Artikel 71, lid 1, onder a) - Gerechten voor het indienen van een verzoek om uitvoerbaarverklaring en gerechten voor het instellen van beroep tegen een beslissing over dat verzoek
De gerechten die in Letland bevoegd zijn om zich uit te spreken over verzoeken om een uitvoerbaarverklaring overeenkomstig artikel 27, lid 1, zijn de gerechten met algemene bevoegdheid, te weten de (stedelijke) districtsrechtbanken (rajona (pilsētas) tiesas).
De gerechten die in Letland bevoegd zijn om zich uit te spreken over rechtsmiddelen tegen beslissingen op verzoeken om een uitvoerbaarverklaring overeenkomstig artikel 32, lid 2, zijn de bevoegde regionale rechtbanken (apgabaltiesas), via de bevoegde (stedelijke) districtsrechtbank. Met andere woorden: een verzoek moet worden gericht aan de bevoegde regionale rechtbank en worden ingediend bij de bevoegde (stedelijke) districtsrechtbank.
Artikel 71, lid 1, onder b) - Procedure van hoger beroep
Een overeenkomstig artikel 33 van de verordening op een rechtsmiddel gegeven beslissing kan worden aangevochten bij de senaat van het hooggerechtshof, via de bevoegde regionale rechtbank. Met andere woorden: een verzoek moet worden gericht aan het hooggerechtshof en worden ingediend bij de bevoegde regionale rechtbank.
Contactgegevens:
Brīvības bulvāris 36
Riga, LV-1511
Letland
Telefoon: +371 670 203 50
Fax: +371 670 203 51
E-mail: at@at.gov.lv
Artikel 71, lid 1, onder c) - Procedure voor heroverweging
In verband met de heroverweging van een beslissing op grond van artikel 19 van de verordening, kan de verweerder vragen dat de zaak opnieuw wordt onderzocht door een verzoek te richten tot:
1) de betrokken regionale rechtbank voor de heroverweging van een beslissing van een districtsrechtbank (gemeentelijke districtsrechtbank);
2) de Kamer voor civiele zaken van het Hooggerechtshof voor de heroverweging van een beslissing van een regionale rechtbank;
3) de Afdeling voor civiele zaken van de Senaat van het Hooggerechtshof voor de heroverweging van een beslissing van een kamer van het Hooggerechtshof.
Er kan geen verzoek worden ingediend wanneer de termijn waarbinnen het tenuitvoerleggingsdocument betreffende de betrokken beslissing voor tenuitvoerlegging kan worden ingediend, is verstreken.
Bij het beoordelen van een verzoek gaat een gerecht na of de door de verzoeker aangegeven omstandigheden kunnen worden beschouwd als omstandigheden die een herziening van de beslissing overeenkomstig artikel 19 van de verordening rechtvaardigen. Wanneer het gerecht vaststelt dat de omstandigheden een herziening van de beslissing rechtvaardigen, trekt het de beslissing volledig in en verwijst het de zaak naar het gerecht van eerste aanleg, dat de zaak opnieuw onderzoekt. Wanneer het gerecht van oordeel is dat de in het verzoek aangegeven omstandigheden geen herziening van de beslissing rechtvaardigen, wijst het het verzoek af. Met betrekking tot de beslissing van het gerecht is een aanvullende klacht mogelijk.
Artikel 71, lid 1, onder d) - Centrale autoriteiten
Het bestuur van het alimentatiewaarborgfonds (Uzturlīdzekļu garantiju fonda administrācija)
Adres: Raiņa bulvāris 15, Riga, LV-1050, Letland
E-mail: maintenance@ugf.gov.lv
Telefoon: +371 67830626
Fax: (+371) 67830636
Artikel 71, lid 1, onder e) - Openbare lichamen
In Letland worden de in artikel 51 van de verordening vermelde specifieke taken van de centrale autoriteiten uitgeoefend door het bestuur van het alimentatiewaarborgfonds. Dit punt heeft betrekking op openbare lichamen, en in de zin van artikel 64 van de verordening zijn dit openbare lichamen die de betaling van levensonderhoud waarborgen en derhalve als schuldeisers een grensoverschrijdend verzoek kunnen indienen. In Letland is dat nog steeds het UGFA (bestuur van het alimentatiewaarborgfonds). De reden voor de verwijzing naar artikel 51 is dat er in andere landen een onderscheid wordt gemaakt tussen de centrale autoriteit en het openbare lichaam; het openbare lichaam heeft echter het recht een grensoverschrijdend verzoek rechtstreeks naar een ander land te zenden zonder interventie van de eigen centrale autoriteit.
Artikel 71, lid 1, onder f) - Tot tenuitvoerlegging bevoegde autoriteiten
De instanties die in Letland bevoegd zijn om zich uit te spreken over de weigering of de schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing op grond van artikel 21 van de verordening, zijn de (stedelijke) districtsrechtbanken die bevoegd zijn voor het rechtsgebied waar de beslissing van het buitenlandse gerecht uitvoerbaar is.
Artikel 71, lid 1, punt f), van de verordening verwijst naar de tenuitvoerleggingsautoriteit, en in Letland zijn dit beëdigde deurwaarders. De verwijzing naar artikel 21 betreft dan weer het recht van de Letse beëdigde deurwaarders om de tenuitvoerlegging te weigeren wegens verjaring, om de tenuitvoerleggingsprocedure op te schorten wegens het bestaan van een andere rechterlijke beslissing enz. Voorts heeft artikel 21 betrekking op gevallen waarin het exequatur is afgeschaft en het gerecht de uitvoerbaarheid dus niet verifieert, behalve wanneer er een verzoek om heroverweging is ingediend op grond van artikel 19.
Artikel 71, lid 1, onder g) - Voor de vertaling van stukken aanvaarde talen
Letland aanvaardt alleen vertalingen van de in de artikelen 20, 28 en 40 bedoelde stukken in de nationale taal, het Lets.
Artikel 71, lid 1, onder h) - Talen die centrale autoriteiten aanvaarden voor mededelingen aan andere centrale autoriteiten
Letland aanvaardt alleen de verzoeken bedoeld in artikel 56 van de verordening (bijlagen VI en VII bij de verordening) in de nationale taal, d.w.z. het Lets.
Letland aanvaardt verzoeken om specifieke maatregelen (bijlage V bij de verordening), in het Lets of in het Engels.
Voor andere mededelingen aanvaardt de centrale autoriteit op verzoek het Lets of het Engels.