Overslaan en naar de inhoud gaan

Echtscheiding en scheiding van tafel en bed

Flag of Austria
Oostenrijk
Inhoud aangereikt door
European Judicial Network
(in civil and commercial matters)

1 Wat zijn de voorwaarden voor een echtscheiding?

Het Oostenrijkse recht kent drie soorten echtscheiding: echtscheiding op grond van schuld, echtscheiding wegens beëindiging van de gemeenschappelijke huishouding sinds ten minste drie jaar en echtscheiding met wederzijds goedvinden.

Een echtgenoot kan om echtscheiding verzoeken wanneer de ander door een ernstige echtelijke misdraging of door eerloos of onzedelijk gedrag het huwelijk zozeer heeft ontwricht dat herstel van een levensgemeenschap die beantwoordt aan de aard van het huwelijk niet te verwachten is.

Wanneer de echtgenoten sinds drie jaar geen gemeenschappelijke huishouding meer voeren, kan elk van de echtgenoten verzoeken om echtscheiding op grond van onherstelbare ontwrichting van het huwelijk.

Wanneer de echtelijke levensgemeenschap sinds ten minste een half jaar is beëindigd, beide echtgenoten toegeven dat het huwelijk onherstelbaar is ontwricht en tussen hen overeenstemming bestaat over de echtscheiding, kunnen de echtgenoten gezamenlijk verzoeken om echtscheiding.

2 Welke echtscheidingsgronden bestaan er?

De belangrijkste grond voor echtscheiding is de onherstelbare ontwrichting van de echtelijke levensgemeenschap. Een dergelijke ontwrichting kan worden veroorzaakt door een ernstige echtelijke misdraging door een van de partners, in het bijzonder echtbreuk of het gebruik van lichamelijk geweld of toebrengen van zwaar psychisch leed aan de andere partner. Ook als het gedrag niet kan worden beschouwd als echtelijke misdraging omdat het voortkomt uit een psychische of soortgelijke stoornis, maar het huwelijk niettemin zozeer ontwricht dat het nastreven van een gemeenschappelijk leven ondraaglijk wordt, of wanneer een partner lijdt aan een zeer besmettelijke of afschuw opwekkende ziekte, kan door de andere echtgenoot om echtscheiding worden verzocht. In al deze gevallen moet de echtgenoot die om echtscheiding verzoekt, het bestaan van de aangevoerde gronden bewijzen. Wanneer door de echtgenoten echter sinds drie jaar geen gemeenschappelijke huishouding meer wordt gevoerd, hoeft geen echtelijke misdraging te worden aangevoerd of bewezen.

3 Wat zijn de juridische gevolgen van een echtscheiding als het gaat om:

3.1 de persoonlijke relatie tussen de echtgenoten (bijvoorbeeld de achternaam)?

In de regel behouden beide echtgenoten de achternaam die zij tijdens het huwelijk hebben gedragen. Wanneer een echtgenoot bij de huwelijksvoltrekking de naam van de andere echtgenoot heeft aangenomen, kan hij zijn vroegere naam weer aannemen.

3.2 de verdeling van het vermogen van de echtgenoten?

De echtgenoten kunnen zelf afspreken wat er met hun vermogen gaat gebeuren. Ze kunnen kiezen uit de volgende mogelijkheden: wederzijds afstand doen (waardoor de wettelijke scheiding van goederen tijdens het huwelijk ook na de ontbinding van het huwelijk gehandhaafd blijft), verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap of overdracht van vermogensbestanddelen van de ene echtgenoot aan de andere.

Indien de echtgenoten hieromtrent niets zijn overeengekomen, kan elk van de echtgenoten de rechter verzoeken om bepaalde gezamenlijke vermogensbestanddelen te verdelen. De verdeling betreft het voor gebruik bedoelde echtelijke vermogen (eheliche Gebrauchsvermögen) en de echtelijke spaargelden (ehelichen Ersparnisse). Tot het voor gebruik bedoelde echtelijke vermogen behoren naast de echtelijke woning en de inboedel alle overige zaken die tijdens het huwelijk daadwerkelijk hebben gediend voor de levenswijze van beide echtgenoten. Onder "echtelijke spaargelden" worden alle door de echtgenoten tijdens de echtelijke samenleving geaccumuleerde investeringen verstaan.

Van deling uitgezonderd zijn bijvoorbeeld alle door de echtgenoten in het huwelijk gebrachte, door erfopvolging of door schenking van derden verworven zaken. Voorts de zaken die dienen voor het persoonlijk gebruik van een van de echtgenoten of voor de uitoefening van zijn of haar beroep alsmede ondernemingen en aandelen in ondernemingen, voor zover deze niet louter als investering zijn bedoeld.

Het gerecht dient het op te delen vermogen op grond van billijkheid te verdelen met inachtneming van alle relevante omstandigheden, waarbij met name rekening moet worden gehouden met het gewicht en de omvang van de bijdrage van elk van de echtgenoten aan de aanschaf van het voor gebruik bedoelde echtelijke vermogen en de vergaring van de echtelijke spaargelden, alsmede met het belang van de kinderen. Bij de beoordeling wordt ook rekening gehouden met de betaling van alimentatie, de medewerking aan de beroepsactiviteit van de echtgenoot, het voeren van de gemeenschappelijke huishouding, de opvoeding van gemeenschappelijke kinderen en alle overige vormen van echtelijke bijstand.

3.3 de minderjarige kinderen uit het huwelijk?

Sinds de inwerkingtreding op 1 juli 2001 van de wijzigingswet kinderrecht (Kindschaftsrechts-Änderungsgesetz 2001) hebben gescheiden ouders vergaande mogelijkheden om zelf het ouderlijk gezag te regelen. Wanneer een huwelijk wordt ontbonden, behouden beide ouders in de regel het gezag over een minderjarig kind. Wanneer de ouders het volledig ouderlijk gezag van hen beiden als in een bestaand huwelijk willen laten voortduren, moeten zij echter het gerecht binnen een redelijke termijn een overeenkomst over de voornaamste woonplaats van het kind doen toekomen. Beide ouders kunnen ook vooraf overeenkomen dat één van hen na de echtscheiding het exclusieve ouderlijk gezag heeft of dat het ouderlijk gezag van een van de ouders beperkt zal blijven tot bepaalde kwesties.

Sinds de inwerkingtreding van de wijzigingswet kinder- en namenrecht van 2013 (Kindschafts- und Namensrechtsänderungsgesetz 2013), kan de rechter de ouders gezamenlijk het ouderlijk gezag toevertrouwen, ook tegen de wil van een of beide ouders, als hij van mening is dat dit de voorkeur verdient in het belang van het kind boven het aan slechts één ouder toegekende gezag. De ouders moeten dan ook overeenstemming bereiken over het huishouden waarin het kind in de eerste plaats wordt verzorgd. Indien gezamenlijk ouderlijk gezag niet in het belang van het kind is, beslist de rechter welke ouder het ouderlijk gezag alleen op zich neemt.

3.4 de verplichting om alimentatie te betalen aan de andere echtgenoot?

De echtgenoot die de enige of voornaamste schuldige is, moet aan zijn voormalige echtgenoot een alimentatie betalen die overeenstemt met hun financiële situatie, voor zover het inkomen uit vermogen van de voormalige echtgenoot en de opbrengst van elke beroepsactiviteit die hij in die omstandigheden mag verwachten, ontoereikend zijn. Indien beide echtgenoten verantwoordelijk zijn voor de echtscheiding, maar geen van hen daarvoor in de eerste plaats verantwoordelijk is, kan de echtgenoot die niet in zijn eigen behoeften kan voorzien, een onderhoudsbijdrage ontvangen, indien en voor zover dit billijk is ten opzichte van de behoeften, het vermogen en de beroepssituatie van de andere echtgenoot. Deze bijdrageverplichting kan van tijdelijke aard zijn. Bij een echtscheiding met wederzijds goedvinden staat het de echtgenoten vrij om overeen te komen dat de ene echtgenoot alimentatie moet betalen aan de andere of dat ze allebei afzien van een alimentatievordering.

4 Wat betekent "scheiding van tafel en bed” in de praktijk?

Een dergelijke regeling bestaat niet in het Oostenrijkse rechtsstelsel.

5 Wat zijn de gronden voor een “scheiding van tafel en bed”?

Zie vraag nr. 4.

6 Wat zijn de juridische gevolgen van een “scheiding van tafel en bed”?

Zie vraag nr. 4.

7 Wat betekent “nietigverklaring van het huwelijk" in het huwelijk in de praktijk?

Het Oostenrijkse huwelijksrecht voorziet in de nietigverklaring van het huwelijk (Ehenichtigkeit). Het huwelijk is nietig, als het niet op de voorgeschreven wijze is voltrokken: wanneer een van de echtgenoten ten tijde van de huwelijksvoltrekking handelingsonbekwaam, bewusteloos of tijdelijk geestesgestoord was, wanneer het huwelijk uitsluitend of overwegend werd gesloten met het doel een echtgenoot het voeren van de achternaam van de andere echtgenoot of de verwerving van de nationaliteit van de andere echtgenoot mogelijk te maken en niet om een echtelijke levensgemeenschap aan te gaan. Bovendien is het huwelijk nietig wanneer een van de echtgenoten ten tijde van de huwelijksvoltrekking al met een derde door een rechtsgeldig huwelijk was verbonden of het huwelijk in strijd met de wet tussen bloedverwanten werd gesloten.

Een huwelijk kan bij rechterlijke beslissing nietig worden verklaard, wanneer een van de echtgenoten op het tijdstip van de viering ervan beperkte handelingsbevoegdheid had en zijn wettelijke vertegenwoordiger niet met het huwelijk heeft ingestemd; wanneer een van de echtgenoten op het tijdstip van de huwelijkssluiting niet wist dat het om een huwelijksvoltrekking ging of dit weliswaar wist maar er niet mee heeft ingestemd; wanneer een van de echtgenoten zich heeft vergist in de persoon van de andere echtgenoot; wanneer een van de echtgenoten op het tijdstip van het huwelijk bepaalde omstandigheden verkeerd heeft begrepen met betrekking tot de persoon van zijn echtgenoot, die hem ervan zouden hebben weerhouden te huwen indien hij volledig op de hoogte was geweest van de situatie en de gevolgen van het huwelijk correct had beoordeeld; wanneer een van de echtgenoten het huwelijk heeft aanvaard door op essentiële punten te zijn misleid of onder bedreiging is gedwongen om onrechtmatig te huwen.

8 Wat zijn de gronden voor nietigverklaring van het huwelijk?

Zie vraag nr. 7.

9 Wat zijn de juridische gevolgen van de nietigverklaring van het huwelijk?

Wanneer een huwelijk nietig is verklaard, wordt het behandeld alsof het nooit is gesloten. Wanneer ook maar een van de echtgenoten bij de huwelijksvoltrekking niet op de hoogte was van de nietigheid van het huwelijk, zijn op de vermogensrechtelijke relatie van de echtgenoten de in het geval van echtscheiding geldende regels van toepassing. De kinderen die voortkomen uit een huwelijk worden ook na de nietigverklaring van het huwelijk als wettig beschouwd.

10 Bestaan er alternatieve mogelijkheden om problemen die samenhangen met een echtscheiding op te lossen, zonder dat de rechter wordt ingeschakeld?

De ontbinding of nietigverklaring van een huwelijk kan slechts langs gerechtelijke weg plaatsvinden. Problemen in verband met een echtscheiding kunnen echter ook buitengerechtelijk (bijvoorbeeld door bemiddeling) worden geregeld.

11 Waar moet het verzoek tot echtscheiding/scheiding van tafel en bed/nietigverklaring van het huwelijk worden ingediend? Aan welke formaliteiten moet worden voldaan en welke documenten moeten bij het verzoek worden gevoegd?

Geschillen over de ontbinding of nietigverklaring of over het bestaan of niet-bestaan van een huwelijk worden door de districtsrechtbanken (Bezirksgerichte) behandeld. In geval van geschillen betreffende echtscheiding, nietigverklaring, nietigheid of de vaststelling van het al dan niet bestaan van een huwelijk, is de districtsrechtbank binnen het rechtsgebied waarin de echtgenoten hun gemeenschappelijke gewone verblijfplaats hebben (of het laatst hadden), bij uitsluiting bevoegd. Wanneer ten tijde van de instelling van de vordering geen van de echtgenoten zijn gewone verblijfplaats in dit rechtsgebied heeft of zij in Oostenrijk geen gemeenschappelijke gewone verblijfplaats hadden, is het gerecht van de gewone verblijfplaats van de verwerende echtgenoot bij uitsluiting bevoegd, indien deze in Oostenrijk is gelegen; indien de verweerder zijn gewone verblijfplaats niet in Oostenrijk heeft, is het gerecht van de gewone verblijfplaats van de verzoekende echtgenoot bevoegd; in alle overige gevallen is de districtsrechtbank van Wenen-Centrum (Bezirksgericht Innere Stadt Wien) bevoegd. Geschillen ter zake vallen onder de nationale bevoegdheid van de Oostenrijkse gerechten wanneer een van de echtgenoten de Oostenrijkse nationaliteit heeft; wanneer de verweerder of, in het geval van een vordering tot nietigverklaring tegen beide echtgenoten ten minste een van hen, zijn gewone verblijfplaats in Oostenrijk heeft; of wanneer de eiser zijn gewone verblijfplaats in Oostenrijk heeft en ofwel beide echtgenoten hun laatste gemeenschappelijke gewone verblijfplaats in Oostenrijk hadden of de eiser stateloos is of ten tijde van de huwelijksvoltrekking de Oostenrijkse nationaliteit had. Deze rechtelijke bevoegdheid is exclusief; het is echter toegestaan in overeenstemming een ander gerecht te kiezen.

Met betrekking tot echtscheiding moet het verzoek voldoen aan de algemene formele vereisten; voor een verzoek om echtscheiding met wederzijds goedvinden – waarover wordt beslist in een procedure die onder de oneigenlijke rechtspraak valt (Verfahren außer Streitsachen) – is een door beide echtgenoten ondertekend verzoekschrift noodzakelijk. In alle gevallen moet een huwelijksakte worden bijgevoegd. Het is raadzaam om alle documenten bij te voegen die het verzoek ondersteunen.

12 Kan ik in aanmerking komen voor rechtsbijstand om de kosten van de procedure te dekken?

Rechtsbijstand kan ook worden verkregen in echtscheidingszaken. Hiervoor gelden de algemene bepalingen inzake rechtsbijstand (zie “Rechtsbijstand – Oostenrijk”). In echtscheidingsprocedures is de verplichting om een advocaat in te schakelen relatief. Dit betekent dat een persoon die niet in persoon voor de rechter wenst te interveniëren, alleen door een advocaat kan worden vertegenwoordigd.

13 Kan beroep worden ingesteld tegen een beslissing over de echtscheiding/scheiding van tafel en bed/nietigverklaring van het huwelijk?

Tegen beslissingen van de rechter in eerste aanleg over echtscheiding, nietigverklaring of nietigheid van een huwelijk of over het al dan niet bestaan van een huwelijk kan beroep worden ingesteld bij de hogere rechtbank, d.w.z. de regionale rechtbank (Landesgericht), die optreedt als rechter in tweede aanleg van de bevoegde districtsrechtbank.

Een hoger beroep tegen een vonnis in hoger beroep is alleen ontvankelijk als het bedoeld is om een rechtsvraag of procedurekwestie te beslechten die essentieel is om de rechtseenheid, de rechtszekerheid en de rechtsontwikkeling te waarborgen, bijvoorbeeld wanneer de rechter in hoger beroep is afgeweken van de jurisprudentie van het Hooggerechtshof (Oberste Gerichtshof) of wanneer jurisprudentie ontbreekt of inconsistent is.

14 Wat moet ik doen om een door een rechtbank in een andere lidstaat gewezen beslissing over echtscheiding/scheiding van tafel en bed/nietigverklaring van het huwelijk in deze lidstaat te laten erkennen?

In Oostenrijk wordt een dergelijke beslissing (behalve wanneer zij afkomstig is uit Denemarken) automatisch erkend op grond van Verordening (EU) 2019/1111 van de Raad van 25 juni 2019 betreffende de bevoegdheid, de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid, en betreffende internationale kinderontvoering, PB L 178 van 2.7.2019, blz. 1 (hierna de “verordening Brussel II ter” genoemd), d.w.z. zonder specifieke erkenningsprocedure. De verordening Brussel II ter is van toepassing op procedures die na 31 juli 2022 zijn ingeleid en op authentieke akten en gerechtelijke schikkingen die na die datum zijn opgesteld of getroffen. In oude zaken is in de eerste plaats de verordening van toepassing die aan de verordening Brussel II ter voorafging, namelijk Verordening nr. 2201/2003 (verordening Brussel II bis), die echter ook een erkenning zonder bijzondere procedure mogelijk maakte. Voor beslissingen uit Denemarken is nog steeds een afzonderlijke erkenningsprocedure vereist.

15 Tot welk gerecht moet ik mij wenden om bezwaar te maken tegen de erkenning van een door een rechtbank in een andere lidstaat gewezen beslissing over echtscheiding/scheiding van tafel en bed/nietigverklaring van het huwelijk? Welke procedure is in dit geval van toepassing?

Een verzoek om niet-erkenning van een beslissing tot ontbinding van een huwelijk die in het buitenland is gegeven, moet worden ingediend bij de districtsrechtbank van het district waar de partijen hun gemeenschappelijke gewone verblijfplaats hebben of hebben gehad. Indien geen van de partijen zijn gewone verblijfplaats in het rechtsgebied van het gerecht had of indien de partijen hun gemeenschappelijke gewone verblijfplaats niet in Oostenrijk hadden, is de districtsrechtbank van de gewone verblijfplaats van de verweerder bevoegd, indien deze zich in Oostenrijk bevindt, anders is de districtsrechtbank van de gewone verblijfplaats van de eiser bevoegd; in alle overige gevallen is de districtsrechtbank van Wenen-Centrum bevoegd (artikel 76 van de Oostenrijkse wet inzake rechterlijke bevoegdheid).

De procedure wordt geregeld door de Oostenrijkse wet inzake niet-contentieuze gerechtelijke procedures (Außerstreitgesetz). Krachtens artikel 31 van de verordening Brussel II ter moet de eiser zowel een afschrift van de beslissing als het certificaat overleggen dat is afgegeven door het bevoegde gerecht of de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst overeenkomstig artikel 36 van de verordening Brussel II ter.

16 Wat is het toepasselijk recht in een echtscheidingsproces tussen echtgenoten die niet in deze lidstaat wonen of een verschillende nationaliteit hebben?

Het recht dat van toepassing is op de ontbinding van het huwelijk in zaken die een aanknopingspunt hebben met het recht van een andere staat, wordt bepaald door Verordening (EU) nr. 1259/2010 van de Raad van 20 december 2010 tot nauwere samenwerking op het gebied van het toepasselijke recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed, PB L 343 van 29.12.2010, blz. 10 (“verordening Rome III”). De collisieregels van Rome III hebben een universele toepassing. Dat wil zeggen dat zij ook van toepassing zijn wanneer het toepasselijke recht niet het recht van een deelnemende lidstaat is.

 

Deze webpagina maakt deel uit van de website Uw Europa.

Al uw feedback over de verstrekte informatie is welkom.

Een technisch/inhoudelijk probleem melden of feedback geven op deze pagina