie wordt de curator automatisch vereffenaar (ekkatharistís) als de schuldeisers geen vereffenaar aanstellen, tenzij er een bevoegde insolventiefunctionaris wordt aangesteld als vereffenaar op verzoek van de curator of op grond van een beslissing van de vergadering van schuldeisers en de vergadering van contributories van de vennootschap. De vereffenaar heeft als taak de eigendommen van de te ontbinden vennootschap te realiseren en de opbrengst uit te delen aan haar schuldeisers en contributories. Wanneer de curator of insolventiefunctionaris de taak van vereffenaar van de eigendommen van de te liquideren rechtspersoon op zich neemt, worden de eigendommen, ook al blijft de vennootschap eigenaar van alle bij haar berustende eigendommen, per de aanvangsdatum van de liquidatieprocedure beheerd door de vereffenaar, ten behoeve van de verkoop ervan.

Vrijwillige liquidatie: in het geval van vrijwillige liquidatie staakt de vennootschap haar bedrijf per aanvangsdatum van de liquidatieprocedure, behalve voor zover nodig voor een gunstige uitkomst van de liquidatie. De vereffenaar heeft als taak de eigendommen van de te liquideren vennootschap te realiseren en de opbrengst uit te delen aan de schuldeisers en contributories.

  • Vrijwillige liquidatie door schuldeisers: de schuldeisers en de vennootschap dragen tijdens hun respectieve vergaderingen de insolventiefunctionaris voor die zij als vereffenaar van de vennootschap willen aanstellen; indien evenwel de voordrachten niet overeenkomen, wordt de door de schuldeisers voorgedragen insolventiefunctionaris aangesteld als vereffenaar.
  • Vrijwillige liquidatie door leden: de vennootschap stelt bij besluit van de algemene vergadering een bevoegde insolventiefunctionaris aan als vereffenaar, die verantwoordelijk is voor de afwikkeling van de onderneming van de vennootschap en uitdeling van de baten uit de boedel. Bij aanstelling van een vereffenaar verliezen de bestuurders hun bevoegdheden, behalve voor zover een algemene vergadering van de vennootschap of de vereffenaar voortzetting ervan goedkeurt.
  • Vrijwillige liquidatie onder toezicht van de rechter: bij het geven van een bevel tot liquidatie onder toezicht kan de rechter op grond van dat bevel of een later bevel een aanvullende vereffenaar aanstellen. Een door de rechter aangestelde vereffenaar heeft dezelfde bevoegdheden, verplichtingen en positie als een vereffenaar die is aangesteld op grond van een bijzonder besluit of op grond van een besluit van de schuldeisers zoals hiervoor beschreven.

5 Onder welke voorwaarden kan een verrekening worden tegengeworpen?

Faillissement: de wetgeving bepaalt dat aanspraak kan worden gemaakt op verrekening als er wederzijdse schuldvorderingen of andere wederzijdse betrekkingen tussen de failliet en een andere persoon bestaan voordat het faillissement wordt uitgesproken, tenzij de andere persoon ten tijde van de kredietverstrekking op de hoogte was van de door de failliet verrichte handeling die aanleiding was voor een faillissementsaanvraag.

6 Wat zijn de gevolgen van de insolventieprocedure voor lopende overeenkomsten waarbij de schuldenaar partij is?

Faillissement: bestaande wettige overeenkomsten waarbij de failliet partij is, blijven van kracht en de failliet blijft persoonlijk verantwoordelijk voor nakoming van de voorwaarden ervan.

Liquidatie: bestaande wettige overeenkomsten waarbij een te liquideren vennootschap partij is, blijven van kracht. Hetzelfde geldt voor wettige overeenkomsten die zijn aangegaan door vennootschappen die vrijwillig worden geliquideerd.

7 Wat zijn de gevolgen van de insolventieprocedure voor individuele vervolgingen door schuldeisers (met uitzondering van lopende rechtsvorderingen)?

Faillissement: als er een vordering tegen een failliet wordt ingesteld nadat de faillietverklaring is uitgesproken, moet de rechter om toestemming worden gevraagd om de vordering toe te laten.

Liquidatie: als er een vordering tegen een te liquideren vennootschap wordt ingesteld nadat de liquidatieverklaring is uitgesproken, moet de rechter om toestemming worden gevraagd om de vordering toe te laten.

8 Wat zijn de gevolgen van de insolventieprocedure voor de voortzetting van lopende rechtsvorderingen op het tijdstip van de inleiding van de insolventieprocedure?

Faillissement: vorderingen die reeds aanhangig zijn tegen een failliet, lopen gewoon door, zonder dat daarvoor toestemming van de rechter nodig is.

Liquidatie: vorderingen die reeds aanhangig zijn tegen een te liquideren vennootschap, kunnen alleen met toestemming van de rechter worden voortgezet. Het is geheel aan de curator van de rechter of de vereffenaar van de vennootschap zulke vorderingen af te handelen.

9 Wat zijn de belangrijkste kenmerken van de deelname van de schuldeisers aan de insolventieprocedure?

Faillissement: om deel te nemen aan de faillissementsprocedure dient de schuldeiser de ingevulde formulieren voor titel van schuldvordering (epalíthevsi chréous) in, samen met al het ondersteunend bewijs. De curator of de insolventiefunctionaris die als bewindvoerder optreedt, beslist over toelating of afwijzing van het bewijs. Vervolgens wordt een dividend betaald aan de schuldeisers volgens de rangorde die is vastgelegd in de Faillissementswet. Na registratie van hun bewijs kunnen de schuldeisers deelnemen aan vergaderingen die worden bijeengeroepen door de curator of de insolventiefunctionaris die is belast met liquidatie van de vennootschap.

Liquidatie: om deel te nemen aan de liquidatieprocedure dient de schuldeiser de ingevulde formulieren voor titel van schuldvordering in, samen met al het ondersteunend bewijs. Dezelfde procedures zijn van toepassing als in het geval van faillissement, behalve dat in dit geval het dividend wordt uitgekeerd overeenkomstig de Wet op de vennootschappen (perí Etaireión Nómos, hoofdstuk 113).

Hetzelfde geldt voor vrijwillige liquidatie, in het bijzonder vrijwillige liquidatie door schuldeisers, waarbij de schuldeisers direct vanaf het begin van de procedure deelnemen, wanneer zij in vergadering bijeen worden geroepen om een vereffenaar van hun keuze voor te stellen.

10 Op welke wijze kan de insolventiefunctionaris de goederen van de boedel gebruiken of te gelde maken?

Faillissement: de bewindvoerder heeft de bevoegdheid en de mogelijkheid om onroerend goed te verkopen op een wijze die hij geschikt en in het belang van de procedure acht. Vervolgens wordt een dividend betaald aan de schuldeisers volgens de rangorde die is vastgelegd in de Faillissementswet. Voor verhypothekeerd vastgoed is een gerechtelijk bevel nodig.

Liquidatie: de vereffenaar van een te liquideren vennootschap kan het onroerend goed van de vennootschap verkopen op een wijze die hij in het belang van de procedure acht. Vervolgens wordt een dividend betaald aan de schuldeisers volgens de rangorde die is vastgelegd in de Wet op de vennootschappen. Voor verhypothekeerd vastgoed is een gerechtelijk bevel nodig. Dezelfde voorschriften gelden voor vrijwillige liquidatie.

11 Welke vorderingen moeten worden verhaald op de insolvente boedel van de schuldenaar en hoe moeten vorderingen die zijn ontstaan na de opening van de insolventieprocedure worden behandeld?

Faillissement: bij een faillietverklaring mogen schuldeisers bewijs overleggen van schulden die zijn ontstaan tot aan de datum van de failliet- of liquidatieverklaring en die betrekking hebben op vorderingen voor een vast bedrag. Vorderingen die ontstaan na de faillietverklaring vallen buiten de reikwijdte van de faillissementsprocedure, zodat schuldeisers daarvoor zelf een vordering op de failliet zullen moeten instellen.

Liquidatie: nadat er een liquidatieverklaring is afgegeven of een bijzonder besluit tot vrijwillige liquidatie is genomen, kunnen schuldeisers bewijs indienen van schulden die zijn ontstaan tot aan de datum van de liquidatieverklaring of van het bijzonder besluit en die betrekking hebben op vorderingen voor een vast bedrag. Vorderingen die ontstaan na de liquidatieverklaring of het bijzonder besluit, vallen buiten de reikwijdte van de liquidatieprocedure, zodat schuldeisers daarvoor zelf een vordering op de bestuurders van de te liquideren vennootschap moeten instellen.

12 Wat zijn de regels betreffende indiening, verificatie en toelating van de vorderingen?

Faillissement: bij een faillietverklaring verstrekt elke schuldeiser binnen 35 dagen na de datum van bekendmaking van de verklaring schriftelijk bewijs van zijn schuldvordering aan de curator of bewindvoerder. Het bewijs bevat informatie over de schuld, vermeldt de namen van alle garanten en maakt duidelijk of de schuldeiser zekerheid heeft. Ten behoeve van het dividend laat de curator of vereffenaar binnen tien dagen schriftelijk weten of hij het bewijs toelaat of afwijst. Een schuldeiser of garant kan de beslissing van de curator of bewindvoerder binnen 21 dagen aanvechten bij de rechter.

Liquidatie: bij een liquidatieverklaring verstrekt elke schuldeiser binnen 35 dagen na de datum van bekendmaking van die verklaring schriftelijk bewijs van schuld aan de curator of vereffenaar. Het bewijs bevat informatie over de schuld, vermeldt de namen van alle garanten en maakt duidelijk of de schuldeiser zekerheid heeft. Ten behoeve van het dividend laat de curator of vereffenaar binnen tien dagen schriftelijk weten of hij het bewijs toelaat of afwijst. Een schuldeiser of garant kan de beslissing van de curator of vereffenaar binnen 21 dagen aanvechten bij de rechter. Dezelfde voorschriften gelden voor vrijwillige liquidatie.

13 Wat zijn de regels betreffende de verdeling van de opbrengst? Hoe worden de vorderingen en de rechten van schuldeisers gerangschikt?

Faillissement: bij uitdeling van de failliete boedel worden de schulden gelijk en naar evenredigheid gerangschikt per categorie (de "regel van gelijke rang"), tenzij iedereen volledig kan worden betaald uit de boedel. De rangorde van de vorderingen is als volgt:

  • kosten en beloning van de bewindvoerder;
  • vergoeding voor de curator;
  • onkosten van een schuldeiser die de aanvraag (mede) heeft ingediend;
  • preferente schulden;
  • ongedekte schulden.

Liquidatie: bij uitdeling van de te liquideren boedel worden de schuldvorderingen gelijk en naar evenredigheid gerangschikt per categorie (de "regel van gelijke rang"), tenzij iedereen volledig kan worden betaald uit de boedel. De rangorde van de vorderingen is als volgt:

  • feitelijke kosten en beloning van de vereffenaar;
  • vergoeding voor de curator of vereffenaar;
  • onkosten van een schuldeiser die de aanvraag (mede) heeft ingediend;
  • preferente schulden;
  • floating charges;
  • concurrente schuldeisers.

14 Wat zijn de voorwaarden voor en de gevolgen van de beëindiging van de insolventieprocedure (met name door een akkoord)?

Faillissement: de failliet kan bij de curator of bewindvoerder een schriftelijk voorstel indienen voor een schikking (symvivasmós) met zijn schuldeisers. Tijdens een vergadering van schuldeisers kan het voorstel slechts worden aangenomen door een meerderheid van de schuldeisers die driekwart van de totale waarde van de schulden vertegenwoordigen. Als de schuldeisers instemmen met het voorstel, verzoekt de failliet of de curator of bewindvoerder de rechter het goed te keuren. Goedkeuring door de rechter is bindend voor alle schuldeisers die hun vorderingen hebben bewezen. Zodra aan de voorwaarden van de schikking is voldaan, worden de bewezen schuldvorderingen geacht te zijn afgewikkeld.

Bij nietigverklaring van de faillietverklaring wordt de faillissementsprocedure volledig afgesloten.

Liquidatie: een liquidatieprocedure wordt volledig afgesloten bij definitieve ontbinding of bij nietigverklaring van de liquidatieverklaring.

Een vrijwillige liquidatieprocedure wordt afgesloten en de geliquideerde vennootschap wordt definitief ontbonden drie maanden na indiening bij de curator van de definitieve rekening van de vennootschap, die wordt opgesteld na voltooiing van de liquidatie en uitdeling van de eigendommen van de vennootschap.

Als iemand echter juridisch belang heeft bij een doorstart van een vennootschap die na vrijwillige liquidatie of op bevel van de rechtbank is ontbonden, kan hij daartoe binnen twee jaar na de ontbinding een verzoek indienen bij de rechter.

15 Wat zijn de rechten van de schuldeisers nadat de insolventieprocedure beëindigd is?

Faillissement: indien de faillietverklaring wordt vernietigd en de schuldeisers hebben ingestemd zonder volledig te zijn voldaan, hebben zij het recht de na vernietiging van de faillietverklaring verschuldigde bedragen te vorderen.

Liquidatie: indien de liquidatieverklaring wordt vernietigd en de schuldeisers hebben ingestemd zonder volledig te zijn voldaan, hebben zij het recht de na vernietiging van het bevel verschuldigde bedragen te vorderen.

Als iemand juridisch belang heeft bij een doorstart van een vennootschap die na vrijwillige liquidatie of op bevel van de rechter is ontbonden, kan hij daartoe binnen twee jaar na de ontbinding een verzoek indienen bij de rechter.

16 Voor wiens rekening zijn de kosten en uitgaven in het kader van de insolventieprocedure?

Faillissement: de kosten van de faillietverklaring worden gedragen door de schuldeiser die de verklaring heeft aangevraagd. De aan de curator te vergoeden kosten bedragen 500 EUR. De tijdens de faillissementsprocedure gemaakte kosten worden voldaan uit de failliete boedel.

Liquidatie: de kosten van de liquidatieverklaring worden gedragen door de schuldeiser die de verklaring heeft aangevraagd. De aan de curator te vergoeden kosten bedragen 500 EUR. De kosten die worden gemaakt tijdens de procedures voor de liquidatie, vereffening en uitdeling van de eigendommen van de vennootschap worden betaald uit de geliquideerde boedel.

De kosten van het indienen en registreren van documenten in verband met de procedure voor vrijwillige liquidatie bij de curator bedragen in totaal ongeveer 440 EUR. De kosten die worden gemaakt tijdens de procedures voor de liquidatie, vereffening en uitdeling van de eigendommen van de vennootschap worden betaald uit de geliquideerde boedel.

17 Wat zijn de regels betreffende nietigheid, vernietigbaarheid of niet-tegenwerpbaarheid van de voor de gezamenlijke schuldeisers nadelige rechtshandelingen?

Faillissement: op grond van een aantal bepalingen die van toepassing zijn op faillissementsprocedures kan de bewindvoerder zich tot de rechter wenden om eigendommen terug te vorderen ten behoeve van de schuldeisers. De belangrijkste bepalingen zijn de volgende:

Α. Frauduleuze overdracht (dólia metavívasi)

Als de bewindvoerder of vereffenaar over bewijs beschikt dat eigendommen van een vennootschap of natuurlijke persoon zonder tegenprestatie of ver onder de marktwaarde zijn overgedragen, kan hij de rechter verzoeken de frauduleuze overdracht of handeling nietig te verklaren.

Deze bepaling is van toepassing als de overdracht heeft plaatsgevonden: a) binnen drie jaar voor de datum van een faillissement, tenzij er te goeder trouw en voor een tegenprestatie is gehandeld, of b) binnen tien jaar voor de datum van een faillissement, indien de natuurlijke persoon ten tijde van de overdracht zonder de opbrengsten van het overgedragen goed niet in staat was al zijn schulden te betalen. In het geval van een te liquideren vennootschap moet een handeling zijn verricht binnen een halfjaar voor aanvang van de liquidatie, d.w.z. voor de datum waarop liquidatieverzoek is ingediend, om als frauduleus te kunnen worden beschouwd.

Β. Frauduleuze preferentie (dólia protímisi)

Indien de bewindvoerder of vereffenaar over bewijs beschikt dat een schuldeiser een voorkeursbehandeling heeft gekregen, kan hij de rechter verzoeken die behandeling nietig te verklaren.

Liquidatie: op grond van een aantal bepalingen die van toepassing zijn op liquidatieprocedures kan de vereffenaar zich tot de rechter wenden om eigendommen terug te vorderen ten behoeve van de schuldeisers. De belangrijkste bepalingen zijn de volgende:

Α. Frauduleuze overdracht

Als de bewindvoerder of vereffenaar over bewijs beschikt dat eigendommen van een vennootschap of natuurlijke persoon zonder tegenprestatie of ver onder de marktwaarde zijn overgedragen, kan hij de rechter verzoeken de frauduleuze overdracht of handeling nietig te verklaren.

Deze bepaling is van toepassing als de overdracht heeft plaatsgevonden: a) binnen drie jaar voor de datum van een faillissement, tenzij er te goeder trouw is gehandeld en voor een tegenprestatie, of b) binnen tien jaar voor de datum van een faillissement, indien de natuurlijke persoon ten tijde van de overdracht niet in staat was al zijn schulden te betalen zonder de opbrengsten van het overgedragen goed. In het geval van een te liquideren vennootschap moet een handeling zijn verricht binnen een halfjaar voor aanvang van de liquidatie, d.w.z. voor de datum waarop het liquidatieverzoek is ingediend, om als frauduleus te kunnen worden beschouwd.

Β. Frauduleuze preferentie

Indien de bewindvoerder of vereffenaar over bewijs beschikt dat een schuldeiser een voorkeursbehandeling heeft gekregen, kan hij de rechter verzoeken die behandeling nietig te verklaren.

Laatste update: 07/12/2023

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken EJN-contactpunten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. Het EJN en de Commissie aanvaarden geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor informatie of gegevens in dit document of waarnaar in dit document wordt verwezen. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.